Kan hard werk toegang tot het koninkrijk van de hemel verschaffen?

26 oktober 2022

Door Sheila, Kenia

Ik werd geboren in een religieuze katholieke familie. Onze priester zei altijd dat we Gods geboden moesten volgen, de mis moesten bijwonen, elkaar moesten liefhebben en goede daden moesten doen. Hij zei dat alleen mensen die zulke dingen deden vrome gelovigen waren. Als de Heer zou komen, zou Hij ze meenemen naar het hemelse koninkrijk. Ik zei vaak tegen mezelf: “Ik moet altijd doen wat God zegt, actief deelnemen aan goede daden en de kerkregels opvolgen, zodat de Heer me zal liefhebben en loven. Als Hij dan eindelijk terugkeert, zal Hij me zegenen en meenemen naar Zijn koninkrijk.”

Aan de universiteit onderbrak ik mijn studie om nog meer tijd te hebben om als vrijwilliger de kerk te dienen. Andere kerkgangers keken heel vroom als ze in de kerk waren, baden en de mis bijwoonden, maar buiten de kerk rookten ze, dronken ze en hielden ze wilde feesten. Ik walgde ervan en dacht: de Heer leert ons om van Hem te houden, om behoeftigen te helpen en om op onze hoede te zijn voor alle wereldlijke verzoekingen. Het lijkt alsof deze mensen vroom in de Heer geloven, maar in feite doen ze helemaal niets voor Hem. Ze verlangen alleen maar naar wereldlijk genot en dat gaat toch in tegen de leer van de Heer? Ik wil niet zijn zoals zij. Ik zal meer goede werken doen voor de Heer, zodat ik in het hemelse koninkrijk kan komen als het zover is.

Maar ik bleek me in het dagelijkse leven ook niet te kunnen houden aan Gods geboden. Als ik die genotzoekende kerkleden gelukkig en vrij zag leven terwijl ik worstelde met moeilijkheden, gaf ik God de schuld. De Heer leert dat we anderen moeten liefhebben als onszelf, maar ik was altijd jaloers op mensen en keek op ze neer. Mijn familie berispte me om mijn wangedrag, maar ik kwam met smoesjes en werd boos op ze. De Heer leert ons dat we bescheiden en vergevingsgezind moeten zijn, maar ik had me daar niet aan gehouden. Ik voelde me enorm schuldig en was bang dat ik alleen in naam een gelovige was. Ik vroeg me af: waarom kan ik mijn zonden niet overwinnen? Hoewel ik na elke zonde ging biechten bij mijn priester en goede daden deed om het goed te maken, bleef ik diezelfde zonde begaan. Hoe kon God een geloof als het mijne ooit zegenen? Maar toen dacht ik aan hoe onze priester altijd had gezegd dat we zouden worden vergeven als we na het zondigen bij hem kwamen biechten. Als we voor de Heer werkten en consequent goede daden deden, zou Hij genade hebben, ons zegenen en ons in Zijn koninkrijk laten. In de Bijbel staat geschreven: “Ik heb een goede strijd gestreden, ik heb mijn traject voltooid, ik heb het geloof behouden. Wat het overige betreft, voor mij wordt er een kroon van gerechtigheid bewaard” (2 Timoteüs 4:7-8). Die woorden troostten me. Ik dacht dat ik door de mis bij te wonen, te biechten en te blijven werken voor de Heer in Gods koninkrijk zou komen. Daarom hield ik mezelf bezig met goede daden. Ik bezocht zieke mensen en gevangenen, en werkte als vrijwilliger in een weeshuis.

