2000 jaar geleden kwam onze Redder de Heer Jezus om het werk van de verlossing te doen en werd Hij onzinnig veroordeeld door de hoofdpriesters, schriftgeleerden en farizeeën van het joodse geloof. Omdat de meeste judaïsten hun religieuze leiders vereerden, volgden ze die antichristen in het veroordelen en verwerpen van de Heer Jezus, en hadden ze ten slotte de hand in Zijn kruisiging. Dat was een vreselijke zonde die ze Gods verdoemenis en straf opleverde, en waarvoor de natie Israël voor 2000 jaar werd verdoemd. De Heer Jezus is in de laatste dagen teruggekeerd als geïncarneerde Almachtige God, en drukt waarheden uit en doet het oordeelswerk om de mensheid volledig te reinigen en te redden. Hij wordt ook geconfronteerd met de uitzinnige veroordeling en tegenstand van religieuze leiders. Ze grendelen hun kerken af en beletten gelovigen om de ware weg te onderzoeken, zodat veel mensen het niet durven te onderzoeken en te aanvaarden, hoewel ze duidelijk hebben gezien dat Almachtige Gods woorden de waarheid zijn, dat ze krachtig, en gezaghebbend zijn en afkomstig zijn van God. Daardoor verliezen velen hun kans om de Heer te verwelkomen en storten ze in de ramspoed. Waar ging het mis wat het verwelkomen van de Heer betreft? Het komt doordat ze hun religieuze leiders ophemelen! Ze geloven dat religieuze leiders zijn benoemd door God en door God worden gebruikt, en dat hen gehoorzamen hetzelfde is als God gehoorzamen, dus ze volgen hen in alle opzichten, en onderwerpen zich aan hun woorden alsof ze afkomstig zijn van God. Velen denken ook dat de Heer Jezus het de geestelijken zeker eerst zal vertellen als Hij terugkeert, dus als je het niet van hen hoort, is dat bewijs dat Hij niet teruggekeerd. Verder proberen ze niet eens het werk van Almachtige God te onderzoeken, maar net als de religieuze leiders veroordelen ze Hem. En dus storten ze in de rampspoed en missen ze hun kans om opgenomen te worden. Wiens schuld is dat? Er is geen eenvoudig antwoord. De farizeeën die lang geleden de Heer Jezus weerstonden en verwierpen werden verdoemd door God, en veel mensen in de huidige religieuze wereld hebben die pijnlijke les niet van hen geleerd. Omdat ze hun geestelijken blindelings vereren, volgen ze hen in het veroordelen van de teruggekeerde Heer Jezus en nagelen ze God opnieuw aan het kruis. Dat is echt zonde. Maar zijn de religieuze leiders echt benoemd door God? Is je aan hen onderwerpen hetzelfde als God volgen? We moeten hierover dringend duidelijkheid krijgen.

Veel gelovigen denken dat de religieuze leiders, geestelijken zoals de paus, bisschoppen, dominees en ouderlingen worden aangesteld en gebruikt door de Heer Jezus en het gezag hebben om gelovigen te leiden, dus dat hen gehoorzamen hetzelfde is als God gehoorzamen. Waarop is dit geloof gebaseerd? Heeft de Heer Jezus ooit gezegd dat alle religieuze leiders zijn benoemd door God? Dat heeft Hij nooit gezegd. Hebben ze de getuigenis van de Heilige Geest of bewijs van het werk van de Geest? Nee. Dat betekent dat dit idee zuiver een menselijke notie is. Laten we er eens over nadenken. Zou volgens dit menselijke idee dat religieuze leiders allemaal zijn benoemd door God, dat dan ook kunnen gelden voor de joodse hoofdpriesters, schriftgeleerden en farizeeën die de Heer Jezus weerstonden en verwierpen? Betekende hen volgen bij het kruisigen van de Heer Jezus ook je onderwerpen aan God? Dit is duidelijk een absurde manier om geestelijken te behandelen. Uit de Bijbel blijkt ook dat God in Zijn werk in elk tijdperk mensen aanstelt om te helpen met Zijn werk. Al die mensen worden door God zelf geroepen en en God zelf legt aan hen getuigenis af, dat blijkt uit Gods woorden. Ze worden nooit aangesteld door andere mensen, en ze worden niet opgeleid door mensen. Denk aan het Tijdperk van de Wet toen God Mozes gebruikte om de Israëlieten uit Egypte te leiden. Jehova Gods eigen woorden gaven hier getuigenis van. Jehova God zei tegen Mozes: “De jammerklacht van de Israëlieten is tot mij doorgedrongen en ik heb gezien hoe wreed