Dagelijkse woorden van God: Het blootleggen van religieuze opvattingen | Fragment 283

18 juli 2020

Omdat er altijd nieuwe ontwikkelingen zijn in Gods werk, is er nieuw werk en is er ook werk dat achterhaald en oud is. Dit oude en nieuwe werk spreekt elkaar niet tegen, maar vult elkaar aan. Elke stap gaat verder waar de vorige gebleven is. Omdat er nieuw werk is, moeten de oude dingen natuurlijk verwijderd worden. Zo zijn er bijvoorbeeld oude gebruiken en gebruikelijke uitspraken van de mens die samen met de vele jaren ervaring en onderwijs van de mens, in de gedachten van de mens vorm hebben gegeven aan allerlei opvattingen. Wat nog meer bijdraagt aan het vormen van opvattingen door de mens, is dat God Zijn ware gezicht en Zijn gezindheid ten opzichte van de mens nog volledig moet openbaren, dit samen met het feit dat traditionele theorieën uit de oudheid jarenlang verspreid zijn. Het mag gezegd dat gedurende het geloof van de mens in God, de invloed van verschillende opvattingen heeft geleid tot de continue vorming en evolutie van een menselijke kennis waarbij de mens allerlei soorten opvattingen over God heeft gevormd – met als resultaat dat veel religieuze mensen die God dienen Zijn vijanden zijn geworden. En zo zijn ze, naarmate hun opvattingen sterker werden, zich meer gaan verzetten tegen God en meer Zijn vijand geworden. Het werk van God is altijd nieuw en nooit oud en het is nooit een doctrine, in plaats daarvan is het in meer of mindere mate continu onderhevig aan verandering en vernieuwing. Dit werk is de uiting van de inherente gezindheid van God Zelf. Het is ook het inherente principe van Gods werk en een van de manieren waarop God Zijn management vervult. Als God niet op deze manier zou werken, zou de mens niet veranderen of in staat zijn om God te kennen en zou Satan niet worden verslagen. Daarom komen er in Zijn werk continu veranderingen voor die willekeurig lijken, maar in feite regelmatig terugkeren. De manier waarop de mens in God gelooft is echter heel anders: hij houdt vast aan oude, bekende doctrines en systemen en hoe ouder ze zijn hoe aangenamer hij ze vindt. Hoe kan het onwetende verstand van de mens, een verstand dat zo onbuigzaam is als steen, zo veel ondoorgrondelijk nieuw werk en nieuwe woorden van God accepteren? De mens verafschuwt de God die altijd nieuw is en nooit oud. Hij houdt alleen van de ouderwetse oude God die wit haar heeft en onbeweeglijk is. Doordat God en de mens beide hun eigen voorkeur hebben, is de mens zo de vijand van God geworden. Veel van deze tegenstellingen bestaan nu nog, op het moment dat God gedurende bijna zesduizend jaar nieuw werk heeft verricht. Daar is geen oplossing voor. Misschien komt het door de koppigheid van de mens of de onaantastbaarheid van Gods bestuurlijke decreten voor de mens – maar de geestelijken houden nog steeds vast aan stoffige oude boeken en documenten, terwijl God doorgaat met Zijn onvoltooide managementwerk alsof Hij niemand aan Zijn zijde heeft. Hoewel deze tegenstellingen vijanden maken van God en de mens en ze zelfs onverzoenbaar zijn, schenkt God er geen aandacht aan, alsof ze er wel zijn en er tegelijkertijd niet zijn. De mens houdt zich echter aan zijn geloof en opvattingen en laat ze nooit los. Maar er is één ding dat duidelijk is: zelfs al wijkt de mens niet af van zijn standpunt, Gods voeten zijn altijd in beweging en Hij verandert altijd Zijn standpunt in overeenstemming met de omgeving en uiteindelijk zal het de mens zijn die wordt verslagen zonder slag of stoot. God is ondertussen de grootste vijand van al Zijn vijanden die zijn verslagen en is ook de overwinnaar op allen onder de mensheid die zijn verslagen en zij die nog verslagen moeten worden. Wie kan er met God strijden en zegevieren? De opvattingen van de mens lijken afkomstig te zijn van God omdat veel van deze opvattingen werden gevormd in het kielzog van Gods werk. Toch zal God de mens daarom niet vergeven, noch zal Hij de mens prijzen voor het steeds opnieuw produceren van producten ‘voor God’ die buiten het werk van God vallen. In plaats daarvan walgt Hij ontzettend van de opvattingen van de mens en de oude, vrome ideeën en negeert Hij zelfs de datum waarop deze opvattingen voor het eerst naar boven kwamen. Hij accepteert absoluut niet dat deze opvattingen veroorzaakt zijn door Zijn werk, want de opvattingen van de mens worden door de mens verspreid. Ze ontstaan in de gedachten en de geest van de mens en ze komen niet van God, maar van Satan. Het is altijd Gods intentie geweest dat Zijn werk nieuw en levend is, niet oud en dood, en datgene waar Hij de mens zich stevig aan laat vasthouden, varieert met de tijd en de periode en is niet eeuwigdurend en onveranderlijk. Dat komt doordat Hij een God is die ervoor zorgt dat de mens leeft en nieuw is, in plaats van een duivel die ervoor zorgt dat de mens doodgaat en oud is. Begrijpen jullie dit nog steeds niet? Jullie hebben opvattingen over God en zijn niet in staat om ze los te laten omdat jullie bekrompen zijn. Het komt niet doordat Gods werk onbegrijpelijk is of doordat Gods werk onmenselijk is – noch komt het doordat God altijd nalatig is in Zijn taken. Het feit dat jullie die opvattingen niet los kunnen laten, komt doordat jullie niet voldoende gehoorzaam zijn en in niets lijken op een schepsel van God, het komt niet doordat God de dingen moeilijk maakt voor jullie. Dit alles is door jullie veroorzaakt en heeft niets te maken met God. Al het lijden en ongeluk zijn veroorzaakt door de mens. Gods intenties zijn altijd goed: Hij wil er niet voor zorgen dat je opvattingen vormt, maar Hij wil dat je verandert en vernieuwt bij het voorbijgaan van de tijd. Jullie vergelijken appels met peren en zijn altijd bezig met nauwkeurig onderzoek of analyse. God maakt het niet moeilijk voor jullie, maar jullie hebben geen eerbied voor God en jullie ongehoorzaamheid is te groot. Een klein wezen durft een triviaal deel te nemen van dat wat eerder door God werd gegeven en verandert het om God ermee aan te vallen – is dat geen ongehoorzaamheid van de mens? Het mag gezegd worden dat de mens volledig ongekwalificeerd is om zijn ideeën voor God te uiten, en nog minder is hij gekwalificeerd om willekeurig waardeloze, stinkende, bedorven stelregels te bedenken – om nog maar te zwijgen over die stoffige opvattingen. Zijn die niet nog waardelozer?

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Alleen zij die het huidige werk van God kennen mogen God dienen

Meer bekijken

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Geef een reactie

Delen

Annuleren