Werk en intrede (7)

Mensen beseffen tegenwoordig pas dat wat ze tekortkomen niet alleen de toevoer van geestelijk leven en de ervaring van het kennen van God is, maar – nog essentiëler – veranderingen in hun gezindheid. Als gevolg van hun volledige onwetendheid over de geschiedenis en aloude cultuur van hun eigen ras, weten mensen helemaal niets over Gods werk. Alle mensen hopen dat de mens diep in zijn hart verbonden kan zijn met God, maar omdat het vlees van mensen al te verdorven is, verdoofd zowel als afgestompt, heeft dit ertoe geleid dat ze helemaal niets over God weten. Met zijn huidige komst onder de mensen is het doel van God niets minder dan het omvormen van de gedachten en geesten van mensen en van het beeld van God dat ze al miljoenen jaren in hun harten hebben. Hij zal deze gelegenheid te baat nemen om mensen te vervolmaken. Dat wil zeggen: middels de kennis van mensen zal Hij de manier veranderen waarop ze Hem leren kennen en zal Hij hun houding tegenover Hem veranderen. Hij zal mensen in staat stellen een triomfantelijk nieuw begin te maken met het leren kennen van God en zo de vernieuwing en omvorming van de menselijke geest te bereiken. Behandeling en discipline zijn de middelen, terwijl verovering en vernieuwing de doelen zijn. God heeft al tijdenlang de bedoeling om de bijgelovige gedachten weg te nemen die mensen over de vage God hebben gehad, en dit is de laatste tijd ook een urgente kwestie voor Hem geworden. Keken alle mensen bij het overdenken van deze situatie maar naar de langere termijn. Verander de manier waarop elke persoon ervaart, zodat deze urgente bedoeling van God spoedig vrucht mag dragen en de laatste fase van Gods werk op aarde volmaakt tot voltooiing kan worden gebracht. Geef God de trouw die jullie Hem horen te geven en troost voor de laatste keer Gods hart. Ging geen van de broeders en zusters deze verantwoordelijkheid maar uit de weg en deed geen van hen maar louter alsof. God komt deze keer in het vlees om een uitnodiging te beantwoorden en als een scherpe reactie op de toestand van mensen. Dat wil zeggen: Hij komt om mensen te voorzien van wat ze nodig hebben. Wat het kaliber of de opvoeding van mensen ook is, Hij zal hen kort gezegd in staat stellen het woord van God te zien en uit Zijn woord het bestaan en de manifestatie van God op te maken en Gods vervolmaking van hen te aanvaarden. Hij zal de gedachten en opvattingen van mensen veranderen, zodat het oorspronkelijke gelaat van God stevig en diep verankerd raakt in hun harten. Dit is Gods enige wens op aarde. Hoe groots ook de aangeboren aard van mensen, hoe zwak ook hun substantie, hoe hun gedrag in het verleden ook werkelijk was, God schenkt daar geen aandacht aan. Hij hoopt alleen dat mensen het beeld van God dat zij diep in hun hart hebben volledig zullen vernieuwen, de substantie van de mensheid zullen leren kennen, en daardoor een omvorming zullen bewerkstelligen van hun ideologische kijk, naar God zullen kunnen verlangen vanuit de diepten en een eeuwige gehechtheid aan Hem zullen kunnen opwekken: dit is de enige vereiste die God aan mensen stelt.

