10.8 Over hoe het vrezen van God en het mijden van het kwaad te bereiken
415. Een waar schepsel moet weten wie de Schepper is, waartoe de mens is geschapen, hoe hij de verantwoordelijkheden van een schepsel moet vervullen en hoe hij de Heer van de hele schepping moet aanbidden. Hij moet de bedoelingen, wensen en verlangens van de Schepper begrijpen, bevatten, kennen en zich erom bekommeren, en hij moet handelen zoals de Schepper wil – God vrezen en het kwaad mijden.
Wat is ‘God vrezen’? En hoe kun je het kwaad mijden?
Met ‘God vrezen’ wordt niet een vage angst of schrik bedoeld, noch dat je God uit de weg gaat, noch dat je Hem op afstand houdt en evenmin wordt er verafgoding of bijgeloof mee bedoeld. Integendeel, ‘God vrezen’ betekent bewondering, achting, vertrouwen, begrip, zorg, gehoorzaamheid, toewijding en liefde, alsook onvoorwaardelijke aanbidding, genoegdoening en onderwerping, zonder klagen. Zonder ware kennis van God zal de mensheid geen ware bewondering, waar vertrouwen, waar begrip, ware zorg of gehoorzaamheid hebben, maar slechts bang en onzeker zijn, slechts twijfelen, verkeerd begrijpen, God uit de weg gaan en Hem vermijden. Zonder ware kennis van God zal de mensheid niet in staat zijn tot ware toewijding en genoegdoening. Zonder ware kennis van God zal de mensheid niet in staat zijn tot ware aanbidding en onderwerping, maar slechts tot blinde verafgoding en bijgeloof. Zonder ware kennis van God kan de mensheid hoe dan ook niet handelen in overeenstemming met de wil van God, of God vrezen, of het kwaad mijden. Elke activiteit en gedraging van de mens zal daarentegen vervuld zijn van opstandigheid en openlijk verzet, van lasterlijke beschuldigingen en smadelijke oordelen over Hem, en van kwaadaardig gedrag dat ingaat tegen de waarheid en de ware betekenis van Gods woorden.
Zodra de mensheid werkelijk vertrouwen heeft in God, zal zij God oprecht volgen en zich op Hem verlaten; alleen met echt vertrouwen in en met echte afhankelijkheid van God kan de mensheid tot waar begrip en inzicht komen. Als hij God echt begrijpt, zal de mens zich om Hem gaan bekommeren. Alleen wanneer de mensheid zich oprecht om God bekommert, kan zij oprecht gehoorzamen. Alleen wanneer zij God oprecht gehoorzaamt, kan de mensheid zich oprecht aan Hem toewijden. Alleen met oprechte toewijding aan God kan de mensheid Hem onvoorwaardelijk en zonder klagen genoegdoening schenken. Alleen wanneer zij in alle oprechtheid God vertrouwt en zich op Hem verlaat, Hem begrijpt en zich om Hem bekommert, Hem gehoorzaamt, zich aan Hem toewijdt en Hem genoegdoening schenkt, kan de mensheid Gods gezindheid en Zijn wezen echt leren kennen en de identiteit van de Schepper leren kennen. Alleen wanneer zij de Schepper waarlijk heeft leren kennen, kan de mensheid oprechte aanbidding en onderwerping in zichzelf laten ontstaan. Alleen vanuit oprechte aanbidding van en onderwerping aan de Schepper zal de mensheid haar slechte daden kunnen afleren, met andere woorden: het kwaad kunnen mijden.