de Egyptenaren hen onderdrukken. Daarom stuur ik jou nu naar de farao: jij moet mijn volk, de Israëlieten, uit Egypte wegleiden” (Exodus 3:9-10). In het Tijdperk van Genade gebruikte de Heer Jezus Petrus om de kerken te hoeden en Hij gaf ook getuigenis tegen Petrus. De Heer Jezus zei tegen Petrus: “Simon, zoon van Johannes, houd je van me? […] Weid mijn schapen” (Johannes 21:17). “En ik zeg je: jij bent Petrus, de rots waarop ik mijn kerk zal bouwen, en de poorten van het dodenrijk zullen haar niet kunnen overweldigen. Ik zal je de sleutels van het koninkrijk van de hemel geven, en al wat je op aarde bindend verklaart zal ook in de hemel bindend zijn, en al wat je op aarde ontbindt zal ook in de hemel ontbonden zijn” (Matteüs 16:18-19). God benoemt persoonlijk en geeft getuigenis aan de mensen die Hij in elke fase gebruikt, en dit wordt bevestigd door het werk van de Heilige Geest. In de Tijdperken van de Wet en van Genade werden degenen die God gebruikte soms persoonlijk door Hem benoemd en werd door Hem aan hen getuigenis gegeven. Soms gebruikte Hij andere methoden. Zonder Zijn directe benoeming openbaarde Hij dit via profeten, of was er bewijs van het werk van de Heilige Geest. Dat kan niet ontkend worden. Wie gaf in de huidige religieuze wereld de paus, bisschoppen, priesters, dominees en ouderlingen de positie die ze bekleden? Is er bewijs van Gods woorden of het werk van de Heilige Geest? Heeft de Geest van hen getuigd? Nauwelijks. In feite zijn al die religieuze leiders binnen de kerken meestal afgestudeerd aan seminaries en theologische scholen en hebben ze een graad in theologie. Met hun diploma in de hand worden ze aan kerken toegewezen om gelovigen te leiden. Sommigen zijn talentvol en welsprekend, en leren hun vak goed, dus worden ze aangesteld of aanbevolen door hogere leiders en stijgen ze in rang. Bijna alle geestelijken van de religieuze wereld komen zo aan hun positie, maar de meeste ontberen het werk van de Heilige Geest. Een klein percentage van hen kan iets van het werk van de Geest hebben, maar ze hebben niet Zijn getuigenis. We kunnen er dus zeker van zijn dat ze niet de mensen zijn aan wie God getuigenis geeft of die Hij gebruikt. Ze zijn heel duidelijk opgevoed en gekozen door andere mensen, dus waarom beweren ze dan dat ze zijn benoemd door God? Druist dat niet in tegen de feiten? Liegen en getuigen ze niet onbeschaamd voor zichzelf? Wat zijn hier de consequenties van? Misleiden en benadelen ze niet gelovigen? Sommige religieuze leiders citeren zelfs de woorden van de Heer Jezus die Petrus opriep schaamteloos te beweren dat het gezag dat de Heer Jezus aan Petrus schonk is doorgegeven aan de paus, zodat de paus door God is gemachtigd en de Heer Jezus kan vertegenwoordigen, en omdat de priesters de paus volgen, zijn zij ook gemachtigd door God, zodat ze zonden kunnen vergeven. Is dat niet belachelijk? Zei de Heer Jezus ooit tegen Petrus het aan hem geschonken gezag door te geven aan generaties van geestelijken? De Heer Jezus heeft dat nooit gezegd. Heeft Petrus ooit zulke dingen uitgesproken? Absoluut niet. Zoiets staat niet in de Bijbel. Bovendien waren er in die tijd geen paus en priesters. Dus die religieuze leiders die verkondigen dat ze door God zijn gemachtigd en de Heer Jezus kunnen vertegenwoordigen doen of ze God zijn en misleiden mensen, nietwaar? Is het niet zo dat zij die hen gehoorzamen en voor hen buigen afgoden aanbidden? Is dat niet God weerstreven? Veel mensen begrijpen dat niet, en ze blijven hun leiders blindelings vereren, denkend dat ze zijn benoemd door God. Zie je hoe dwaas en onwetend dat is? Is dit anders dan ongelovigen die afgoden aanbidden? Als je een gelovige bent maar niet het woord van God wil volgen, als je andere mensen vereert en voor ze knielt om je zonden te belijden alsof ze God zijn, ben je dan niet respectloos en godslasterlijk tegen God? Kunnen zij die zo dwaas zijn om dit te doen worden gered door God? Waarschijnlijk niet. Zij die zo dwaas zijn om dit te doen kunnen Gods goedkeuring niet krijgen.

