Dagelijkse woorden van God: Gods verschijning en werk | Fragment 68
02 juli 2020
Ik verspreid mijn werk onder de heidense naties. Mijn glorie flitst door het universum; mijn wil is belichaamd onder mensen die her en der verspreid zijn, die allemaal door mijn hand worden bestuurd en die zich aan de taken zetten die ik heb toegewezen. Vanaf dit punt ben ik een nieuw tijdperk binnengegaan en breng alle mensen naar een andere wereld. Toen ik terugkeerde naar mijn ‘vaderland’, begon ik nog een ander deel van het werk in mijn oorspronkelijke plan, zodat de mens mij dieper zou leren kennen. Ik beschouw het universum in zijn geheel en zie dat het een geschikte tijd is voor mijn werk, dus ik haast ik me heen en weer en verricht mijn nieuwe werk aan de mens. Dit is tenslotte een nieuw tijdperk en ik heb nieuw werk gebracht om meer nieuwe mensen naar het nieuwe tijdperk te brengen en meer mensen opzij te zetten die ik zal elimineren. In de natie van de grote rode draak heb ik een fase van werk uitgevoerd die voor de mens onpeilbaar is, waardoor ze in de wind zwieren, waarna velen stilletjes wegzweven door het blazen van de wind. Echt, dit is de ‘dorsvloer’ die ik ga zuiveren; het is waar ik naar verlang en het is ook mijn plan. Want vele goddelozen zijn binnengeslopen terwijl ik aan het werk ben, maar ik heb geen haast om ze weg te jagen. Integendeel, ik zal ze verspreiden wanneer de tijd rijp is. Pas daarna zal ik de bron van het leven zijn, diegenen die echt van mij houden toestaan om van mij de vrucht van de vijgenboom en de geur van de lelie te ontvangen. In het land waar Satan verblijft, het land van stof, daar blijft geen puur goud over, alleen zand, en zo, onder deze omstandigheden, verricht ik een dergelijke fase van werk. Je zou moeten weten dat wat ik verdien puur, gezuiverd goud is, geen zand. Hoe kunnen de goddelozen in mijn huis blijven? Hoe kan ik toestaan dat vossen parasieten zijn in mijn paradijs? Ik gebruik elke denkbare methode om deze dingen weg te jagen. Voordat mijn wil is onthuld, weet niemand wat ik ga doen. Gebruikmakend van deze gelegenheid, verdrijf ik die goddelozen en zij worden gedwongen uit mijn aanwezigheid te gaan. Dit is wat ik de goddelozen aandoe, maar er zal nog steeds een dag komen dat ze voor mij zullen dienen. Het verlangen van mensen naar zegeningen is veel te sterk; daarom draai ik mijn lichaam om en laat mijn glorieuze gelaat zien aan de heidense volken, zodat de mensen allemaal in hun eigen wereld kunnen leven en zichzelf beoordelen, terwijl ik verder de woorden zeg die ik zou moeten zeggen, en mensen voorzie van wat zij nodig hebben. Als mensen tot bezinning komen, zal ik mijn werk allang hebben verspreid. Ik zal dan mijn wil aan de mensen kenbaar maken en beginnen met de tweede fase van mijn werk aan de mens. Ik laat alle mensen mij dan nauw volgen zodat ze in harmonie komen met mijn werk, en laat ze alles doen wat in hun vermogen ligt om samen met mij het werk te verrichten dat ik moet doen.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, De zeven donderslagen – een profetie dat het evangelie van het Koninkrijk door heel het universum zal worden verspreid
Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.
Andere video's