Dit tezamen vormt het hele proces van ‘God vrezen en het kwaad mijden’ en is ook wat het in zijn geheel inhoudt om God te vrezen en het kwaad te mijden. Het is eveneens de weg die moet worden bewandeld om te komen tot het vrezen van God en het mijden van het kwaad.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Voorwoord
416. Allereerst weten we dat Gods gezindheid majesteit is, toorn is. Hij is geen schaap dat door iemand wordt afgeslacht; sterker nog, Hij is geen marionet die door de mensen wordt bestuurd zoals ze willen. Hij is ook geen hoeveelheid lege lucht, waar naar believen de baas over kan worden gespeeld. Als je echt gelooft dat God bestaat, zou je een hart moeten hebben dat God vreest, en zou je moeten weten dat Gods wezen niet boos mag worden gemaakt. Deze boosheid kan worden veroorzaakt door een woord; misschien een gedachte; misschien verachtelijk gedrag; misschien mild gedrag, gedrag dat redelijk is in de ogen en de moraal van de mens; of misschien wordt het veroorzaakt door een doctrine, een theorie. Echter, zodra je God kwaad maakt is je kans verkeken en zijn je dagen geteld. Dit is iets vreselijks! Als je niet begrijpt dat God niet beledigd mag worden, dan ben je misschien niet bang voor God, en misschien beledig je hem dan altijd. Als je niet weet hoe je God moet vrezen, dan ben je niet in staat om God te vrezen, en zul je niet weten hoe je zelf het pad moet volgen om Gods weg te bewandelen, God te vrezen en het kwaad te mijden. Als je je hier eenmaal bewust van wordt, kun je er ook van bewust zijn dat God niet beledigd kan worden, dan zul je weten wat het is om God te vrezen en het kwade te mijden.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Hoe Gods gezindheid te kennen en de resultaten die Zijn werk zal verwezenlijken
417. Hoewel een deel van Gods essentie liefde is, en Hij barmhartigheid verleent aan iedereen, vergeten mensen dat Zijn essentie ook waardigheid is. Dat Hij liefde heeft, betekent niet dat mensen Hem vrijelijk kunnen beledigen en dat Hij helemaal geen gevoelens of reacties heeft. Dat Hij genade heeft betekent niet dat Hij geen principes heeft in hoe Hij mensen behandelt. God leeft; Hij bestaat echt. Hij is geen ingebeelde marionet of iets anders. Aangezien Hij bestaat, moeten we te allen tijde zorgvuldig luisteren naar de stem van Zijn hart, aandacht schenken aan Zijn houding en Zijn gevoelens begrijpen. We moeten de verbeeldingskracht van de mens niet gebruiken om God te definiëren en we moeten de gedachten en wensen van de mens niet aan God opleggen, en daarmee God de stijl van de mens en zijn denken laten gebruiken in hoe Hij de mensheid behandelt. Als je dat doet, dan maak je God boos, dan lok je Gods toorn uit, en je daagt Gods waardigheid uit! Dus, nadat jullie de ernst van deze zaak hebben begrepen, dring ik er bij iedereen hier op aan om heel voorzichtig en verstandig te zijn in jullie daden. Wees heel voorzichtig en verstandig in jullie spreken. En als het gaat om hoe jullie God behandelen, hoe voorzichtiger en verstandiger jullie zijn, hoe beter! Wanneer je niet begrijpt wat Gods houding is, spreek dan niet achteloos, wees niet achteloos in je daden en plak niet achteloos etiketten. Sterker nog, trek geen willekeurige conclusies. In plaats daarvan moet je wachten en zoeken; dit is ook een manier om God te vrezen en het kwaad te mijden. Als je dit punt vooral kunt bereiken en deze houding boven alles kunt aannemen, dan zal God je geen verwijt maken ten aanzien van je domheid, onwetendheid en gebrek aan begrip over de redenen achter dingen. Het is eerder zo dat God, vanwege jouw houding van angst om God te beledigen, jouw respect voor Gods intenties en jouw bereidwillige houding om Hem te gehoorzamen, je niet