We moeten er duidelijk over zijn dat God iemand niet lichtvaardig of willekeurig benoemt. Er moet bewijs zijn. Er was bewijs toen God Mozes benoemde, en dat wisten in ieder geval de Israëlieten. De benoeming van Petrus door de Heer Jezus was ook echt, wat bekend was bij de apostelen. Dus de bewering dat God iemand heeft benoemd moet gebaseerd zijn op feiten. Geen mens kan dat willekeurig beweren. We kunnen ook zien dat iedereen die God benoemt de leiding en bevestiging van de Heilige Geest heeft. Zijn werk kan Gods wil uitvoeren en het zal heel duidelijke resultaten opleveren. Hij kan Gods opdracht uitvoeren. Laten we kijken wat Almachtige God zegt. “Wat betreft het wezen van zijn werk en de onderliggende reden waarom hij gebruikt wordt, doet God de mens die door Hem gebruikt wordt opstaan. Hij wordt door God voorbereid op Gods werk en doet mee aan het werk van God Zelf. Geen enkele persoon zou zijn werk ooit over kunnen nemen; dit is de menselijke samenwerking die naast het goddelijke werk onmisbaar is. Het werk dat uitgevoerd wordt door andere werkers of apostelen, is daarentegen slechts de overdracht en implementatie van de vele aspecten van de regelingen voor de kerken tijdens elke periode, of het werk van het eenvoudigweg geven van leven om het kerkleven in stand te houden. Deze werkers en apostelen zijn niet aangesteld door God, laat staan dat zij kunnen worden gezien als mensen die door de Heilige Geest worden gebruikt. Ze worden gekozen uit de kerken en nadat ze training hebben ondergaan en gedurende een tijd gevormd zijn, mogen zij die geschikt zijn blijven. Degenen die ongeschikt zijn, worden teruggestuurd naar waar zij vandaan kwamen. Omdat deze mensen zijn gekozen uit de kerken, laten sommigen van hen hun ware aard zien wanneer zij leiders zijn geworden. Sommigen doen zelfs veel slechte dingen en worden uiteindelijk geëlimineerd. De persoon die door God gebruikt wordt, is echter iemand die door God is voorbereid en die een zeker kaliber bezit en menselijkheid heeft. Hij is van tevoren voorbereid en volmaakt gemaakt door de Heilige Geest en hij wordt volledig geleid door de Heilige Geest. Met name waar het om zijn werk gaat, wordt hij geleid en geïnstrueerd door de Heilige Geest. Daardoor wijkt hij niet af van het pad van het leiden van Gods uitverkorenen, want God neemt zeker verantwoordelijkheid voor Zijn eigen werk en God doet altijd Zijn eigen werk” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Over het gebruik door God van de mens).

