Dagelijkse woorden van God: God kennen | Fragment 179

31 juli 2020

Sinds God alle dingen geschapen heeft, is alles op basis van de door Hem vastgestelde wetten werkzaam geweest en in gedurige ontwikkeling gebleven. Onder Zijn alziend oog, onder Zijn heerschappij, hebben alle dingen zich gedurig ontwikkeld naast de overleving van mensen. Niets kan deze wetten veranderen en niets kan deze wetten tenietdoen. Dankzij Gods heerschappij kunnen alle wezens zich vermenigvuldigen. Dankzij Zijn heerschappij en management kunnen alle wezens overleven. Dat wil zeggen dat onder Gods heerschappij alle wezens op ordelijke wijze ontstaan, gedijen, verdwijnen en reïncarneren. In het voorjaar brengt motregen dat lentegevoel met zich mee en wordt de aarde bevochtigd. De grond ontdooit, het gras ontkiemt en vindt zijn weg omhoog door de aarde en de bomen worden stilaan groen. Al dit leven verleent de aarde een frisse vitaliteit. Zo zien het ontstaan en gedijen van alle wezens eruit. Allerlei dieren komen uit hun schuilplaats om de warmte van het voorjaar te voelen en een nieuw jaar te beginnen. Alle wezens baden in de hitte tijdens de zomer en genieten van de warmte die het seizoen met zich meebrengt. Ze groeien snel. Bomen, gras en allerlei soorten planten groeien heel erg snel. Daarna staan ze in bloei en dragen ze vrucht. Alle wezens hebben het in de zomer erg druk. Dat geldt ook voor mensen. In de herfst zorgt de regen voor najaarskoelte. Alle vormen van leven beginnen het oogstseizoen te ervaren. Alle wezens brengen vrucht voort en mensen beginnen ook van alles te oogsten dankzij de herfstproductie van al deze wezens, zodat ze voedsel voor de winter hebben. In de winter beginnen alle wezens langzaamaan te rusten in de koelte. Ze worden stil en mensen lassen in dat seizoen ook een pauze in. Deze overgangen tussen lente, zomer, herfst en winter – deze veranderingen treden allemaal op volgens de wetten die God heeft ingesteld. Hij leidt alle wezens en mensen op basis van deze wetten. Voor de mensheid heeft Hij een rijke en kleurige wijze van leven tot stand gebracht, om een omgeving voor overleving voor te bereiden, die verschillende temperaturen en seizoenen heeft. In deze ordelijke omgevingen voor overleving kunnen mensen ook overleven en zich op ordelijke wijze vermenigvuldigen. Mensen kunnen deze wetten niet veranderen en niets of niemand kan ze breken. Wat er ook aan radicale veranderingen in de wereld optreden, deze wetten blijven bestaan. Ze bestaan omdat God bestaat. Dat komt door Gods heerschappij en Zijn management. Met dit soort ordelijke, grotere omgeving gaat het leven van mensen voorwaarts binnen deze wetten en regels. Deze wetten hebben generatie na generatie mensen gecultiveerd en generatie na generatie hebben mensen binnen deze wetten weten te overleven. Mensen hebben generatie na generatie genoten van de door God geschapen wezens en deze ordelijke omgeving om te overleven. Ook al hebben mensen het gevoel dat dit soort wetten ingebakken zijn, ook al wuiven ze die helemaal weg en ook al kunnen ze niet voelen dat God deze wetten orkestreert, dat God over deze wetten heerst, God is, hoe dan ook, altijd betrokken bij dit onveranderlijke werk. Zijn doel in dit onveranderlijke werk is de overleving van de mensheid, zodat mensen voort kunnen gaan.

Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke IX

Meer bekijken

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Geef een reactie

Delen

Annuleren