Op een dag in 2017 bladerde ik zoals altijd op Facebook door het nieuws toen ik een passage ontdekte die door ene zuster Betty was gepost. “Er zijn veel mensen die in God geloven, maar toch zijn er maar weinig die beseffen wat het geloof in God inhoudt en wat ze moeten doen om aan Gods wil te voldoen. […] ‘Geloof in God’ betekent geloven dat er een God is. Dit is het meest eenvoudige concept met betrekking tot geloven in God. Geloven dat er een God is, is bovendien niet hetzelfde als oprecht in God geloven. Zoiets is eerder een simpele overtuiging met een sterk religieuze inslag. Oprecht geloof in God betekent het volgende: op basis van het geloof dat God soeverein is over alle dingen, ervaart men Zijn woorden en Zijn werk, zuivert men zijn verdorven gezindheid, stelt men de wil van God tevreden en leert men God kennen. Alleen een dergelijk traject kan ‘geloof in God’ worden genoemd. Toch zien mensen het geloof in God vaak als iets eenvoudigs en onbelangrijks. Mensen die op die manier in God geloven zijn kwijt wat het betekent om in God te geloven en al blijven ze wellicht tot aan het einde toe geloven, ze zullen nooit Gods goedkeuring ontvangen, omdat deze mensen het verkeerde pad bewandelen. Er zijn vandaag de dag nog steeds mensen die in God geloven volgens de letter en volgens inhoudsloze doctrine. Ze weten niet dat ze de kern van geloof in God ontberen, en ze kunnen Gods goedkeuring niet verkrijgen. Toch bidden ze tot God om gezegend te worden met veiligheid en voldoende genade. Laat ons ophouden, onze harten stillen en onszelf afvragen: kan het zo zijn dat in God geloven echt het makkelijkste ter wereld is? Kan het zo zijn dat in God geloven niet méér betekent dan veel genade ontvangen van God? Zijn mensen die in God geloven zonder Hem te kennen, of die in God geloven en zich niettemin tegen Hem verzetten, echt in staat om te voldoen aan de wil van God?(Het Woord, Vol. 1, Het werk van God en het kennen van God, Voorwoord). Die woorden voelden ongelooflijk fris en nieuw. Zodra ik ze hoorde, was ik meteen geboeid. Ik had eigenlijk nog nooit nagedacht over de vragen die aan het einde van dit stuk werden gesteld. Ik dacht: dit is fantastisch. Wiens woorden zijn dit? Die korte passage openbaart duidelijk de zin van het geloof in God en wat we willen bereiken met ons geloof. Ik dacht na over die woorden en voor het eerst dacht ik oprecht na over mijn geloof. Ik dacht terug aan de jaren dat ik had geloofd. Ik had deelgenomen aan veel kerkactiviteiten en -ceremonies, was actief geweest als kerkleider en had goede daden in de gemeenschap gedaan. Ik had een beetje geleden en ervoor geboet. Maar ik had al die dingen gedaan, zodat mijn familie en ik zouden worden gezegend, zodat God ons zou beschermen, en vooral zodat ik Gods koninkrijk zou kunnen binnengaan. Ik had altijd gedacht dat het juist was om zulke zaken na te streven, dat God tevreden zou zijn met mijn geloof en dat ik Zijn beloftes en zegeningen zou ontvangen. Maar na het lezen van die woorden werd ik me vaag bewust van een diepere zin van mijn geloof. Ik deed goede daden en cijferde mezelf weg om in ruil daarvoor de zegeningen van het koninkrijk te ontvangen. Dat is geen ware liefde voor God. Hoe kon God ooit zo’n geloof prijzen? Maar toen dacht ik aan hoe ik ruim twintig jaar in de Heer had geloofd en altijd had bijgedragen aan het kerkleven. Was het mogelijk dat al mijn lijden en offers voor niets waren geweest? Hoe meer ik over die woorden nadacht, hoe meer ik wilde weten wat er nog meer op de Facebook-pagina van zuster Betty stond, zodat ik het allemaal beter kon begrijpen. Ik nam contact op en we hadden een online bijeenkomst. Het was ongelooflijk verhelderend.