Uit Almachtige Gods woorden blijkt dat God lang van tevoren degenen voorbereidt die Hij benoemt en gebruikt voor Zijn werk, en dat zij degenen zijn die God verheft om Zijn uitverkorenen te leiden. Hun werk en preken komen geheel voort uit de voorziening en leiding van de Heilige Geest, en iemand die niet persoonlijk is benoemd door God kan nooit hun plaats innemen. Mozes in het Tijdperk van de Wet en Petrus in het Tijdperk van Genade hielden zich strikt aan Gods woorden en eisen om Zijn uitverkorenen te leiden, en God was altijd bij hen en wees hen de weg bij elke bocht. God gebruikt nooit een verkeerd persoon of iemand die Hem weerstreeft. Hij is altijd verantwoordelijk voor Zijn eigen werk. Degenen die God gebruikt, worden voortdurend verlicht door de Heilige Geest in hun werk en woorden en kunnen hun zuiver inzicht in Gods woorden delen om Gods uitverkorenen te helpen om Zijn uitspraken, Zijn wil en Zijn eisen te begrijpen. Ze kunnen altijd de waarheid gebruiken om Gods uitverkorenen te helpen met hun praktische worstelingen om binnen te gaan in de werkelijkheid van Gods woorden en de juiste weg op te gaan in hun geloof. Als Gods uitverkorenen het hoeden van hen die door God worden gebruikt, aanvaarden en zich onderwerpen, kunnen ze echt voedsel voor hun leven verwerven en geleidelijk meer inzicht krijgen in de waarheid, Gods werk en gezindheid beter kennen, en hun geloof en liefde voor God vergroten. Daarom worden degenen die God gebruikt gesteund door Gods uitverkorenen die in hun hart weten dat zij zijn benoemd door God en naar Gods hart zijn. Als we hun leiderschap aanvaarden en ons onderwerpen, volgen we God en onderwerpen we ons aan Hem, wat overeenstemt met Gods wil. Degenen die God gebruikt, worden benoemd om Zijn uitverkorenen te leiden om Gods werk te ervaren en Hem te volgen, Hun werk en spreken komen geheel voort uit het leiderschap en de verlichting van de Heilige Geest. Hun leiderschap aanvaarden en je onderwerpen is eigenlijk je onderwerpen aan God. Hen weerstaan is God weerstaan en zal ertoe leiden dat je wordt ontmaskerd en geëlimineerd door God, of misschien zelfs verdoemd en gestraft. Net zoals toen Mozes de Israëlieten uit Egypte voerde, en de groep van Korach en Datan die tegen hem vocht werd gestraft door God. Dat is een duidelijk feit.

Laten we de huidige religieuze leiders eens bekijken, de paus, de bisschoppen en priesters in het katholocisme en de dominees, ouderlingen en andere geestelijken in het christendom. Zijn ze benoemd door God? Heeft God zich voor hen uitgesproken? Hebben ze bewijs van het werk van de Heilige Geest? Hebben ze bewijs van de vruchten van hun werk? Ze hebben niets van dat alles. Dat bewijst dat ze zijn gekozen door mensen en niet zijn benoemd door God. Omdat we hebben gezien dat ze zijn opgevoed op seminaries en benoemd door officiële religieuze instellingen, weten we dat we voorzichtig moeten zijn. De meesten van hen geloven niet in de waarheid of hebben geen oprecht geloof in God. Ze geloven in theologie, in hun positie en titel, in het inkomen dat ze eruit halen. Hoe verheven hun Bijbelse kennis ook is of hoe goed hun preken ook zijn, ze hebben niet het werk en de leiding van de Heilige Geest, of de verlichting van de Geest. Hieruit blijkt dat ze valse herders en ongelovigen zijn en dat God ze niet erkent. Dus is het niet ongelooflijk dwaas om ze te vereren en te volgen? Ze ontberen niet alleen de getuigenis van Gods woorden en bewijs van de Heilige Geest, maar er is nog één essentieel stuk bewijs waardoor we zien wat ze werkelijk zijn. Almachtige God heeft zoveel waarheden uitgedrukt, en de ware aard van mensen openlijk getoond, of ze de waarheid liefhebben of niet, of ze de waarheid erkennen of niet, of ze de waarheid aanvaarden of niet, en of ze de waarheid haten en afwijzen. Dat wordt allemaal onthuld. Zij die erkennen dat Almachtige Gods woorden de waarheid zijn dat Hij God in het vlees is, zijn degenen die de waarheid liefhebben en Gods goedkeuring hebben. Ze zijn de wijze maagden die Gods stem horen en worden opgenomen voor Zijn troon. Als mensen zien dat Almachtige God zoveel waarheden heeft uitgedrukt, maar Gods verschijning en werk blijven weerstaan, verwerpen en ontkennen, betekent dat dat ze de waarheid verachten, en de antichristen zijn die God weerstaan en verwerpen. Ze zijn al in de rampspoed gestort en zullen zeker worden gestraft door God. Het zijn niet alleen katholieke en christelijke leiders, maar leiders en personages van alle denominaties die bijna zonder uitzondering Almachtige God weerstreven. De religieuze wereld is in de greep van deze bende van antichristen. Dat is een bekend feit dat niemand kan ontkennen. Dus als we weten dat deze bisschoppen, priesters, dominees en ouderlingen tot een bende antichristen horen die het werk van Almachtige God weerstaan en veroordelen, hoe moeten we dat dan benaderen? We moeten hen afwijzen en vervloeken en ons bevrijden van hun beperkingen. Dan zijn we verstandig. Als we de ware weg bij hen blijven zoeken, en blijven verwachten dat ze ons vertellen wat goed en verkeerd is, is dat ongelooflijk dom, en het is kortzichtig en onwetend. De blinde die de blinde leidt zal ten onder gaan. Hiermee wordt dit Bijbelvers vervuld: “Dwazen sterven door gebrek aan verstand” (Spreuken 10:21). “Mijn volk komt om, omdat het gebrek aan kennis heeft” (Hosea 4:6).

