4. Het heilige fatsoen dat gelovigen in God zouden moeten bezitten

Relevante woorden van God:

Uit welke aspecten bestaat normale menselijkheid? Inzicht, verstand, geweten en karakter. Als je in elk van deze aspecten normaalheid kunt bereiken, zal je menselijkheid volstaan. Je moet de gelijkenis hebben van een normaal mens, je moet lijken op iemand die in God gelooft. Je hoeft niet te veel te bereiken of jezelf in te laten met diplomatie; je moet alleen maar een normaal mens zijn, met het verstand van een normaal persoon, om dingen te kunnen doorzien en er tenminste uit te zien als een normaal mens. Dat zal volstaan. Alles wat er vandaag van je vereist wordt, ligt in je vermogen; dit is geen geval van proberen een eend op een paal te jagen. Er zullen geen nutteloze woorden en geen nutteloos werk aan je worden besteed. Alle lelijkheid die er in je leven wordt uitgedrukt of onthuld, moet weggewerkt worden. Jullie zijn verdorven door Satan en zitten boordevol gif van Satan. Alles wat er van je gevraagd wordt, is dat je je ontdoet van deze verdorven satanische gezindheid. Er wordt niet van je gevergd dat je een of andere hoogwaardigheidsbekleder wordt, of een beroemd of belangrijk persoon. Dat heeft geen zin. Het werk dat er in jullie wordt verricht, houdt rekening met wat er inherent aan jullie is. Er zitten grenzen aan wat ik van mensen vraag. Als mensen vandaag allen gevraagd werd zich te gedragen als overheidsbeambten – oefenen om op ambtenarentoon te spreken, oefenen om op de manier van hooggeplaatste overheidsfunctionarissen te spreken, of oefenen om zich uit te drukken op de toon en manier van essayisten en romanschrijvers – zou dat niet voldoende zijn; het is niet mogelijk. Gezien jullie kaliber moeten jullie tenminste in staat zijn met wijsheid en tact te spreken, en dingen duidelijk en begrijpelijk uit te leggen. Dat is alles wat er nodig is om aan de vereisten te voldoen. Als jullie op zijn minst inzicht en verstand verwerven, is dat goed genoeg. Het belangrijkst nu is dat jullie je verdorven satanische gezindheid afleggen. Je moet de lelijkheid afleggen die zich in je openbaart. Hoe kun je over voortreffelijk verstand en voortreffelijk inzicht spreken, als je die niet aflegt? Wanneer ze zien dat het tijdperk is veranderd, ontbreekt het veel mensen aan enige nederigheid of enig geduld, en het is goed mogelijk dat ze ook geen enkele liefde of bij een heilige horende betamelijkheid hebben. Hoe absurd zijn zulke mensen! Hebben ze ook maar een grammetje normale menselijkheid? Hebben ze enige getuigenis dat het noemen waard is? Ze zijn totaal verstoken van inzicht of verstand. Natuurlijk moeten sommige afwijkende en foutieve aspecten van de beoefening van mensen verbeterd worden; het starre geestelijke leven dat ze voorheen hadden en hun afgestompte, stompzinnige verschijning, bijvoorbeeld – dit alles moet worden veranderd. Verandering betekent niet dat je losbandig mag worden, je aan het vlees mag overgeven en mag zeggen wat je maar wilt. Je mag niet zo maar wat zeggen. Spreken en je gedragen als een normaal mens betekent dat je samenhangend spreekt, ‘ja’ zegt wanneer je ‘ja’ bedoelt en ‘nee’ zegt wanneer je ‘nee’ bedoelt. Houd je aan de feiten en spreek gepast. Speel niet vals en lieg niet. De grenzen die een normale persoon kan bereiken wat betreft een verandering van gezindheid moeten begrepen worden. Zo niet, dan zul je de werkelijkheid niet kunnen binnengaan.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het kaliber opvijzelen is omwille van het ontvangen van Gods redding