Kennis van aloude cultuur en geschiedenis die meerdere duizenden jaren overbrugt, heeft de gedachten, opvattingen en geestelijke zienswijze van mensen zo hermetisch afgesloten dat deze ondoordringbaar en niet afbreekbaar[1] zijn geworden. Mensen leven in de achttiende cirkel van de hel, waar, net alsof ze door God naar de kerkers zijn verbannen, nooit licht te zien is. Feodaal denken heeft mensen zo onderdrukt dat ze nauwelijks kunnen ademen en dat ze stikken. Ze hebben geen greintje kracht meer om zich te verzetten; het enige wat ze doen is het in stilte uithouden, uithouden… Nooit heeft iemand het gedurfd om te worstelen of een vuist te maken voor rechtvaardigheid; mensen leven gewoon een leven dat erger is dan dat van een dier en incasseren dag na dag en jaar na jaar de slagen en misstanden van de feodale ethiek. Nooit komt in hen de gedachte op om God te zoeken en zodoende geluk in de mensenwereld te genieten. Het is alsof mensen zozeer neergeslagen zijn dat ze zijn zoals de gevallen bladeren in de herfst, verdord, uitgedroogd en geelbruin. Mensen zijn allang hun geheugen kwijt; ze leven hulpeloos in de hel die de mensenwereld wordt genoemd en wachten op het aanbreken van de laatste dag, zodat ze samen met deze hel ten onder kunnen gaan, alsof de laatste dag waarnaar ze hunkeren de dag is waarop ze rust en vrede zullen genieten. Feodale ethiek heeft het leven van mensen meegenomen naar ‘Hades’ en hun kracht om zich te verzetten nog verder verzwakt. Allerlei soorten onderdrukking duwen hen stapje voor stapje richting een diepere val in Hades, verder en verder weg van God, tot zij tegenwoordig volmaakte vreemdelingen voor God zijn geworden en Hem snel uit de weg gaan wanneer ze elkaar tegenkomen. Mensen houden geen rekening met Hem en laten Hem in Zijn eentje aan de kant staan, alsof ze Hem nooit hebben gekend, Hem nooit eerder hebben gezien. En toch heeft God op de mensen gewacht gedurende de lange reis van het menselijk leven. Hij heeft nooit Zijn onstuitbare woede naar hen geslingerd en heeft gewoon rustig gewacht, zonder een woord te uiten, tot ze berouw zouden hebben en opnieuw zouden beginnen. God kwam lang geleden de mensenwereld binnen om het leed van de mensenwereld met mensen te delen. In alle jaren waarin Hij met hen heeft geleefd, heeft niemand Zijn bestaan ontdekt. God verduurt slechts in stilte de ellende van de armoedigheid in de mensenwereld, terwijl Hij het werk uitvoert dat Hij persoonlijk heeft gebracht. Hij blijft het uithouden omwille van de wil van God de Vader en omwille van de behoeftes van mensen, en ondergaat leed dat nog nooit eerder door mensen is ervaren. In hun aanwezigheid heeft Hij hen rustig bediend, en in hun aanwezigheid heeft Hij Zich verootmoedigd omwille van de wil van God de Vader en ook omwille van de behoeftes van de mensen. Kennis van aloude cultuur heeft hen heimelijk bij God weggeroofd en uitgeleverd aan de koning van de duivels en diens nakomelingen. De Vier Boeken en Vijf Klassiekers[a] hebben hun denken en noties een ander tijdperk van opstandigheid binnengebracht, waardoor zij de samenstellers van het Boek/Klassieker van Documenten nog meer ophemelen, met als gevolg dat hun noties over God nog erger worden. Zonder dat ze het weten, heeft de koning van de duivels God harteloos uit hun harten verstoten en deze vervolgens zelf met triomfantelijke blijdschap ingenomen. Sinds die tijd hebben mensen een lelijke, slechte ziel en het gelaat van de koning van de duivels. Haat voor God vulde hun borst, en de hatelijke boosaardigheid van de koning van de duivels verspreidde zich dag na dag binnen hen, tot ze volledig waren ingenomen. Ze hebben niet langer het kleinste beetje vrijheid en zagen geen kans om los te breken uit de valstrik van de koning van de duivels. Ze hadden geen andere keuze dan ter plekke gevangen te worden genomen, zich over te geven en in overgave neer te vallen in Zijn aanwezigheid. Lang geleden, toen hun hart en ziel nog erg jong waren, plantte de koning van de duivels daarin het zaadje van de tumor van het atheïsme en leerde hun dwalingen zoals: “Bestudeer de wetenschap en de technologie; voer de Vier Moderniseringen uit; en in de wereld bestaat niet zoiets als God.” Niet alleen dat: bij elke kans die hij