Het is volkomen duidelijk dat katholieke en christelijke leiders en leiders van alle andere denominaties Almachtige God openlijk verwerpen. Om hun status en inkomsten te behouden, houden ze gelovigen stevig in hun greep, nemen hun geld aan, en teren ze op gelovigen als parasieten, als demonen die zich te goed doen aan lijken. Deze antichristen verspreiden allerlei boosaardige leugens om hun positie en inkomsten te behouden, en zeggen dat elk nieuws over de komst van de Heer vals is, dat de Heer Jezus absoluut op een wolk moet komen, en dat je een valse Christus aanvaardt als je de tweede incarnatie van de Heer aanvaardt. Ze vertellen leugens om mensen te misleiden en doen wat ze kunnen om gelovigen te beletten om de ware weg te onderzoeken. Ze sluiten zelfs aan bij de CCP om hen die het koninkrijkevangelie delen te arresteren en te vervolgen. In welk opzicht verschillen deze religieuze leiders van de farizeeën die zich tegen de Heer Jezus verzetten in Zijn tijd? Zijn zij niet allemaal mensen die God kruisigen? Zijn zij niet allemaal valse herders en antichristen die mensen doen afdwalen en te gronde richten? Denk aan de woorden waarmee de Heer Jezus de farizeeën veroordeelt: “Wee jullie, schriftgeleerden en farizeeën, huichelaars, jullie versperren de mensen de toegang tot het koninkrijk van de hemel. Jullie gaan er zelf niet binnen, maar laten ook degenen die er willen binnengaan niet toe” (Matteüs 23:13). “Wee jullie, schriftgeleerden en farizeeën, huichelaars, jullie bereizen landen en zeeën om één enkele proseliet te winnen, en wanneer je hem eenmaal voor je gewonnen hebt, wordt hij dankzij jullie tot een hellekind in het kwadraat” (Matteüs 23:15). We kunnen zien dat de meeste huidige religieuze leiders niet anders zijn dan de farizeeën die zich uitzinnig verzetten tegen de Heer Jezus en gelovigen in de weg stonden. Ze haten allemaal God en weerstreven Hem, en ze zijn de antichristelijke demonen van de laatste dagen.

Hier zijn nog enkele passages uit de woorden van Almachtige God: Almachtige God zegt: “Kijk naar de leiders van elke denominatie. Allemaal zijn ze arrogant en zelfgenoegzaam. Hun interpretaties van de Bijbel missen context en worden geleid door hun eigen verbeeldingen. Ze rekenen allemaal op gaven en belezenheid om hun werk te doen. Als zij totaal niet konden preken, zouden de mensen hen dan volgen? Want het is waar dat ze wat kennis hebben, dat ze over sommige doctrines kunnen preken, of dat ze weten hoe ze anderen kunnen overwinnen en gebruik kunnen maken van een aantal kunstgrepen. Ze gebruiken deze om mensen naar zich toe te trekken en te misleiden. Deze mensen geloven symbolisch in God, maar in werkelijkheid volgen ze hun leiders. Wanneer ze iemand tegenkomen die de ware weg preekt, dan zouden sommigen van hen zeggen: ‘We moeten onze leider raadplegen over ons geloof.’ Hun geloof in God gaat via een mens. Is dat niet een probleem? Wat is er dan van deze leiders terechtgekomen? Zijn ze niet farizeeërs, valse herders, antichristen en struikelblokken geworden voor mensen in de aanvaarding van de ware weg?” (‘Alleen het najagen van de waarheid is het ware geloof in God’ in ‘Verslagen van de gesprekken van Christus van de laatste dagen’).