De gezindheid van normale mensen kent geen valsheid of bedrog. Die mensen hebben een normale relatie met elkaar, ze werken niet op eigen houtje en hun leven is niet middelmatig of decadent. Ook is God onder allen verheven. Zijn woorden vinden hun weg onder de mensen, mensen leven in vrede met elkaar en onder de zorg en bescherming van God, de aarde is vervuld van harmonie, zonder de bemoeienis van Satan, en de heerlijkheid van God is van het grootste belang onder de mensen. Zulke mensen zijn als engelen. Ze zijn puur, levendig, klagen nooit over God en wijden al hun inspanningen alleen aan Gods heerlijkheid op aarde.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Interpretaties van de mysteriën van “Gods woorden aan het hele universum”, hfst. 16

Ik heb allerlei wensen. Ik wens dat jullie je op een goede en nette manier kunnen gedragen, trouw jullie plicht kunnen doen, waarheid en menselijkheid kunnen betrachten, iemand kunnen zijn die alles op kan geven, jullie leven voor God kunnen geven enzovoort. Al deze hoop komt voort uit jullie tekortkomingen, jullie verdorvenheid en ongehoorzaamheid.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Door overtredingen gaan mensen naar de hel

De mensen die God gebruikt, lijken van buiten irrationeel en geen normale relaties met anderen te hebben, hoewel ze fatsoenlijk spreken, niet achteloos spreken en altijd een stil hart tegenover God kunnen hebben. Dit is precies het soort persoon dat toereikend is om gebruikt te worden door de Heilige Geest. Deze ‘irrationele’ personen waarover God het heeft, lijken geen normale relaties te hebben met anderen en niet genoeg aandacht te schenken aan uitwendige liefde of uitwendige praktijken, maar wanneer ze geestelijke zaken communiceren kunnen ze hun hart openen en onbaatzuchtig anderen de illuminatie en verlichting schenken die ze verkregen hebben door hun werkelijke ervaring tegenover God. Dit is hoe ze hun liefde voor God uitdrukken en aan Gods wil voldoen. Wanneer anderen hen allemaal belasteren en belachelijk maken, weten zij te voorkomen dat ze beheerst worden door mensen, kwesties of dingen van buiten en kunnen ze nog altijd stil zijn tegenover God. Zulke personen lijken hun eigen unieke inzichten te hebben. Wat andere mensen ook doen, hun hart verlaat God nooit. Wanneer anderen opgewekt en geestig kletsen, blijft hun hart nog altijd bij God en overdenkt Gods woord of bidt in stilte tot de God in hun hart, zoekend naar Gods bedoelingen. Ze hechten nooit belang aan het onderhouden van normale relaties met andere mensen. Zulke personen lijken geen levensfilosofie te hebben. Vanbuiten zijn ze levendig, beminnelijk en onschuldig, maar hebben ze ook een kalme instelling. Dit is de gelijkenis van het soort persoon waar God gebruik van maakt. Dingen zoals de levensfilosofie of ‘normale rede’ werken gewoon niet in dit soort persoon; dit is een soort persoon dat zijn hele hart aan Gods woord heeft gewijd en alleen God in zijn hart lijkt te hebben. Dit is het soort persoon waar God naar verwijst als een persoon ‘zonder rede’, en het is precies dit soort persoon dat door God wordt gebruikt. Het kenmerk van personen die door God worden gebruikt is: ongeacht wanneer of waar, hun hart bevindt zich altijd tegenover God, en hoe losbandig anderen ook zijn, hoezeer ze zich ook overgeven aan hun lust en hun vlees, het hart van deze personen verlaat God nooit en ze volgen de menigte niet. Alleen dit soort persoon is geschikt voor gebruik door God, en alleen dit soort persoon wordt vervolmaakt door de Heilige Geest. Als je deze dingen niet kunt bereiken, ben je niet bevoegd om door God te worden gewonnen en door de Heilige Geest te worden vervolmaakt.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het is heel belangrijk om een normale relatie met God aan te gaan

Mensen die de waarheid hebben zijn degenen die in hun werkelijke ervaringen standvastig zijn in hun getuigenis, standvastig zijn in hun positie, aan de kant van God staan, zonder zich ooit terug te trekken en die een normale relatie kunnen hebben met mensen die van God houden, die als er wat met hen gebeurt, in staat zijn om God volledig te gehoorzamen en God tot de dood kunnen gehoorzamen. Je beoefening en openbaringen in het werkelijke leven zijn de getuigenis van God, zij zijn de naleving van de mens en de getuigenis van God en dit is echt genieten van de liefde van God ; wanneer je tot op dit punt hebt ervaren, zal het gepaste effect zijn bereikt. Je bent bezeten van daadwerkelijke naleving en alles wat je doet wordt met bewondering door anderen bekeken. Je kleding en je uiterlijk zijn onopvallend, maar je leeft een leven van uiterste vroomheid en wanneer je de woorden van God communiceert, word je door hem geleid en verlicht. Je bent in staat om Gods wil uit te spreken door je woorden, de realiteit te communiceren en je begrijpt veel over het dienen in de geest. Je bent openhartig in je spraak, je bent fatsoenlijk en oprecht, niet confronterend en beleefd, in staat om Gods regelingen te gehoorzamen en standvastig te blijven in je getuigenis wanneer dingen je overkomen en je bent kalm en beheerst, ongeacht waar je mee te maken hebt. Dit soort persoon heeft echt Gods liefde gezien. Sommige mensen zijn nog jong, maar ze gedragen zich als iemand van middelbare leeftijd; ze zijn volwassen, bezeten van de waarheid en worden bewonderd door anderen – en dit zijn de mensen die getuigenis hebben en de manifestatie van God zijn.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Zij die God liefhebben zullen voor altijd in Zijn licht leven

Gedeelten uit preken en communicatie als referentie:

Een mens die werkelijk in God gelooft zal, op z’n minst, deze vijf aspecten van het spirituele leven elke dag uitvoeren: Gods woord lezen, tot God bidden, communiceren over de waarheid, lofzangen zingen, en in alles de waarheid zoeken. Als je ook een leven met bijeenkomsten heb, zul je nog meer vreugde genieten. Als een mens beschikt over een algemeen vermogen om te ontvangen, dat wil zeggen dat hij, na zelf Gods woorden te hebben gelezen, in staat is Gods bedoelingen te doorgronden, de waarheid te begrijpen en te weten hoe hij in overeenstemming met de waarheid kan handelen. In dat geval kan gezegd worden dat zo’n mens in zijn geloof zal slagen. Als een mens niet beschikt over een dergelijk soort spiritueel leven of wanneer zijn spirituele leven bijzonder ongepast is, als het slechts af en toe bestaat, dan is zo’n mens een verwarde gelovige. Verwarde gelovigen kunnen geen goede resultaten behalen met het vervullen van hun plicht. In God te geloven zonder een spiritueel leven te leiden is slechts lippendienst bewijzen aan het geloof. Zulke mensen hebben God niet in hun hart, laat staan dat zij enige vrees voor God hebben. Hoe zouden zulke mensen ooit op een goed menselijk wezen kunnen lijken?

…………

Wat betreft de vraag hoe een goed mens zich zou moeten gedragen, zijn er tien punten om rekening mee te houden bij het beoefenen en waarop je in moet gaan:

1. Volg de etiquette, ken de regels, respecteer de ouderen en zorg voor de jongeren.

2. Volg een gepaste levensstijl die gunstig is voor jezelf en anderen.

3. Kleed je op een waardige en integere manier; vreemde of modieuze kleding is verboden.

4. Leen nooit, om wat voor reden dan ook, geld van broeders of zusters, en maak geen achteloos gebruik van de spullen van anderen.

5. Contact met het andere geslacht dient grenzen te kennen; handelingen dienen waardig en oprecht te zijn.

6. Maak geen ruzie met mensen, leer geduldig naar anderen te luisteren.

7. Zorg voor een goede hygiëne, maar binnen het kader van de werkelijke omstandigheden.

8. Zorg voor goede interacties en relaties met anderen, leer anderen te respecteren, wees voorkomend tegenover mensen en houd van elkaar.