Ik deelde met haar hoe ik me had gevoeld na het lezen van die woorden: “Betty, je online post was geweldig. Daardoor zie ik nu in dat ik in de Heer geloof om zegeningen te ontvangen. Ik heb de Heer dus niet echt lief. Maar er is één ding dat ik niet begrijp. In de Bijbel staat: ‘Ik heb een goede strijd gestreden, ik heb mijn traject voltooid, ik heb het geloof behouden. Wat het overige betreft, voor mij wordt er een kroon van gerechtigheid bewaard’ (2 Timoteüs 4:7-8). Mijn priester zegt altijd dat we goede werken en goede daden moeten blijven doen. Dan zal de Heer ons zegenen en zullen we in Zijn koninkrijk kunnen komen. In al die jaren dat ik heb geloofd, is dat precies wat ik heb gedaan. Zal de Heer het vergeten? Zal ik echt niet in Zijn koninkrijk kunnen komen?”

Zuster Betty deelde toen dit inzicht: “Altijd zwoegen en offers brengen, evenals goede daden doen voor de Heer, zal de Heer zeer behagen en als Hij terugkeert, zal Hij ons opnemen in Zijn koninkrijk. Dat is wat Paulus heeft gezegd. De Heer Jezus heeft nooit zoiets gezegd. De Heilige Geest ook niet. Die woorden vertegenwoordigen enkel de persoonlijke mening van Paulus. Ze zijn niet wat de Heer bedoelde. De woorden van mensen zijn niet de waarheid. Alleen Gods woorden zijn de waarheid. Als het gaat om het betreden van Gods koninkrijk, hebben Gods woorden gewoonweg voorrang. Als we de woorden van mensen volgen, zullen we afdwalen van de weg van de Heer. Dus wie kan in het hemelse koninkrijk komen? De Heer Jezus is daar heel duidelijk in: ‘Niet iedereen die tot mij zegt: Heer, Heer, zal het koninkrijk van de hemel binnengaan: maar hij die de wil doet van mijn Vader die in de hemel is, hij zal het koninkrijk van de hemel binnengaan(Matteüs 7:21). Dat toont aan dat God niet kijkt naar hoeveel we opofferen als Hij beslist wie het koninkrijk mag betreden. In plaats daarvan kijkt Hij alleen maar of we Zijn wil volgen. Om het koninkrijk te betreden, moeten mensen zich ontdoen van hun zondige natuur en worden gereinigd. Ze moeten Gods woorden in praktijk brengen en God echt gehoorzamen en liefhebben en Hem aanbidden. Als we zwoegen en veel offers brengen, maar we kunnen Gods woorden niet volgen en zondigen en weerstaan God vaak, dan zijn we boosdoeners. Zo iemand kan niet in het koninkrijk komen. Al die joodse farizeeën die de Heer weerstonden, hadden God jarenlang gediend in de tempel en zelfs wijd en zijd bekeerlingen gemaakt. Hun lijden was groot en ze betaalden een hoge prijs. Vanbuiten leek het alsof ze toegewijd waren aan God, maar ze hielden zich alleen maar bezig met religieuze rituelen. Ze preekten over menselijke tradities en doctrines, en verwierpen Gods wetten en geboden. Hun dienst ging volledig in tegen Gods wil en ze dwaalden af van de weg van God. Toen de Heer Jezus Zijn werk kwam doen, keerden de farizeeën zich openlijk tegen Hem om hun eigen posities te beschermen. Ze veroordeelden en lasterden Hem, en probeerden mensen ervan te weerhouden om Hem te volgen. Ten slotte werkten ze zelfs samen met de Romeinse overheid om de Heer Jezus te kruisigen. Ze beledigden Gods gezindheid en werden door Hem gestraft. Dat bewijst dat mensen hard kunnen werken en offers kunnen brengen, maar niet automatisch Gods wil doen. Zolang mensen niet gereinigd zijn van zonde, zullen ze zondigen en God weerstaan, zelfs als ze zich voor Hem uitputten. Dat geldt ook voor ons. Hoewel we met kerkgangers communiceren, aardig lijken en hard lijken te werken, willen we worden gezegend en Gods koninkrijk betreden. Als God ons zegent, bedanken we en loven we Hem. Als we ziek zijn of er gebeurt iets slechts, geven we Hem de schuld en verraden we Hem misschien zelfs. Normaal gesproken willen we profiteren van onze offers en onze goede werken. We scheppen op hoeveel we lijden en werken voor God, zodat anderen naar ons opkijken en ons bewonderen, en we roem, geld en status krijgen. We worden boos als we mensen of dingen zien die we niet mogen en we kunnen ons niet houden aan Gods woorden enzovoort. Dat laat ons zien dat we al die dingen niet doen uit liefde voor God of om God te behagen, maar voor een handeltje met God. We gebruiken en bedriegen God om onze eigen ambities te vervullen. Hoe kunnen we dan de mensen zijn die de wil van de hemelse Vader doen? In de Bijbel staat: ‘Jullie zullen heilig zijn, want ik ben heilig(1 Petrus 1:16). We weten dat God heilig is, dus hoe kan God ooit onreine mensen zoals wij naar het hemelse koninkrijk leiden? Alleen als we onze zondige natuur afwerpen en God niet langer weerstaan, zal God ons prijzen en waardig achten om Zijn koninkrijk binnen te gaan.”