“Er zijn mensen die de Bijbel lezen in majestueuze kerken en deze de hele dag lang reciteren, maar toch begrijpt niet één van hen het doel van Gods werk. Niemand van hen is in staat God te kennen en nog minder kan iemand van hen in overeenstemming zijn met Gods wil. Ze zijn allemaal waardeloze, verachtelijke mensen, die allen vanuit de hoogte God de les lezen. Ze verzetten zich moedwillig tegen God, zelfs wanneer ze Zijn banier dragen. Terwijl ze claimen in God te geloven, zijn ze toch degenen die het vlees van de mens eten en zijn bloed drinken. Zulke mensen zijn allemaal duivels die de ziel van de mens verslinden, hoofddemonen die opzettelijk degenen die op het rechte pad willen wandelen in de weg staan, en struikelblokken waarmee degenen die God zoeken belemmerd worden. Ze lijken misschien een ‘gezond gestel’ te hebben, maar hoe kunnen hun volgelingen weten dat ze niets anders dan antichristen zijn die mensen ertoe aanzetten God te weerstaan? Hoe kunnen hun volgelingen weten dat ze levende duivels zijn gericht op het verslinden van mensenzielen?” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Alle mensen die God niet kennen, zijn mensen die zich tegen God verzetten).

“Het meest opstandig van allen zijn diegenen die moedwillig weerstand tegen God bieden. Zij zijn de vijanden van God, de antichristen. Hun houding is er altijd een van vijandigheid jegens het nieuwe werk van God; ze hebben nooit ook maar de geringste neiging om zich te onderwerpen en hebben zich nooit met graagte onderworpen of verootmoedigd. Ze verheffen zichzelf boven anderen en onderwerpen zich nooit aan iemand. Ten overstaan van God denken ze dat zij het best zijn in het verkondigen van het woord, en het vaardigst in het werken aan anderen. n van het woord, en het vaardigst in het werken aan anderen. Nooit verwerpen ze de ‘schatten’ in hun bezit. Ze gaan ermee om als familie-erfgoed om te vereren, om tegen anderen over te preken, en ze gebruiken ze om de dwazen die hen verafgoden te instrueren. Er zijn inderdaad een aantal mensen als dit in de kerk. Het kan gezegd worden dat zij ‘ontembare helden’ zijn, generatie op generatie verblijven zij in het huis van God. Ze gaan ervan uit dat de prediking van het woord (doctrine) hun hoogste plicht is. Jaar na jaar, generatie op generatie, gaan ze door met het krachtdadig afdwingen van hun ‘heilige en onaantastbare’ plicht. Niemand mag aan hen komen; geen enkele persoon durft hen openlijk te berispen. Ze worden ‘koningen’ in het huis van God, ongebreideld tiranniseren ze anderen, van het ene tijdperk in het andere. Deze groep demonen probeert de handen ineen te slaan en mijn werk te vernietigen; hoe kan ik deze levende duivels toestaan te bestaan voor mijn ogen?” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Zij die God met een oprecht hart gehoorzamen, zullen zeker door God worden gewonnen).

Nu moet het ons allemaal duidelijk zijn dat de meeste religieuze leiders antichristen zijn die de waarheid en God haten, boosaardige dienaren en valse herders die mensen doen afdwalen. Als je naar hen luistert en je aan hen onderwerpt, onderwerp je je niet aan God, en volg je God niet. Dan volg je Satan, verzet je je tegen God, en word je Satans medeplichtige, iemand die God verfoeit en verdoemt. Dus als gelovigen moeten we ons bewust zijn dat we God moeten verheerlijken, Hem moeten vrezen en ons aan Hem en de waarheid moeten onderwerpen. We mogen nooit mensen vereren of volgen. Het is zoals de Heer Jezus zei: “Aanbid de Heer, uw God, vereer alleen hem” (Matteüs 4:10). Als een religieuze leider iemand is die de waarheid liefheeft, en als zijn woorden overeenstemmen met die van de Heer en zorgen dat we God vrezen en het kwaad mijden, dan onderwerp je je aan God als je de woorden die overeenstemmen met de waarheid volgt en je eraan onderwerpt. Als hun woorden niet overeenstemmen met de waarheid en ingaan tegen de woorden van de Heer moeten we ze verwerpen. Als we ze blijven volgen, volgen we een mens en volgen we Satan. Als een religieuze leider de waarheid verwerpt en veracht en anderen belet om de ware weg te onderzoeken, is hij een antichrist en moeten we aan Gods kant staan en hem ontmaskeren en verwerpen, nee durven zeggen, aan zijn overheersing ontsnappen, de ware weg zoeken en aanvaarden en Gods voetstappen bijhouden. Dat is het ware geloof, het waarachtig volgen van God en dat stemt overeen met Zijn wil. Zoals Petrus zei toen hij werd gevangen door de hoofdpriesters en de farizeeën: “We dienen God te gehoorzamen in plaats van de mens” (Handelingen 5:29).