9. Doe wat je kunt om mensen in nood te helpen. Vraag of accepteer geen spullen van anderen.

10. Laat anderen je niet dienen. Laat anderen geen werk doen dat je zelf zou moeten doen.

De bovenstaande tien regels vormen een minimum waaraan alle gelovigen zich tijdens hun leven zouden moeten houden. Iedereen die deze regels breekt heeft een zwak karakter. Dit zouden de regels van Gods huishouden kunnen worden genoemd, en degenen die ze regelmatig schenden zullen zeker terzijde geschoven worden.

Al degenen die de waarheid nastreven dienen zich ook te modelleren naar de tien positieve karaktereigenschappen van de heiligen van vroeger. Degenen die zich hier regelmatig in oefenen en zich eraan houden zullen er zeker persoonlijk heel veel baat bij hebben. Ze zijn bijzonder gunstig voor de mensheid.

De tien principes om te voldoen aan heilig fatsoen zijn:

1. Verricht elke morgen spirituele devoties door ongeveer een half lang uur Gods woord biddend te lezen.

2. Zoek elke dag Gods bedoelingen in alle dingen zodat je accurater de waarheid in de praktijk kunt brengen.

3. Heb communicatie met iedereen waarmee je in contact komt, leer van elkaars sterke punten en compenseer elkaars zwakke punten zodat jullie beide vooruitgang kunnen boeken.

4. Zorg dat je een optimistische houding tegenover het leven aanneemt, zing vaak lofzangen, en breng dank voor Gods genade.

5. Raak niet verstrikt in de seculaire wereld, zoek in je hart regelmatig toenadering tot God en bemoei je niet met de zaken van anderen.

6. Laat je hart met wijsheid vervuld zijn en blijf uit de buurt van slechte en gevaarlijke plaatsen.

7. Twist niet met mensen, heb communicatie over de waarheid, en zorg dat je goed met anderen kunt opschieten.

8. Wees blij om alles te doen wat je kunt om anderen te helpen, hun zorgen weg te nemen en hen te helpen hun problemen op te lossen bij het intreden in het geloof in God.

9. Leer hoe je anderen kunt gehoorzamen, controleer of dwing mensen niet, laat mensen in alles wat voordeel behalen.

10. Aanbid God regelmatig in je hart, laat Hem de soevereiniteit uitoefenen over alle dingen en stel Hem in alles tevreden.

De tien bovenstaande principes voor het leven en de tien manieren om te conformeren aan heilig fatsoen zijn allemaal dingen waartoe mensen in staat zijn. Ze kunnen, voor zover ze worden begrepen, in de praktijk worden gebracht, en de incidentele overtreding is niet moeilijk op te lossen. Natuurlijk vormen bepaalde individuen met bijzonder slechte menselijkheid een uitzondering.

Communicatie van boven

Goede menselijkheid betekent vooral het bezitten van geweten, verstand, karakter en waardigheid. Geweten en verstand omvatten het tonen van verdraagzaamheid, geduldig zijn tegenover anderen, eerlijk zijn, blijk geven van wijsheid in je interacties, en oprecht van je broeders en zusters houden. Dit zijn de vijf eigenschappen die binnen goede menselijkheid zouden moeten worden bezeten.