Terwijl ik naar haar luisterde, dacht ik: ik dacht dat ik in het koninkrijk kon komen door goede werken te doen, maar nu lijkt het alsof mijn geloofsbeoefening in strijd was met Gods wil. Mensen kunnen het koninkrijk alleen binnengaan door te worden gereinigd, maar mijn probleem is dat ik niet weet hoe ik kan worden gereinigd. Ik deelde mijn gedachten en zorgen met zuster Betty.

Als reactie daarop las ze enkele relevante passages uit Almachtige Gods woorden voor. “Kan een zondaar zoals jullie, die net is verlost en niet is veranderd of vervolmaakt door God, naar Gods hart zijn? Voor jou geldt dat jij, die nog steeds je oude zelf bent, inderdaad gered bent door Jezus en dat je niet beschouwd wordt als een zondaar vanwege de redding door God, maar dat bewijst niet dat je niet zondig bent en niet onzuiver bent. Hoe kun je heilig zijn als je niet veranderd bent? Van binnen ben je overladen met onzuiverheid, zelfzuchtig en verachtelijk, maar toch wil je nederdalen met Jezus – dan zou je wel boffen! Je hebt een stap overgeslagen in je geloof in God: je bent alleen maar verlost, maar je bent niet veranderd. Om naar Gods hart te zijn, moet God persoonlijk het werk verrichten, dat inhoudt dat Hij je verandert en zuivert. Anders zul jij, die alleen verlost is, geen heiligheid kunnen verkrijgen. Op die manier ben je niet gekwalificeerd om te delen in de goede zegeningen van God omdat je een stap mist in Gods werk van het managen van de mens, en wel de cruciale stap van verandering en vervolmaken. Jij, een zondaar die net is verlost, bent daarom niet in staat om rechtstreeks de erfenis van God te erven(Het Woord, Vol. 1, Het werk van God en het kennen van God, Over titels en identiteit). “Jezus deed veel werk onder de mens, maar voltooide alleen de verlossing van alle mensen en werd het zondoffer van de mens; Hij ontdeed de mens niet van heel zijn verdorven gezindheid. Om de mens volledig van de invloed van Satan te redden, was het niet alleen vereist dat Jezus het zondoffer werd en de zonden van de mens droeg, maar ook dat God zelfs nog groter werk deed om de mens volledig te verlossen van zijn satanisch verdorven gezindheid. En zo, nu de zonden van de mens zijn vergeven, is God teruggekeerd naar het vlees om de mens het nieuwe tijdperk binnen te leiden, en is Hij het werk van tuchtiging en oordeel begonnen. Dit werk heeft de mens een hoger rijk binnengebracht. Iedereen die zich aan Zijn heerschappij onderwerpt, zal een hogere waarheid genieten en rijkere zegeningen ontvangen. Ze zullen echt in het licht leven en ze zullen de waarheid, de weg en het leven verkrijgen(Het Woord, Vol. 1, Het werk van God en het kennen van God, Voorwoord). Toen communiceerde zuster Betty: “In het Tijdperk van Genade deed de Heer Jezus alleen het verlossingswerk. Als we Zijn redding aanvaarden, hoeven we alleen maar bij Hem te biechten en berouw te tonen en onze zonden worden vergeven. Dan kunnen we genieten van de genade en zegeningen die Hij ons schenkt. Het is waar dat de Heer Jezus onze zonden vergeeft, maar Hij vergeeft niet onze zondige natuur en satanische gezindheden. Doordat Satan ons heeft verdorven, worden we beheerst door onze verdorven gezindheden, zoals arrogantie, bedrieglijkheid, kwaadaardigheid