560 Is de wereld jouw rustplaats?
Zij die buiten Gods woord leven en vluchten voor beproeving,
dolen maar wat door de wereld, als herfstbladeren in de wind.
I
Ze haasten zich van hot naar her.
Ze hebben nooit een rustplek, noch Gods woorden van troost.
Ze zijn slechts bedelaars op straat, buiten het koninkrijk van de hemel.
Ze dwalen van plek naar plek,
hoewel Gods tuchtiging en loutering hen nooit volgen.
Weet je zeker dat de wereld jouw rustplaats is?
Kun je glimlachen in deze wereld als je Gods tuchtiging ontweken hebt?
En kun je je vluchtige genot gebruiken om de leegte in je hart te maskeren,
die niet verborgen kan worden?
Je kunt je hele familie foppen, maar met God lukt dat nooit.
II
Omdat je geloof te zwak is, ken je het geluk van het leven niet.
God spoort je aan oprecht te zijn en je halve leven aan Hem te wijden.
Dat is beter dan je hele leven middelmatig te zijn, werkend voor het vlees,
alle pijn en lijden meemakend die de mens nauwelijks kan verdragen.
Weet je zeker dat de wereld jouw rustplaats is?
Kun je glimlachen in deze wereld als je Gods tuchtiging ontweken hebt?
En kun je je vluchtige genot gebruiken om de leegte in je hart te maskeren,
die niet verborgen kan worden?
Je kunt je hele familie foppen, maar met God lukt dat nooit.
Wat heeft het voor zin om zoveel van jezelf te houden
en te vluchten voor Gods tuchtiging?
Wat heeft het voor zin om Zijn korte tuchtiging te mijden
en voor eeuwig schaamte en straf te oogsten?
Weet je zeker dat de wereld jouw rustplaats is?
Kun je glimlachen in deze wereld als je Gods tuchtiging ontweken hebt?
En kun je je vluchtige genot gebruiken om de leegte in je hart te maskeren,
die niet verborgen kan worden?
Je kunt je hele familie foppen, maar met God lukt dat nooit.
uit ‘Het Woord verschijnt in het vlees’