De eerste eigenschap is het hebben van een verdraagzaam hart. Wat voor fouten we ook in onze broeders en zusters zien, we moeten ze correct behandelen, ons tolerant opstellen en ons begripvol tonen. We moeten ze niet uitsluiten of tegen hen uitvaren. Wanneer we zien dat er bij andere mensen fouten of verdorvenheid naar buiten komt, dienen we niet te vergeten dat dit de periode van Gods verlossingswerk is en het dus normaal is dat bij het door God uitverkoren volk verdorvenheid naar buiten komt, we moeten hier begrip voor hebben. Daarnaast moeten we naar onze eigen verdorvenheid kijken, bij ons komt niet noodzakelijkerwijs minder verdorvenheid naar buiten dan bij anderen. We moeten uitingen van verdorvenheid bij anderen op exact dezelfde wijze moeten behandelen als die van onszelf. Dit is de manier waarop we verdraagzaam tegenover anderen kunnen zijn. Als je niet tolerant kunt zijn tegenover anderen betekent dit dat er een probleem is met je verstand. Het toont ook aan dat je de waarheid niet begrijpt en Gods werk niet kent. Wat betekent het om het werk van God niet te kennen? Dat betekent dat je niet inziet dat Gods werk nog niet voltooid is en dat de mens nog steeds in het tijdperk van Gods verlossingswerk leeft – we zijn nog niet vervolmaakt. Daarom zal elk mens onvermijdelijk uitingen van verdorvenheid tonen. Iedereen is nu op de juiste wijze bezig de waarheid na te streven, zijn of haar eigen verdorvenheid te begrijpen en Gods woord te ervaren. Iedereen bevindt zich in de periode van het binnengaan in de waarheid en heeft de waarheid nog niet volledig ontvangen. Pas wanneer mensen de waarheid verwerven zal hun levensgezindheid beginnen te veranderen. Wanneer mensen dit punt begrijpen zullen ze het verstand van een goed mens hebben en zullen ze vervolgens ook anderen redelijk behandelen. Als het mensen aan verstand ontbreekt, zullen ze niemand redelijk behandelen.

De tweede eigenschap is tegenover anderen geduld te oefenen. Alleen maar verdraagzaam zijn is niet genoeg, je moet ook geduldig zijn. Soms is het genoeg om alleen verdraagzaam en begripvol te zijn, maar onvermijdelijk zal een bepaalde broeder of zuster iets doen dat je pijn kan doen of beledigen. Onder deze omstandigheden heeft de verdorven gezindheid van de mens de neiging op te laaien. We maken immers allemaal graag ruzie en verdedigen onze eigen trots, en we zijn allemaal egoïstisch en ijdel. Als iemand dus iets zegt dat je pijn doet of iets doet waardoor je je beledigd voelt, moet je geduldig zijn. Geduld valt ook binnen het terrein van het verstand. Mensen zullen alleen geduld ontwikkelen als ze verstand hebben. Maar hoe kunnen we geduldig zijn? Als je geduldig wilt zijn tegenover anderen, zul je eerst begrip voor hen moeten ontwikkelen, wat betekent dat ongeacht wie er iets zegt dat je pijn doet, je eerst bij jezelf het volgende moet inzien: “Zijn woorden deden me pijn. Wat hij zei leek mijn tekortkomingen bloot te stellen en leek tegen mij gericht. Als zijn woorden tegen mij gericht zijn, wat bedoelt hij daar dan mee? Probeert hij me te kwetsen? Ziet hij mij als zijn vijand? Haat hij mij? Neemt hij wraak op mij? Ik heb hem niet beledigd, dus kan het antwoord op deze vragen niet bevestigend zijn.” Omdat dit het geval is, kan, wat deze broeder of zuster ook heeft gezegd, door hem of haar niet bedoeld zijn om je pijn te doen of je te behandelen als zijn of haar vijand. Dat is zeker. Toen zij deze dingen zeiden drukten zij eenvoudig uit wat een normaal mens denkt, ze hadden communicatie over de waarheid, bespraken kennis, legden de verdorvenheid van de mens bloot, of bevestigden hun eigen verdorven gesteldheid. Ze richten zich beslist niet opzettelijk tegen een specifiek individu. Wanneer je begint met begrip te tonen, kan je woede zich oplossen en kun je vervolgens geduld opbrengen. Er zullen sommigen zijn die vragen: “Wanneer iemand me bewust aanvalt en zijn pijlen op mij richt, en opzettelijk deze dingen zegt om een bepaald doel te bereiken, hoe kan ik dan geduldig zijn?” Dit is hoe je geduldig zou moeten zijn: “Zelfs wanneer iemand me opzettelijk aanvalt, moet ik nog steeds geduldig zijn. Dit is zo omdat zij mijn broeders of zusters zijn en niet mijn vijand, en zeker niet de duivel, Satan. Het is onvermijdelijk dat broeders en zusters van enige verdorvenheid blijk zullen geven en bepaalde bedoelingen in hun harten hebben. Dit is normaal. Ik moet hen begrijpen, me in hen inleven en geduldig zijn.” Je moet er op deze manier over denken en vervolgens tot God bidden en zeggen: “God, iemand heeft zojuist mijn trots gekrenkt. Ik kan het gezichtsverlies niet accepteren. Ik wil me laten gaan en naar hen uithalen. Dit is werkelijk een uiting van verdorvenheid. Ik dacht altijd dat ik liefde voor anderen had, maar nu iemands woorden mij in het hart hebben getroffen kan ik er niet tegen. Ik wil terugslaan. Ik wil wraak. Waar is mijn liefde? Is dit alles niet slechts haat? Ik heb nog steeds haat in mijn hart! God, de manier waarop u ons genadig bent en ons onze overtredingen vergeeft is de manier waarop wij anderen genadig moeten zijn. We zouden geen wrok tegen anderen moeten koesteren. God, bescherm me alstublieft, laat mijn natuur niet ontvlammen. Ik wil u gehoorzaam zijn en in uw liefde leven. In alles wat we doen zijn we Christus en God veel te ongehoorzaam en verzetten we ons veel te veel. Toch is Christus nog steeds geduldig met ons. God voert deze fase van Zijn werk met extreem geduld en liefde uit. Hoeveel lijden, vernedering en lastering moest Christus niet verduren? Wanneer Christus geduldig kon zijn, dan is dat kleine beetje geduld dat wij nodig hebben niets! Ons geduld is ongelofelijk gebrekkig in vergelijking met dat van Christus …” Zodra je op deze manier bidt zul je voelen dat je te verdorven en te onbeduidend bent, het je teveel aan gestalte ontbreekt. Dat is het moment waarop het vuur van je woede zal worden geblust. Dat is de manier waarop je geduld kunt bereiken.

De derde eigenschap is het eerlijk behandelen van mensen. Eerlijk zijn ten opzichte van mensen betekent dat, wat we ook doen, of we nu anderen helpen, onze broeders en zusters bedienen of communicatie hebben over de waarheid, we uit ons hart moeten spreken. Bovendien, als je het niet heb gedaan, preek er dan ook niet over. Telkens wanneer broeders en zusters onze hulp nodig hebben, moeten we hen helpen. Elke plicht die we horen te vervullen, moeten we ook vervullen. Wees oprecht, wees niet vals of pretentieus. … Natuurlijk, als je een eerlijk persoon wilt zijn, is daar wat wijsheid voor nodig wat betreft de omgang met bepaalde individuen. Als je ziet dat mensen niet betrouwbaar zijn omdat hun verdorvenheid te diep is, als je hen niet kunt doorzien en niet weet wat ze zouden kunnen doen, dan dien je verstandig te zijn en je ervan te onthouden hen alles te vertellen. Een eerlijk mens zijn vereist principes. Spreek niet blindweg over dingen waarover je niet zou moeten spreken. Daarnaast vereist het zijn van een eerlijk mens dat je met verstand en fatsoen spreekt. Er zijn mensen die perse eerlijkheid moeten betrachten en hun hart moeten openen hoe druk de ander ook is. Hoe kan dat de beoefening zijn van het zijn van eerlijk mens? Ben je dan niet gewoon een dwaas? Een eerlijk mens te zijn betekent niet dat je een dwaas bent. Het gaat erom slim, eenvoudig en open te zijn en niet bedrieglijk. Je moet correct en verstandig zijn. Eerlijkheid is gebouwd op de fundering van het verstand. Dit is wat het betekent eerlijk te zijn in je omgang met mensen en een eerlijk mens te zijn. Natuurlijk is het allerbelangrijkste aspect van het zijn van een eerlijk mens eerlijk tegenover God te zijn. Zou het geen groot probleem zijn als je alleen tegenover ander mensen een eerlijk mens was, maar je niet eerlijk was tegenover God en Hem bedroog? Als je ernaar streeft een eerlijk mens tegenover God te zijn, dan word je vanzelf ook eerlijk tegenover anderen. Als je het niet tegenover God kunt zijn, dan kun je het zeker ook niet tegenover anderen zijn. Welk aspect van de waarheid of welk positief ding je ook binnengaat, je zult het eerst tegenover God moeten doen. Zodra je tegenover God resultaten hebt bereikt, zul je vanzelf ook in staat zijn het tegenover anderen uit te leven. Span je niet in om dit of dat tegenover anderen te doen, om vervolgens vrijelijk wat je ook maar wilt te doen tegenover God. Dat is niet juist. Het belangrijkste is het tegenover God te doen, die de mensheid toetst en hun harten doorzoekt. Als je tegenover God voor deze toets slaagt, bezit je echt werkelijkheid. Als je niet voor deze toets tegenover God slaagt, bezit je geen werkelijkheid – dit is een principe van het beoefenen van de waarheid.

De vierde eigenschap is blijk te geven van wijsheid in je interacties. Sommige mensen zeggen: “Vereist het kunnen opschieten met broeders en zusters wijsheid?” Ja, inderdaad, omdat het toepassen van wijsheid voor je broeders en zusters nog nuttiger is. Er zullen sommigen zijn die vragen: “Is het toepassen van wijsheid tegenover broeders en zusters niet gewiekst?” Wijsheid is niet gewiekst. Integendeel, het is het tegenovergestelde van gewiekst. Het toepassen van wijsheid betekent aandacht schenken aan de manier waarop je met je broeders en zusters spreekt wanneer hun gestalte klein is, wanneer ze niet in staat zijn te accepteren wat je zegt. Eveneens, wanneer je bij degenen met een kleine gestalte, in het bijzonder degenen die de waarheid niet bezitten, die wat verdorvenheid uiten en enige verdorven gezindheden hebben, te eenvoudig en open bent en hen alles vertelt, kan het voor hen gemakkelijk zijn iets te verkrijgen wat ze tegen je kunnen gebruiken of kunnen aanwenden om je uit te buiten. Je moet dus wanneer je spreekt min of meer bepaalde voorzorgsmaatregelen treffen en over bepaalde techniek beschikken. Voorzichtig met mensen zijn betekent echter niet dat je ze niet helpt of niet liefhebt – het betekent alleen maar dat je ze enkele belangrijke dingen over Gods huishouden niet onmiddellijk vertelt en eenvoudigweg de waarheid aan hen overbrengt. Als ze in hun leven spirituele bijstand nodig hebben, als ze het voedsel van de waarheid behoeven, moeten we alles doen wat in onze macht ligt hen in dit opzicht te bevredigen. Maar als ze van alles en nog wat vragen over Gods huishouden, of van alles en nog wat over de leiders en de werkers, dan is het niet nodig hun dat te vertellen. Als je het ze vertelt is het waarschijnlijk dat ze deze informatie lekken en zal dit gevolgen hebben voor het werk van Gods huishouden. Met andere woorden, wanneer het iets is dat ze niet zouden moeten weten of iets dat ze niet hoeven te weten, vertel hun er dan niet over. Als het iets is dat ze zouden moeten weten, doe dan alles wat je kunt om hen te informeren, concreet en zonder terughouding. Wat zijn de dingen die ze zouden moeten weten? Het streven naar waarheid is wat mensen zouden moeten weten: met welke waarheden ze moeten worden toegerust, welke aspecten van de waarheid ze moeten begrijpen, welke plichten ze moeten vervullen, welke plichten geschikt zijn om te worden vervuld, hoe ze deze plichten moeten vervullen, hoe ze goede menselijkheid uitleven, hoe ze het leven van de kerk leven – dit zijn allemaal dingen die mensen zouden moeten weten. Aan de andere kant kunnen de regels en principes van Gods huishouden, het werk van de kerk en de situaties van je broeders en zusters niet zomaar aan buitenstaanders of ongelovigen in je familie worden bekend gemaakt. Dit is het principe waar aan vast moet worden gehouden wanneer we wijsheid toepassen. Je moet bijvoorbeeld nooit praten over de namen van je leiders of waar ze wonen. Wanneer je over deze dingen spreekt weet je nooit of deze informatie misschien de oren van ongelovigen zullen bereiken en het kan een groot probleem worden wanneer deze informatie vervolgens wordt doorgespeeld aan kwaadaardige spionnen of geheime agenten. Dit vereist wijsheid en dit is de reden waarom ik zeg dat het bezitten van wijsheid essentieel is. Bovendien zijn er, als je eenvoudig en open bent, bepaalde privézaken die je niet zomaar aan iedereen kan vertellen. Je moet de gestalte van je broeders en zusters beoordelen om te zien of ze, nadat je met hen spreekt, goddeloos worden en grappen maken over wat je zegt, zodat, als datgene wat je zegt wordt verspreid, er problemen voor je zullen ontstaan die je integriteit beschadigen. Daarom is er ook wijsheid vereist om eenvoudig en open te zijn. Dit is de vierde standaard waaraan moet worden voldaan voor goede menselijkheid – wijs te zijn in je interacties.

De vijfde eigenschap is broeders en zusters die werkelijk in God geloven oprecht lief te hebben. Dit vereist een beetje zorg, werkelijke ondersteuning en een geest van dienstbaarheid. We zouden in het bijzonder meer communicatie moeten hebben met die broeders en zusters die de waarheid nastreven en hen voorzien van meer voedsel. Het maakt niet uit of ze nieuwe gelovigen zijn of dat ze al vele jaren hebben geloofd. Er is één specifiek principe van het kerkelijk leven: zorg in het bijzonder voor degenen die de waarheid nastreven. Heb meer communicatie met hen, geef hun meer voeding en bewater ze vaker zodat hun zo snel mogelijk de hand kan worden gereikt en ze zo spoedig als ze maar kunnen in hun leven kunnen groeien. Voor degenen die de waarheid niet nastreven geldt dat, wanneer het, nadat ze een periode bewaterd zijn, duidelijk wordt dat ze de waarheid niet liefhebben, het dan niet nodig is al te veel inspanning voor hen te verrichten. Het is niet noodzakelijk omdat je reeds alles heb gedaan wat menselijkerwijs mogelijk is. Het is voldoende dat je je verantwoordelijkheid hebt genomen. … Je moet zien op wie je je werk moet focussen. Wil God degenen die de waarheid niet nastreven vervolmaken? Als de Heilige Geest het niet wil, waarom zouden mensen er dan blindelings op af blijven gaan? Je begrijpt het werk van de Heilige Geest niet en toch ben je altijd zo zelfverzekerd – is dat geen menselijke dwaasheid en onwetendheid? Biedt dus ondersteuning aan die broeders en zusters die werkelijk de waarheid nastreven, want zij zijn de objecten van Gods redding en Zijn voorbestemde uitverkorenen. Als we vaak communicatie over de waarheid hebben met deze mensen, één van hart en één van geest, en elkaar ondersteunen en voeden, zullen we uiteindelijk allen gered worden. Je verraadt Gods wil als je je niet bij deze mensen aansluit. … Degenen binnen de kerk die de goede menselijkheid bezitten moeten zich tussen degenen begeven die de waarheid nastreven, harmonieus met hen omgaan, en door middel van het streven naar waarheid zich geleidelijk met één hart en geest aan God schenken. Op die manier zullen degenen die de waarheid nastreven worden gered en zal ook jij worden gered, omdat de Heilige Geest werkt onder degenen die streven naar de waarheid. …

De communicatie die we zojuist hebben gehad ging over de vijf aspecten die moeten worden bezeten binnen goede menselijkheid. Als je over al deze vijf aspecten beschikt zul je in staat zijn harmonieus met je broeders en zusters om te gaan, je plaats vinden in de kerk en je plicht zo goed als je maar kunt vervullen.

Preken en communicatie over het binnengaan in het leven

Vorige: 3. In je geloof in God moet je een normale relatie met God opbouwen

Volgende: 5. Geloof in God zou niet alleen om het zoeken naar vrede en zegeningen moeten zijn

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

Instellingen

  • Tekst
  • Thema's

Effen kleuren

Thema's

Lettertype

Lettergrootte

Regelruimte

Regelruimte

Paginabreedte

Inhoud

Zoeken

  • Zoeken in deze tekst
  • Zoeken in dit boek