en koppigheid, zodat we wel moeten zondigen en God wel moeten weerstaan. In werkelijkheid is onze satanische aard de wortel van onze zonde. Als we die niet verwijderen, zullen we God blijven weerstaan en zullen we het koninkrijk nooit waardig zijn. Daarom heeft de Heer gezegd dat Hij zal terugkeren in de laatste dagen om de waarheid uit te drukken om het oordeelswerk te doen dat begint in Gods huis, om onze satanische gezindheden geheel te reinigen en te veranderen. Dan kunnen we eindelijk worden bevrijd van zonde en volledig worden gered en gewonnen door God. Het is precies zoals de Heer heeft geprofeteerd: ‘Hij die mij veracht, en mijn woorden niet ontvangt, heeft iemand die over hem oordeelt; de woorden die ik heb gesproken, dezelfde zullen op de laatste dag over hem oordelen(Johannes 12:48). ‘Ik heb jullie nog veel dingen te zeggen: maar die kunnen jullie nu niet verdragen. Maar wanneer Hij, de Geest van de waarheid, gekomen is, zal Hij jullie alle waarheid leren. Want Hij zal niet over Zichzelf spreken; maar alle dingen die Hem ter ore zullen komen, zal Hij spreken; en de dingen die zullen komen zal Hij jullie tonen(Johannes 16:12-13). Alleen door het oordeelswerk van de teruggekeerde Heer in de laatste dagen te aanvaarden, kunnen we worden gereinigd van al onze verdorvenheid. Alleen dan zullen we waardig zijn om Gods beloften te ontvangen en Zijn koninkrijk binnen te gaan.”

De communicatie van zuster Betty opende me echt de ogen. Al die jaren had ik gezondigd en vervolgens gebiecht bij de priester. Ik had hard gewerkt om goede daden te doen en toch bleef ik zondigen. Nu wist ik dat de Heer Jezus alleen het verlossingswerk had uitgevoerd. Door in Hem te geloven, worden alleen onze zonden vergeven, maar onze zondige natuur in ons blijft. Daarom leefde ik in een vicieuze cirkel van zondigen en biechten. Ik kon alleen worden gereinigd van mijn verdorvenheid door het aanvaarden van het oordeelswerk van de teruggekeerde Heer in de laatste dagen. Alleen op die manier kunnen we God echt liefhebben en gehoorzamen, en het koninkrijk van God binnengaan. Die gedachte maakte me heel blij. Ik had nu hoop dat ik zonder zonde het koninkrijk zou kunnen binnengaan.

De volgende dag speelde zuster Betty een voordracht af met de titel: ‘De Redder is al teruggekeerd op een “witte wolk”’. Ik vond het heel ontroerend. De woorden klonken heel gezaghebbend. Daarna zei ze dolblij: “De Heer naar wie we allemaal hebben verlangd, is al teruggekeerd. Hij is de geïncarneerde Almachtige God. Almachtige God drukt veel waarheden uit en doet het oordeelswerk dat begint in Gods huis. Wat we gisteren hebben gelezen, evenals de voordracht waar we vandaag naar hebben geluisterd, is allemaal uitgesproken door Almachtige God Zelf. Almachtige God is gekomen, heeft de zeven zegels geopend en de kleine boekrol uitgerold. Hij heeft alle mysteries geopenbaard die we nooit hebben begrepen, en alle waarheden geschonken die we nodig hebben om volledig te worden gered en gereinigd. Dat vervult de profetie in Openbaring: ‘Hij die oren heeft, laat hem horen wat de Geest tot de kerken zegt(Openbaring 3:6). Dat we vandaag Gods stem kunnen horen, komt door de leiding van God. We zijn allemaal gezegend.”