zal vergeten, je zal leiden en verlichten, of je onvolwassenheid en onwetendheid tolereren. Omgekeerd, als je houding ten opzichte van Hem oneerbiedig zou zijn – het willekeurig beoordelen van God, het willekeurig raden en definiëren van Gods ideeën – dan zal God je een veroordeling, discipline, zelfs straf geven; of Hij zal je een verklaring geven. Misschien zal deze verklaring over jouw uitkomst gaan. Daarom wil ik dit nog een keer benadrukken en iedereen die aanwezig is op het hart drukken heel voorzichtig en verstandig te zijn tegenover alles wat van God komt. Spreek niet achteloos en wees niet onvoorzichtig in je handelingen. Voordat je iets zegt, zou je moeten denken: zou God kwaad worden als ik dit doe? Is dit godvrezend? Zelfs voor eenvoudige zaken, moet je echt proberen om deze vragen aan jezelf te stellen, echt over deze vragen na te denken. Als je overal, in alle dingen, te allen tijde, zaken werkelijk volgens deze beginselen in de praktijk kunt brengen, en zo’n houding ontwikkelt, met name wanneer je iets niet begrijpt, dan zal God je altijd begeleiden, en Hij zal je altijd een pad geven om te volgen.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Hoe Gods gezindheid te kennen en de resultaten die Zijn werk zal verwezenlijken
418. Ik spoor jullie aan om beter begrip te krijgen van de bestuurlijke wetten en om Gods gezindheid beter te leren kennen. Anders zullen jullie het moeilijk vinden om jullie kaken op elkaar te houden en jullie tong van al te hoogdravende praatjes te weerhouden. Jullie zullen dan Gods gezindheid onbewust met voeten treden, tot duisternis vervallen en het gezelschap van de Heilige Geest en het licht kwijtraken. Daar jullie daden niet op de juiste principes gebaseerd zijn, datgene doen of zeggen wat je niet moet doen, zul je een passende vergelding ontvangen. Ook al zijn je woorden en daden niet op de juiste principes gebaseerd, weet dat dit bij God wel het geval is. De reden van de vergelding is dat je God en niet een mens hebt mishaagd. Als je in je leven veel overtredingen jegens Gods gezindheid begaat, word je zeker een kind van de hel. Het schijnt je als mens misschien toe dat je slechts een paar dingen hebt gedaan die niet helemaal met de waarheid stroken, en niet meer. Besef je echter wel dat je in Gods ogen al iemand bent voor wie er geen zondeoffer meer is? Je hebt meer dan eens de bestuurlijke wetten van God overtreden en bovendien geen teken van bekering laten zien. Daarom moet je wel in de hel belanden, waar God de mens straft. Een klein aantal mensen dat God volgt heeft in het verleden enkele malen tegen de principes in gehandeld. Maar ze zijn daarop aangesproken, hebben leiding ontvangen en zijn hun eigen verdorvenheid beetje bij beetje gaan inzien. Daarna zijn ze het juiste pad van de werkelijkheid gaan bewandelen en ze blijven tot op de dag van vandaag zeer trouw. Zulke mensen zullen uiteindelijk standhouden. Ik ben echter op zoek naar wie eerlijk zijn. Ben je eerlijk en handel je overeenkomstig juiste principes, dan kun je een vertrouweling van God worden. Als je in je daden Gods gezindheid niet met voeten treedt, je de wil van God zoekt en je een hart vol eerbied voor God hebt, dan voldoet je geloof aan de norm. Wie God niet vereert en geen godvrezend hart heeft, vervalt gemakkelijk tot overtreding van de bestuurlijke wetten van God. Velen dienen God met de kracht van hun passie, maar hebben geen begrip van de bestuurlijke wetten van God, laat staan dat ze enig besef van de implicaties van Zijn woorden hebben. Met hun goede bedoelingen doen ze dan ook vaak dingen die Gods management verstoren. In ernstige gevallen worden ze uitgeworpen, verstoken van elke verdere kans om Hem te volgen. Ze worden dan in de hel geworpen