heeft, roept hij uit: “Laat ons vertrouwen op onze ijverige arbeid om een prachtig thuisland te bouwen” en vraagt hij allen om vanaf hun kindertijd bereid te zijn om hun land trouwe dienst te bewijzen. Mensen werden zonder het te beseffen in zijn aanwezigheid gebracht, waar hij zich zonder aarzeling alle eer toe-eigende (dat wil zeggen: de eer die God toekomt omdat Hij de hele mensheid in Zijn handen houdt). Nooit voelde hij de geringste schaamte. Bovendien greep hij schaamteloos Gods volk en sleepte het terug naar zijn huis, waar hij als een muis op tafel sprong en zich door mensen als God liet vereren. Wat een bandiet! Hij roept schandelijke, shockerende dingen zoals: “In de wereld bestaat niet zoiets als God. De wind ontstaat volgens natuurwetten uit transformaties; de regen ontstaat wanneer waterdamp in koude temperaturen condenseert tot druppels die op aarde vallen; een aardbeving is het beven van het aardoppervlak door toedoen van geologische veranderingen; waterschaarste komt door droge lucht die veroorzaakt wordt door nucleaire verstoringen van het oppervlak van de zon. Dit zijn natuurlijke verschijnselen. Waar in dit alles is Gods hand?” Er zijn zelfs mensen die uitspraken als de volgende roepen, uitspraken die niet zouden moeten klinken: “De mens evolueerde in het verre verleden uit apen, en de hedendaagse wereld is voortgekomen uit een opeenvolging van primitieve samenlevingen sinds ongeveer één geologisch tijdvak geleden. Of een land gedijt of achteruitgaat, ligt volledig in de hand van de inwoners ervan.” Op de achtergrond zorgt hij ervoor dat mensen hem aan de muur hangen of op tafel zetten om hem eer te bewijzen en offerandes te brengen. Terwijl hij “Er is geen God” roept, werpt hij zichzelf op als God, duwt hij God ruw en oneerbiedig buiten de grenzen van de aarde, gaat hij op Gods plek staan en neemt hij de rol van de koning van de duivels op zich. Wat is hij van alle rede verstoken! Men haat hem er hartgrondig om. Het lijkt erop dat God en hij gezworen vijanden zijn en dat de twee niet kunnen samenleven. Hij maakt plannetjes om God te verjagen terwijl hij vrij ronddwaalt, buiten het bereik van de wet.[2] Hij is zo’n koning van de duivels! Hoe kan zijn bestaan worden gedoogd? Hij zal niet rusten tot hij Gods werk in de war heeft geschopt en er een grote puinhoop van heeft gemaakt,[3] alsof hij zich tot het bittere einde tegen God wil verzetten, tot ofwel de vis sterft ofwel het net breekt. Hij stelt zich moedwillig tegen God teweer en dringt steeds dichterbij. Zijn afschuwelijke gezicht is al lang geleden volledig ontmaskerd; hij is nu bont en blauw[4] en in een erbarmelijke toestand, en geeft niettemin niet op in zijn haat voor God, alsof hij alleen door God in één hap te verzwelgen de in zijn hart opgekropte haat zal kunnen verlichten. Hoe kunnen we hem gedogen, deze vijand van God! Slechts zijn uitroeiing en volledige vernietiging zullen onze levenswens in vervulling doen gaan. Hoe kan worden toegestaan dat hij vrij en ongecontroleerd blijft rondrennen? Hij heeft de mensen zozeer verdorven dat ze de hemelzon niet kennen en afgestompt en gevoelloos zijn geworden. Mensen hebben het normale menselijke verstand verloren. Waarom zouden we ons hele wezen niet opofferen om hem te vernietigen en te verbranden, om zo alle zorgen over de toekomst weg te nemen en mogelijk te maken dat Gods werk sneller ongekende pracht bereikt? Deze bende van schurken is de mensenwereld binnengekomen en heeft deze in chaos doen vervallen. Ze hebben de hele mensheid naar de rand van de afgrond geleid en hebben in het geheim beraamd om de mensheid daarin te duwen en in stukken te laten vallen, zodat ze vervolgens de lijken van de mensen kunnen verorberen. Ze hopen tevergeefs Gods plan te verstoren en een wedstrijd met Hem aan te gaan, en laten alles afhangen van één enkele dobbelsteenworp.[5] Dat is beslist niet eenvoudig! Het kruis is immers voorbereid voor de koning van de duivels, die schuldig is aan de meest weerzinwekkende misdaden. God behoort niet aan het kruis toe. Hij heeft het al voor de duivel opzij geworpen. God is allang als overwinnaar tevoorschijn gekomen en is niet langer bedroefd over de zonden van de mensheid, maar zal de gehele mensheid redding brengen.