Ik was dolblij om het nieuws te horen dat de Heer echt was teruggekeerd. Het bleek dat de voordracht waar ik naar had geluisterd en de woorden die ik de dag ervoor had gelezen echt Gods woorden waren. Daarom hadden ze zo veel gezag. Wie anders zou het mysterie kunnen openbaren over hoe de Heer precies terugkeert? Niemand anders dan God zou dat kunnen. Ik was er volledig van overtuigd dat die woorden waren gesproken door God en dat de Heer echt was teruggekeerd. Ik voelde een enorme blijdschap. Ik had nooit gedacht dat ik de terugkeer van de Heer zou kunnen verwelkomen. Wat bofte ik. Maar ik had nog één vraag: “Hoe voert God het oordeelswerk uit om de mens te reinigen en volledig te redden?”

Zuster Betty las deze passage uit Almachtige Gods woorden voor als antwoord op mijn vraag. “Christus van de laatste dagen gebruikt een verscheidenheid aan waarheden om de mens te onderwijzen, om het wezen van de mens te ontmaskeren, en om de woorden en daden van de mens te ontleden. Deze woorden omvatten verscheidene waarheden, zoals de plicht van de mens, hoe de mens God moet gehoorzamen, hoe de mens trouw moet zijn aan God, hoe de mens een normale menselijkheid moet naleven, alsook de wijsheid en de gezindheid van God, enzovoort. Deze woorden doelen allemaal op het wezen van de mens en zijn verdorven gezindheid. In het bijzonder die woorden die aan de kaak stellen hoe de mens God versmaadt, worden gesproken in verband met hoe de mens een belichaming van Satan is en een vijandelijke macht tegen God. Door het ondernemen van Zijn werk van oordeel, maakt God niet zonder meer de natuur van de mens duidelijk met een paar woorden; over een langer tijdsbestek houdt Hij Zich bezig met ontmaskeren, behandelen en snoeien. Al deze methoden van ontmaskering, behandelen en snoeien kunnen niet vervangen worden door gewone woorden, maar met de waarheid van datgene waarvan de mens in het geheel verstoken is. Alleen dit soort methoden kan als oordeel worden beschouwd; alleen door middel van dit soort oordeel kan de mens onderworpen worden en grondig ten aanzien van God overtuigd worden, en daarenboven ware kennis van God vergaren. Wat het werk van oordeel teweegbrengt is het begrip van de mens van het ware gezicht van God en de waarheid over zijn eigen opstandigheid. Door het werk van oordeel vergaart de mens veel begrip over de wil van God, over het doel van Gods werk, en over de mysteriën die onbegrijpelijk voor hem zijn. Het laat de mens ook zijn verdorven essentie herkennen en kennen en de wortels van zijn verdorvenheid, alsmede de afstotelijkheid van de mens ontdekken. Deze resultaten worden allemaal verkregen door het werk van oordeel, want de essentie van dit werk is eigenlijk het werk van het openleggen van de waarheid, de weg en het leven van God voor al degenen die geloof in Hem hebben. Dit werk is het werk van oordeel gedaan door God(Het Woord, Vol. 1, Het werk van God en het kennen van God, Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid). Na het lezen zei zuster Betty: “In de laatste dagen werkt Almachtige God om over mensen te oordelen en ze te reinigen met Zijn woorden. Hij oordeelt over de opstandigheid en zondigheid van de mens, openbaart onze natuur die zich tegen God verzet en onze verdorven gezindheden, oordeelt over ons verlangen naar zegeningen en ontmaskert het, evenals ons bezoedelde geloof en foute ideeën en diverse noties over God. Hij laat ons ook zien hoe we eerlijk moeten zijn en hoe we moeten dienen volgens Zijn wil, hoe we Hem echt moeten gehoorzamen en liefhebben, hoe we Zijn wil moeten doen enzovoort. Door Gods tuchtiging en oordeel te ondergaan, zien we hoe Satan ons heeft verdorven, en hoe onze bedrieglijkheid, arrogantie en kwaadaardigheid allemaal van onze satanische gezindheden komen. Zo kunnen we Gods heilige en rechtvaardige gezindheid zien die geen belediging duldt. We beginnen onszelf te haten, krijgen spijt en beoefenen de waarheid. Vervolgens zullen onze levensgezindheden veranderen. Dat alles wordt bereikt door het oordeel van Gods woorden.” Toen deelde zuster Betty haar eigen ervaringen. In haar geloof in het verleden dacht ze dat ze de Heer liefhad omdat ze zichzelf vol enthousiasme inspande. Ze bad vaak om de Heer om genade en zegeningen te vragen. Ze was ervan overtuigd dat de Heer haar zeker zou belonen met toegang tot het koninkrijk omdat ze voor Hem had geleden. Nadat ze Gods werk van de laatste dagen had aanvaard en Zijn woorden over haar hadden geoordeeld, zag ze dat haar ideeën over het geloof fout en bezoedeld waren. Toen besefte ze dat ze niet geloofde uit liefde voor God of om de plicht van een geschapen wezen te doen, maar om haar eigen verlangen naar zegeningen te bevredigen en met de zegeningen van het koninkrijk te worden beloond. Ze gebruikte God en onderhandelde met Hem. Ze vond zichzelf egoïstisch, gespeend van menselijkheid. Ze had spijt en haatte zichzelf. Ze begon de waarheid na te streven zoals God vereiste. Na verloop van tijd werden haar verkeerde ideeën over het geloof rechtgezet. Haar satanische gezindheid begon ook te veranderen. Ze zag dat ze pas echt kon worden gereinigd van haar verdorvenheid en zichzelf kon leren kennen door zowel het oordeel als de tuchtiging van Gods woorden te aanvaarden.