Laten we nog een passage van Almachtige God lezen. “Bij het volgen van God is het van het grootste belang dat alles is volgens de woorden van God van vandaag. Ongeacht of je er nu naar streeft om het leven binnen te treden of dat je streeft naar het volbrengen van Gods wil, tegenwoordig moet alles draaien om Gods woorden. Als bij wat je communiceert en nastreeft de woorden van God van vandaag niet centraal staan, dan ben je een vreemdeling voor de woorden van God en compleet verstoken van het werk van de Heilige Geest. Wat God wil, zijn mensen die in Zijn voetspoor treden. Ongeacht de pracht en puurheid van wat je voorheen begreep, God wil het niet, en als je niet in staat bent om zulke dingen terzijde te leggen, dan zal dat een enorm obstakel zijn voor je intrede in de toekomst. Allen die in staat zijn om het tegenwoordige licht van de Heilige Geest te volgen, zijn gezegend. De mensen van eeuwen geleden traden ook in het voetspoor van God. Maar zij konden niet volgen tot vandaag. Dit is de zegen van het volk van de laatste dagen. Zij die het tegenwoordige werk van de Heilige Geest kunnen volgen en in staat zijn om in het voetspoor van God te treden – waar hij hen maar naartoe leidt – zijn mensen die door God gezegend zijn. Zij die het tegenwoordige werk van de Heilige Geest niet volgen, zijn niet binnengegaan in het werk van Gods woorden en hoeveel zij ook maar werken of hoezeer zij ook maar lijden of hoeveel ze ook maar rondvliegen, het betekent allemaal niets voor God en Hij zal hen niet verheerlijken. […] Het ‘volgen van het werk van de Heilige Geest’ betekent het begrijpen van Gods wil voor vandaag, het kunnen handelen in overeenstemming met de tegenwoordige eisen van God, het kunnen gehoorzamen en volgen van de God van vandaag, en het kunnen leven naar de meest recente uitspraken van God. Alleen zo iemand volgt het werk van de Heilige Geest en is in de stroom van de Heilige Geest. Zulke mensen zijn niet alleen in staat om Gods lof te ontvangen en God te zien, maar uit het nieuwste werk van God kunnen ze ook Gods gezindheid herleiden, en kennen ze de opvattingen en ongehoorzaamheid van de mens, en de natuur en het wezen van de mens. Bovendien kunnen ze in hun dienstbaarheid geleidelijk veranderingen in hun gezindheid teweegbrengen. Alleen zulke mensen kunnen God winnen en hebben echt de ware weg gevonden” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Ken Gods nieuwste werk en treed in Zijn voetspoor).

Nu weet ik zeker dat het ons duidelijker is dat geloven en God volgen erom gaat je te onderwerpen aan de waarheid en haar te aanvaarden, Gods huidige werk en woorden te aanvaarden en Zijn voetstappen bij te houden. Hoe ver Gods werk ook afstaat van de noties van mensen, of hoeveel mensen het ook weerstaan en verwerpen, zolang het de waarheid en Gods werk is, moeten we het aanvaarden en ons onderwerpen. Alleen dat is geloof hebben en God volgen. Zoals in Openbaring staat: “Zij volgen het lam waarheen het maar gaat” (Openbaring 14:4). In de laatste dagen doet Almachtige God hier Zijn werk en heeft Hij veel waarheden uitgedrukt. Hij doet het oordeelswerk dat begint bij Gods huis om de mensheid volledig te reinigen en te redden, en ons te redden van het kwaad en Satans krachten. Dit is een onmisbare gelegenheid en onze enige weg om gered te worden en Gods koninkrijk binnen te gaan. Steeds meer mensen die verlangen naar Gods verschijning hebben nu overal ter wereld het werk van Almachtige God online onderzocht. Ze hebben gezien dat Zijn woorden allemaal de waarheid en Gods stem zijn. Ze bevrijden zich van de boeien van religieuze leiders, ontsnappen aan de overheersing van hun kerk en komen voor Gods troon om het bruiloftsmaal van het Lam bij de wonen. Maar er zijn in de religieuze wereld nog veel mensen die de geestelijken blindelings volgen en vereren, die worden beknot en overtuigd door antichristelijke krachten. Ze worden strak onder controle gehouden in de woestenij, wachten vergeefs tot de Heer komt op een wolk, zijn lang geleden afgewezen en geëlimineerd door God, huilend en knarsetandend in de ramspoed. Hiermee worden de woorden van de Heer Jezus vervuld: “Als de ene blinde de andere leidt, vallen ze samen in een kuil” (Matteüs 15:14). Ze beweren dat ze in God geloven, maar in feite weerstreven ze God en volgen ze mensen. God ziet hen als ongelovigen. God is een heilige God die het kwaad haat en Zijn rechtvaardigheid is onbeledigbaar. Hij zou nooit degenen redden die mensen ophemelen en antichristen volgen in het weerstaan en belasteren van God. God zou nooit iemand redden die de waarheid niet liefheeft of aanvaardt, maar blindelings vasthoudt aan de Bijbel. Het is Gods wil om mensen te bevrijden van het religieuze Babylon, zodat we niet langer worden beknot door de beperkingen van de antichristelijke krachten van de religieuze wereld en we kunnen ontkomen aan de religie om de waarheid en Gods werk te zoeken, zodat we hoop hebben om Gods verschijning en werk te verwelkomen.

Laten we nog wat woorden van Almachtige God bekijken. “Wat jij bewondert, is niet de nederigheid van Christus, maar die valse herders met aanzien. Je adoreert niet van de lieflijkheid of de wijsheid van Christus, maar van die vrijdenkers die zich wentelen in het vuil van de wereld. Je lacht om de pijn van Christus, die geen plaats heeft om Zijn hoofd neer te leggen, maar je bewondert die levenloze wezens die jagen op offeranden en leven in losbandigheid. Je bent niet bereid zij aan zij met Christus te lijden, maar je stort je maar al te graag in de armen van die roekeloze antichristenen, hoewel ze je alleen maar vlees, letters en controle geven. Zelfs nu keert je hart zich nog steeds naar hen, hun reputatie, hun status en hun invloed. Maar je blijft bij een houding waarin je het werk van Christus moeilijk te verteren vindt en je bent niet bereid het te aanvaarden. Daarom zeg ik dat het je ontbreekt aan het geloof om Christus te erkennen. De enige reden waarom je Hem tot op de dag van vandaag hebt gevolgd, is alleen omdat je geen andere keuze had. Een reeks imposante beelden rijzen altijd maar weer op in je hart. Je kunt alles wat ze zeggen en doen, hun invloedrijke woorden en handen, maar niet vergeten. In jullie hart zijn ze voor altijd oppermachtig en voor altijd helden. Maar de Christus van vandaag niet. Hij is altijd maar weer onbetekenend in je hart en altijd maar weer is Hij je eerbied niet waard. Want Hij is veel te gewoon, heeft veel te weinig invloed en is allesbehalve verheven.

“Hoe dan ook, ik zeg dat al diegenen die de waarheid niet waarderen ongelovigen zijn en verraders zijn van de waarheid. Dat soort mensen zal nooit de goedkeuring van Christus ontvangen. Heb je nu vastgesteld hoeveel ongeloof er in je is, en hoeveel verraad van Christus je hebt? Ik doe aldus een dringend beroep op je: aangezien je de weg van de waarheid hebt gekozen, moet je jezelf daar met je hele hart aan toewijden; wees niet ambivalent of halfslachtig. Je moet begrijpen dat God niet toebehoort aan de wereld noch aan welke afzonderlijke persoon dan ook, maar aan al diegenen die echt in Hem geloven, al diegenen die Hem aanbidden en al diegenen die Hem toegewijd en trouw zijn” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Ben jij iemand die waarlijk in God gelooft?).