Van boven tot onder en van begin tot einde heeft Satan het werk van God verstoord en tegen Hem gewerkt. Al deze praat van ‘aloud cultureel erfgoed’, kostbare ‘kennis van aloude cultuur’, ‘de leer van het taoïsme en confucianisme’ en ‘confuciaanse klassiekers en feodale riten’ heeft de mensen naar de hel gevoerd. Geavanceerde hedendaagse wetenschap en technologie, en hoogontwikkelde industrie, landbouw en bedrijven vallen nergens te bekennen. Het enige wat hij integendeel doet, is de nadruk leggen op de feodale riten die door de ‘apen’ van aloude tijden werden gepropageerd om het werk van God moedwillig te verstoren, weerstaan en ontmantelen. Niet alleen is hij de mensen tot op de dag van vandaag blijven teisteren; hij wil hen zelfs heelhuids verzwelgen.[6] Het doorgeven van de morele en ethische leerstellingen van het feodalisme en het doorgeven van de kennis over aloude cultuur heeft de mensen al lange tijd geïnfecteerd en in grote en kleine duivels veranderd. Slechts weinigen zouden God met blijdschap ontvangen; slechts weinigen zouden Zijn komst jubelend verwelkomen. Het gezicht van de gehele mensheid is vol moordlustige bedoeling, en overal is de lucht verzadigd van moordende adem. Ze proberen God uit dit land te verstoten; met messen en zwaarden in de hand stellen ze zich in strijdformatie op om God te ‘vernietigen’. Door dit hele land van de duivel, waar aan mensen steeds wordt onderwezen dat er geen God is, worden afgoden verspreid, en de lucht erboven is doordrongen van een misselijkmakende geur van brandend papier en wierook, zo dik dat het verstikkend is. Het is als de stank van slijk die opstijgt wanneer de giftige slang kronkelt, zozeer dat men wel moet overgeven. Behalve dit valt vaag het geluid van boze demonen te horen die Bijbelteksten scanderen, een geluid dat van verre uit de hel lijkt te komen, zozeer dat men ervan rilt. Overal in dit land worden afgoden in alle kleuren van de regenboog geplaatst, die het land veranderen in een wereld van zinnelijke verrukkingen, terwijl de koning van de duivels boosaardig blijft lachen, alsof zijn snode plan is geslaagd. Ondertussen blijven mensen volledig onbewust en hebben ze geen flauw idee dat de duivel hen al zozeer heeft verdorven dat ze hun verstand hebben verloren en het hoofd verslagen laten hangen. In één klap wil de duivel alles over God wegvagen en Hem weer eens besmeuren en vermoorden; de duivel is erop gebrand om Gods werk af te breken en te verstoren. Hoe kan de duivel toestaan dat God een gelijke status heeft? Hoe kan hij toestaan dat God zich ‘bemoeit’ met zijn werk onder de mensen op aarde? Hoe kan hij toestaan dat God zijn weerzinwekkende gezicht ontmaskert? Hoe kan hij toestaan dat God wanorde schept in zijn werk? Hoe kan deze duivel, die buiten zinnen is van woede, God zeggenschap laten hebben over zijn keizerlijke hof op aarde? Hoe kan hij zich gewillig onderwerpen aan Gods superieure macht? Zijn weerzinwekkende gelaat is onthuld, zodat men niet weet of men moet lachen of huilen, en het is werkelijk moeilijk om erover te spreken. Is dit niet zijn substantie? Hoewel de duivel een lelijke ziel heeft, gelooft hij niettemin dat hij ongekend prachtig is. Deze bende van medeplichtigen in misdaad![7] Ze dalen neer in het rijk van de sterfelijken om zich tegoed te doen aan geneugten en tumult te veroorzaken. Zo veel onrust veroorzaken ze, dat de wereld een grillige en veranderlijke plek wordt en de harten van de mensen vervuld raken van paniek en onrust. Zozeer hebben ze met de mensen gesold, dat de verschijning van mensen die is van een onmenselijk dier van het veld, buitengewoon lelijk, waaruit het laatste restje van de oorspronkelijke heilige mens is verdwenen. Verder willen ze zelfs soevereine macht op aarde verkrijgen. Ze staan het werk van God zozeer in de weg, dat het nauwelijks vooruit kan komen, en ze sluiten de mensen zo hermetisch af als muren van koper en staal. Verwachten ze, nu ze zo veel ernstige zonden hebben begaan en zo veel rampen hebben veroorzaakt, nog steeds iets anders dan tuchtiging? Demonen en boze geesten veroorzaken al enige tijd chaos op aarde en hebben