Zuster Betty’s communicatie toonde me hoe praktisch het is voor God om de waarheid uit te drukken en Zijn oordeelswerk in de laatste dagen te doen, en hoe het mensen echt kan veranderen en reinigen. Ik zag hoezeer we God nodig hebben om Zijn oordeelswerk in de laatste dagen te doen, en dat we nu een pad hebben om te worden bevrijd van verdorvenheid. Ik was opgetogen. Tijdens latere bijeenkomsten vertelde zuster Betty me over het mysterie van Gods incarnatie, hoe Satan manieren vind om de mens te verderven, Gods proces om de mens stap voor stap te redden, de waarheid van de Bijbel, welk einde de mensheid wacht en meer. Ze vertelde me waarheden die ik nooit eerder had gehoord in de ruim twintig jaar dat ik al in God geloofde. Bij het lezen van Almachtige Gods woorden raakte ik er geleidelijk van overtuigd dat ze de stem van God waren. Alleen de geïncarneerde God kan zulke gezaghebbende en krachtige woorden verkondigen. Wie behalve God kan de waarheid over de verdorvenheid van de mensheid door Satan ontmaskeren? Wie kan ons de fouten in ons geloof laten zien en voor ons het juiste pad in ons geloof openbaren? Wie kan de mysteries van Gods zesduizendjarige managementplan openbaren en ons vertellen welk einde en welke bestemming op ons wacht? Ik raakte ervan overtuigd dat Almachtige God echt de teruggekeerde Heer is. Hij is echt Christus van de laatste dagen. Toen aanvaardde ik blij Almachtige Gods werk van de laatste dagen. Ik bedank Almachtige God dat Hij me heeft gekozen en gered.

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud