4. De relatie tussen elk van de drie fasen van Gods werk

Relevante woorden van God:

Van het werk van Jehova tot dat van Jezus, en van het werk van Jezus tot dat van deze huidige fase; deze drie fasen vormen een rode draad door de volledige omvang van Gods management, en allemaal zijn ze het werk van één Geest. Sinds de schepping van de wereld is God altijd bezig geweest met het beheer van de mensheid. Hij is het begin en het einde, Hij is de eerste en de laatste, en Hij is degene die een tijdperk begint en tot een einde brengt. De drie fasen van het werk, in verschillende tijdperken en op verschillende locaties, zijn onmiskenbaar het werk van één Geest. Iedereen die deze drie fasen van elkaar scheidt, staat lijnrecht tegenover God.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, De visie van Gods werk (3)

Het werk dat in de laatste dagen wordt verricht is geen vervanging voor het werk van het Tijdperk van de Wet of voor het Tijdperk van Genade. De drie werkfases vormen echter samen één entiteit en ze zijn allemaal het werk van één God. De uitvoering van dit werk is vanzelfsprekend verdeeld in afzonderlijke tijdperken. Het werk dat in de laatste dagen wordt verricht brengt alles tot een einde; het werk dat in het Tijdperk van de Wet wordt verricht is het werk van de aanvang; en het werk in het Tijdperk van Genade is het werk van verlossing. Wat betreft de visies van het werk van dit gehele zesduizendjarige managementplan is niemand in staat om inzicht of begrip te verwerven en blijven deze visies raadsels. In de laatste dagen wordt alleen het werk van het woord verricht om het Tijdperk van het Koninkrijk aan te kondigen, maar het is niet representatief voor alle tijdperken. De laatste dagen zijn niet meer dan de laatste dagen en niet meer dan het Tijdperk van het Koninkrijk, die het Tijdperk van Genade en het Tijdperk van de Wet niet vertegenwoordigen. Het is eenvoudigweg gedurende de laatste dagen dat al het werk van het zesduizendjarige managementplan aan jullie geopenbaard wordt. Dit is de onthulling van het mysterie. […]