zowel Gods wil als Zijn nauwgezette inspanning zo hecht afgesloten dat ze ondoordringbaar zijn. Dit is echt een doodzonde! Hoe kan God Zich geen zorgen maken? Hoe kan God niet vertoornd zijn? Ze hebben Gods werk ernstig gehinderd en zich er zwaar tegen verzet: wat zijn ze rebels! Zelfs die demonen, groot en klein, gedragen zich als jakhalzen bij de hiel van de leeuw, volgen de kwaadaardige stroming en plannen intussen verstoringen. Ze kennen de waarheid, maar verzetten zich er moedwillig tegen, deze zonen van opstandigheid! Het is alsof ze, nu hun koning van de hel is opgestegen naar de koninklijke troon, zelfvoldaan en zelfgenoegzaam zijn geworden en alle anderen met minachting behandelen. Hoevelen onder hen zoeken de waarheid en volgen de rechtvaardigheid? Ze zijn allemaal dieren, niets beter dan varkens en honden, aan het hoofd van een bende stinkende vliegen, die zelfvoldaan met hun hoofd wiebelen, zich op de borst kloppen en allerlei problemen veroorzaken,[8] bovenop een mestvaalt. Ze geloven dat hun koning van de hel de grootste van alle koningen is en beseffen niet dat zijzelf niet meer zijn dan stinkende vliegen. En toch profiteren ze van de macht van de varkens en honden die hun ouders zijn om kwaad te spreken over het bestaan van God. Als nietige vliegjes geloven ze dat hun ouders zo groot zijn als blauwe vinvissen.[9] Ze vermoeden niet dat, hoewel zijzelf piepklein zijn, hun ouders onreine varkens en honden zijn, honderden miljoenen keren groter dan zij. Ze zijn zich niet bewust van hun eigen nederigheid en verlaten zich, om chaos te veroorzaken, op de rottende stank die van die varkens en honden walmt. IJdel geloven ze dat ze toekomstige generaties zullen voortbrengen; van schaamte zijn ze zich niet bewust! Met groene vleugels op hun ruggen (dit verwijst naar hun bewering dat ze in God geloven) zijn ze vol van zichzelf en scheppen overal op over hun eigen schoonheid en aantrekkelijkheid, terwijl ze heimelijk de onzuiverheden op hun eigen lichamen op de mens werpen. Verder zijn ze buitengewoon in hun nopjes met zichzelf, alsof ze een paar vleugels in de kleuren van de regenboog kunnen gebruiken om hun eigen onzuiverheden te verhullen. Op deze manieren zetten ze hun verdrukking in tegen het bestaan van de ware God (dit verwijst naar wat er achter de schermen gebeurt in de religieuze wereld). Hoe zou de mens kunnen weten dat, hoe betoverend mooi de vleugels van een vlieg misschien ook zijn, de vlieg zelf tenslotte niets meer is dan een miniem schepsel met een buik vol vuilheid en een met ziektekiemen bedekt lijf? Gebruikmakend van de kracht van de varkens en honden die hun ouders zijn, scheppen ze chaos in het hele land (dit verwijst naar de manier waarop de religieuze functionarissen die God vervolgen de krachtige steun nodig hebben van de landsoverheid om in opstand te komen tegen de ware God en de waarheid) en leven zich uit in beestachtigheid. Het is alsof de geesten van de Joodse farizeeërs samen met God zijn teruggekeerd naar het land van de grote rode draak, naar hun oude nest. Ze zijn begonnen met een zoveelste vervolgingsronde, waarmee ze hun werk van meerdere duizenden jaren geleden hervatten. Deze groep ontaarden zal uiteindelijk beslist op aarde vergaan! Het lijkt erop dat, na meerdere millennia, de onreine geesten zelfs nog listiger en sluwer zijn geworden. Ze bedenken voortdurend manieren waarop ze het werk van God heimelijk kunnen ondermijnen. Met een scala aan trucjes en listen willen ze in hun thuisland de tragedie van meerdere duizenden jaren geleden opnieuw opvoeren. Ze tarten God tot Hij het bijna uitschreeuwt. Hij kan Zich er nauwelijks van weerhouden om terug te keren naar de derde hemel en hen te vernietigen. Om God lief te hebben, moet de mens Zijn wil begrijpen, Zijn vreugden en droefenissen kennen en begrijpen wat het is dat Hij verafschuwt. Deze dingen doen zal de intrede van de mens nog meer bespoedigen. Hoe sneller de intrede van de mens, des te eerder wordt aan Gods wil voldaan, des te duidelijker doorziet de mens de koning van de duivels en des te nader komt hij aan God, zodat Gods wens kan worden vervuld.

Voetnoten:

1. ‘Niet afbreekbaar’ wordt hier satirisch bedoeld en betekent dat mensen onbuigzaam zijn wat betreft hun kennis, cultuur en geestelijke zienswijzen.

2. ‘Vrij ronddwaalt, buiten het bereik van de wet’ geeft aan dat de duivel op hol slaat en chaos veroorzaakt.

3. ‘Een grote puinhoop’ verwijst ernaar dat het gewelddadige gedrag van de duivel ondraaglijk om te zien is.

4. ‘Bont en blauw’ verwijst naar het lelijke gezicht van de koning van de duivels.

5. ‘Alles laten afhangen van één enkele dobbelsteenworp’ betekent dat men al zijn geld op één enkele weddenschap inzet in de hoop om uiteindelijk te winnen. Dit is een metafoor voor de duistere, snode plannetjes van de duivel. De uitdrukking wordt spottend gebruikt.

6. ‘Verzwelgen’ verwijst naar het kwaadaardige gedrag van de koning van de duivels, die mensen volledig wegrooft.

7. ‘Medeplichtigen in misdaad’ zijn van hetzelfde soort als ‘een bende schurken’.

8. ‘Allerlei problemen veroorzaken’ verwijst ernaar dat mensen die demonisch zijn heibel schoppen, het werk van God hinderen en zich ertegen verzetten.

9. ‘Blauwe vinvissen’ wordt spottend gebruikt. Het is een metafoor die uitdrukt dat vliegen zo klein zijn, dat varkens en honden in hun ogen zo groot als walvissen lijken.

a. De Vier Boeken en Vijf Klassiekers zijn de gezaghebbende boeken van het confucianisme in China.

Vorige: Werk en intrede (6)

Volgende: Werk en intrede (8)

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

Instellingen

  • Tekst
  • Thema's

Effen kleuren

Thema's

Lettertype

Lettergrootte

Regelruimte

Regelruimte

Paginabreedte

Inhoud

Zoeken

  • Zoeken in deze tekst
  • Zoeken in dit boek