Het werk in de laatste dagen is de laatste van de drie fases. Het is het werk van weer een nieuw tijdperk en het vertegenwoordigt niet de totaliteit van het managementwerk. Het zesduizendjarige managementplan is verdeeld in drie werkfases. Geen enkele fase kan op zichzelf het werk van de drie tijdperken vertegenwoordigen; ze vertegenwoordigt maar één deel van het geheel. De naam Jehova kan Gods hele gezindheid niet vertegenwoordigen. Het feit dat Hij Zijn werk in het Tijdperk van de Wet heeft uitgevoerd, is geen bewijs dat God alleen maar onder de wet God kan zijn. Jehova heeft wetten voor de mens ingesteld en hem de geboden gegeven met de vraag om de tempel en de altaren te bouwen. Het werk dat Hij deed, vertegenwoordigt alleen het Tijdperk van de Wet. Dit werk dat Hij deed, is geen bewijs dat God alleen maar een God is die aan de mens vraagt om zich aan de wet te houden, of dat Hij de God in de tempel is, of dat Hij de God vóór het altaar is. Het zou onwaar zijn om dit te zeggen. Het werk dat onder de wet wordt gedaan, kan slechts één tijdperk vertegenwoordigen. Daarom, als God alleen het werk heeft verricht in het Tijdperk van de Wet, zou de mens God beperken tot de volgende definitie, die zegt: “God is de God in de tempel en om God te dienen moeten we priesterlijke gewaden dragen en de tempel binnengaan.” Indien het werk in het Tijdperk van Genade nooit was uitgevoerd en het Tijdperk van de Wet was verdergegaan tot op de huidige dag, dan zou de mens niet weten dat God ook genadig en liefdevol is. Indien het werk in het Tijdperk van de Wet niet was gedaan en alleen maar het werk in het Tijdperk van Genade, dan zou de mens alleen maar weten dat God de mens kan verlossen en hem zijn zonden kan vergeven. De mens zou alleen maar weten dat Hij heilig is en onschuldig, en dat Hij omwille van de mens in staat is om zichzelf op te offeren en te laten kruisigen. De mens zou alleen deze dingen weten maar al het andere niet begrijpen. En dus vertegenwoordigt elk tijdperk een deel van Gods gezindheid. Pas wanneer alle drie de fases tot één geheel zijn samengevoegd – de aspecten van Gods gezindheid vertegenwoordigd in het Tijdperk van de Wet, de aspecten in het Tijdperk van Genade en de aspecten in de huidige fase – kunnen ze de totaliteit van Gods gezindheid openbaren. Pas wanneer de mens alle drie de fases heeft leren kennen, kan hij het volledig begrijpen. Geen van de drie fases kan worden weggelaten. Je zult de eigenlijke gezindheid van God pas in zijn geheel zien na het leren kennen van deze drie werkfases. Het feit dat God Zijn werk in het Tijdperk van de Wet heeft voltooid, bewijst niet dat Hij alleen de God onder de wet is en het feit dat Hij Zijn werk van de verlossing heeft voltooid, wil niet zeggen dat God de mensheid altijd zal verlossen. Dit zijn allemaal conclusies die door de mens worden getrokken. Met het einde van het tijdperk van Genade kun je niet zeggen dat God alleen aan het kruis hoort en dat alleen het kruis de redding van God vertegenwoordigt. Door dit te doen, zou je God beperken. In de huidige fase doet God voornamelijk het werk van het woord, maar je kunt daarmee niet zeggen dat God de mens nooit genadig is geweest en dat Hij alleen maar tuchtiging en oordeel heeft gebracht. Het werk in de laatste dagen legt het werk van Jehova en Jezus bloot, en alle mysteries die niet door de mens begrepen zijn om zodoende de bestemming en de uitkomst van de mensheid te openbaren, en het gehele reddingswerk voor de mensheid te beëindigen. Deze werkfase in de laatste dagen brengt alles tot een einde. Alle mysteries die niet door de mens zijn begrepen, moeten worden ontrafeld, zodat de mens deze kan doorgronden en in zijn hart een volledig en duidelijk begrip verkrijgt. Pas dan kan het menselijke ras naar zijn soort worden onderverdeeld. Pas nadat het zesduizendjarige managementplan is voltooid, zal de mens de gezindheid van God in haar totaliteit begrijpen, want Zijn management zal dan tot een einde gekomen zijn.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het mysterie van de vleeswording (4)

Het werk dat op dit moment gedaan wordt, heeft het werk van het Tijdperk van Genade verder gebracht; dat wil zeggen dat het werk van het hele zesduizendjarige managementplan voortgegaan is. Hoewel het Tijdperk van Genade nu voorbij is, heeft het werk van God voortgang geboekt. Waarom zeg ik steeds weer dat dit stadium van het werk bouwt op het Tijdperk van Genade en het Tijdperk van de Wet? Dit houdt in dat het huidige werk een voortzetting is van het werk dat in het Tijdperk van Genade is gedaan en een vooruitgang ten opzichte van het werk in het Tijdperk van de Wet. De drie stadia zijn nauw verweven en iedere schakel in de keten is nauw verbonden met de volgende. Waarom zeg ik ook dat dit stadium van het werk voortborduurt op het werk van Jezus? Stel dat dit stadium niet op het werk van Jezus zou voortborduren. Dan zou er in dit stadium opnieuw een kruisiging moeten plaats vinden, en zou het verlossingswerk van het vorige stadium helemaal overgedaan moeten worden. Dat zou zinloos zijn. Het is dus niet zo dat het werk helemaal klaar is, maar het tijdperk is verder gegaan en het werk is naar een nog hoger niveau getild dan voorheen. Je kunt zeggen dat dit stadium van het werk op het fundament van het Tijdperk van de Wet en op de rots van het werk van Jezus is gebouwd. Het werk wordt stadium voor stadium opgebouwd, en dit stadium is geen nieuw begin. Alleen de combinatie van de drie stadia van het werk kunnen als het zesduizendjarige managementplan worden beschouwd.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, De twee incarnaties voltooien de betekenis van de incarnatie

De laatste werkfase staat niet op zichzelf maar is onderdeel van het geheel, samen met de twee vorige fases. Dat wil zeggen dat het onmogelijk is om het hele reddingswerk te voltooien door middel van slechts een van de drie werkfases. Hoewel de laatste werkfase in staat is om de mens volledig te redden, wil dit niet zeggen dat het alleen nodig is om deze ene fase uit te voeren en dat de twee vorige werkfases niet nodig zijn voor het redden van de mens uit de invloed van Satan. Geen enkele fase van de drie fases kan worden aangewezen als de enige visie die bij alle mensen bekend moet zijn, want de totaliteit van het reddingswerk is de drie werkfases, niet één enkele fase daarvan. Zolang het reddingswerk niet volbracht is, zal het management van God niet tot een volledig einde gebracht kunnen worden. Gods wezen, gezindheid en wijsheid worden uitgedrukt in de totaliteit van het reddingswerk en deze zijn niet helemaal aan het begin aan de mens geopenbaard. Ze zijn echter geleidelijk in het reddingswerk tot uitdrukking gekomen. Elke fase van het reddingswerk drukt een onderdeel uit van de gezindheid van God en een onderdeel van Zijn wezen. Niet elke werkfase kan de totaliteit van Gods wezen rechtstreeks en volledig uitdrukken. Als zodanig kan het reddingswerk alleen maar volledig worden afgesloten wanneer de drie werkfases zijn afgerond en de kennis van de mens van de totaliteit van God is dus onlosmakelijk verbonden met de drie fases van Gods werk. Wat de mens uit één werkfase haalt, is slechts de gezindheid van God die wordt uitgedrukt in één onderdeel van Zijn werk. Het kan de gezindheid en het wezen dat wordt uitgedrukt in de fases daarvoor of daarna niet vertegenwoordigen. Dat komt doordat het redden van de mensheid niet in één periode of op één locatie kan worden afgerond, maar het wordt langzamerhand dieper al naar gelang de mate waarin de mens zich op verschillende plaatsen en op verschillende tijden heeft ontwikkeld. Het gaat om werk dat gefaseerd wordt uitgevoerd en niet in één fase wordt afgerond. En Gods algehele wijsheid wordt dus veeleer in de drie werkfases uitgekristalliseerd, in plaats van gedurende één afzonderlijke fase. Zijn gehele wezen en gehele wijsheid komen in deze drie fases tot uitdrukking, en elke fase bevat Zijn wezen en is een verslag van de wijsheid van Zijn werk. De mens moet de volledige gezindheid van God kennen die in deze drie fases wordt uitgedrukt. Dit alles van Gods wezen is van het allergrootste belang voor de gehele mensheid en als mensen dit niet weten wanneer zij God aanbidden, dan zijn ze niet anders dan zij die Boeddha aanbidden. Gods werk te midden van de mensheid is niet verborgen voor de mens en moet bekend zijn bij allen die God aanbidden. Aangezien God de drie fases van het reddingswerk onder de mensheid heeft uitgevoerd, moet de mens de uitdrukking weten van wat Hij heeft en is tijdens deze drie werkfases. Dit is wat de mens moet doen. Wat God voor de mens verbergt, is wat de mens niet kan bereiken en niet moet weten, terwijl dat wat God aan de mens laat zien, hetgeen is wat de mens wel moet weten en moet bezitten. Elk van de drie werkfases wordt uitgevoerd op basis van de vorige fase. Die wordt niet onafhankelijk uitgevoerd, los van het reddingswerk. Hoewel er grote verschillen zijn in het tijdperk en het soort werk dat wordt verricht, gaat het in de kern telkens om de redding van de mensheid en elke fase van het reddingswerk gaat dieper dan de vorige.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het kennen van de drie fases van Gods werk is de weg naar het kennen van God

Het gehele management van God is onderverdeeld in drie fases en in elke fase worden er passende eisen aan de mens gesteld. Bovendien worden Gods eisen aan de mensheid met het verstrijken en de voortgang van de tijdperken steeds hoger. Zo bereikt dit werk van Gods management stap voor stap zijn climax, tot de mens het feit van de ‘verschijning van het Woord in het vlees’ aanschouwt; op deze manier worden de eisen aan de mens ook steeds hoger, alsook de eisen aan de mens om getuigenis af te leggen. Hoe beter de mens in staat is om werkelijk met God mee te werken, hoe meer hij God verheerlijkt. De medewerking van de mens is het getuigenis dat hij moet afleggen en het getuigenis dat hij aflegt, is de praktijk van de mens. Of Gods werk dus wel of niet het beoogde effect kan hebben en of er wel of niet sprake kan zijn van een oprechte getuigenis, hangt dus onlosmakelijk samen met de medewerking en het getuigenis van de mens. Wanneer het werk is voltooid, dat wil zeggen: wanneer al het management van God is voleindigd, zal van de mens een verhevener getuigenis worden vereist. Wanneer het werk van God het einde nadert, zullen de praktijk en de intrede van de mens hun hoogtepunt bereiken. De mens moest in het verleden voldoen aan de wetten en de geboden en hij moest geduldig en nederig zijn. Vandaag moet de mens al Gods regelingen gehoorzamen en God uitermate liefhebben; hij moet God zelfs in tijden van verdrukking blijven liefhebben. Deze drie fases zijn eisen die God aan de mens stelt, stap voor stap, door Zijn gehele management heen. Elke fase van Gods werk gaat dieper dan de vorige en in elke fase zijn de eisen aan de mens verhevener dan de voorgaande fase; op deze manier krijgt Gods gehele management geleidelijk aan vorm. Juist omdat de eisen aan de mens steeds hoger worden, komt de gezindheid van de mens steeds dichter bij de normen die God eist; pas dan onttrekt de hele mensheid zich geleidelijk aan de invloed van Satan tot de hele mensheid, na de voleinding van Gods werk, van de invloed van Satan verlost zal zijn.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Gods werk en de praktijk van de mens

Het werk van Gods complete managementplan wordt persoonlijk door God Zelf gedaan. De eerste fase – het scheppen van de wereld – werd persoonlijk gedaan door God Zelf. Als dat niet zo zou zijn geweest, dan zou niemand ooit in staat zijn geweest de mensheid te scheppen. De tweede fase was de verlossing van de gehele mensheid en het werd ook persoonlijk gedaan door God Zelf. De derde fase spreekt voor zich: er is zelfs een nog grotere noodzaak dat het einde van Gods werk door hem Zelf wordt verricht. Het werk van verlossing, het overwinnen, winnen en vervolmaken van de gehele mensheid wordt allemaal persoonlijk uitgevoerd door God Zelf. Als Hij dit werk niet persoonlijk zou doen, dan zou Zijn identiteit niet kunnen worden vertegenwoordigd door de mens en evenmin zou Zijn werk door de mens kunnen worden gedaan. Om Satan te verslaan, om de mensheid te winnen en om de mens een normaal leven op aarde te geven, leidt Hij de mens persoonlijk en werkt Hij persoonlijk onder de mens; omwille van Zijn complete managementplan en voor al Zijn werk, moet Hij dit werk persoonlijk doen.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het normale leven van de mens herstellen en hem meenemen naar een geweldige bestemming

Vorige: 3. Het doel en de betekenis van elk van de drie fasen van Gods werk kennen

Volgende: 5. Waarom wordt er gezegd dat het kennen van de drie fasen van Gods werk het pad naar het kennen van God is?

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

Instellingen

  • Tekst
  • Thema's

Effen kleuren

Thema's

Lettertype

Lettergrootte

Regelruimte

Regelruimte

Paginabreedte

Inhoud

Zoeken

  • Zoeken in deze tekst
  • Zoeken in dit boek