zonder enige verdere binding met Gods huis. Deze mensen werken in het huis van God met de kracht van hun onnozele goede bedoelingen, wat uitloopt op het ontstemmen van Gods gezindheid. Mensen proberen de manier waarop ze ambtsdragers en heren dienen uit in het huis van God. Ze denken tevergeefs dat ze die hier ook moeiteloos kunnen toepassen. Ze hadden nooit gedacht dat God niet de gezindheid van een lam maar die van een leeuw heeft. Daarom zijn degenen die voor het eerst met God omgaan niet in staat om met Hem te communiceren. Gods hart is immers anders dan dat van de mens. Alleen nadat je veel waarheden hebt begrepen, zal je kennis over God voortdurend toenemen. Deze kennis bestaat niet uit woorden of leerstellingen, maar is te gebruiken als een schat waardoor je vertrouwelijk met God kunt omgaan, en als bewijs dat Hij behagen in je schept. Als je reële kennis ontbeert en niet met de waarheid bent uitgerust, kan je gepassioneerde dienstbaarheid je alleen maar de afkeer en afschuw van God opleveren.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Drie vermaningen
419. Als je de gezindheid van God niet begrijpt, dan zul je nooit het werk kunnen doen dat je voor Hem zou moeten doen. Als je het wezen van God niet kent, dan zal het voor jou onmogelijk zijn Hem eerbied te tonen en Hem te vrezen. In plaats daarvan zal er slechts sprake zijn van achteloze plichtmatigheid, dubbelzinnigheid, en bovendien, onverbeterlijke godslastering. Hoewel het begrijpen van Gods gezindheid inderdaad belangrijk is en het kennen van Gods wezen niet mag worden genegeerd, heeft niemand deze kwesties tot op de grond toe onderzocht of uitgediept. Het is duidelijk dat jullie allen de bestuurlijke ordinanties die ik heb uitgevaardigd, hebben afgewezen. Als jullie de gezindheid van God niet begrijpen, dan kunnen jullie zijn gezindheid gemakkelijk beledigen. Met zo’n overtreding roepen we in feite Gods toorn op, en de uiteindelijke vrucht van jouw handelen is de overtreding van Zijn bestuurlijke ordinanties. Nu zou je moeten beseffen dat het begrijpen van Gods gezindheid samengaat met het kennen van Zijn wezen, en dat als je met het begrip van Gods gezindheid ook de bestuurlijke ordinanties begrijpt. Zeker, veel van Gods bestuurlijke ordinanties staan in verband met Gods gezindheid, maar Zijn gezindheid komt erin nog niet volledig tot uitdrukking. Daarom moeten jullie een stap verder gaan in het ontwikkelen van meer begrip van Gods gezindheid.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het is heel belangrijk Gods gezindheid te begrijpen
420. God is een levende God, en omdat mensen zich anders gedragen in verschillende situaties, verschilt Zijn houding ten opzichte van dergelijke gedragingen omdat Hij geen marionet en ook geen hoeveelheid lege lucht is. Het leren kennen van Gods houding is een waardig streven voor de mensheid. Mensen zouden moeten leren hoe ze, door Gods houding te kennen, Gods gezindheid kunnen kennen en Zijn hart, beetje bij beetje, kunnen leren begrijpen. Wanneer je Gods hart, beetje bij beetje, gaat begrijpen, zul je niet vinden dat het vrezen van God en het mijden van kwaad moeilijk is om te volbrengen. Daar komt nog bij, wanneer je God begrijpt, zul je waarschijnlijk geen conclusies over Hem trekken. Wanneer je stopt met het trekken van conclusies over God, zul je Hem waarschijnlijk niet beledigen, en zal God je onbewust leiden om kennis over Hem te verkrijgen, en daardoor zul je God vrezen in je hart. Je zult stoppen met het definiëren van God door middel van de doctrines, de letters en de theorieën die je hebt geleerd. Integendeel, door altijd Gods bedoelingen in alle dingen op te zoeken, word je onbewust een persoon naar Gods hart.
Gods werk is niet te zien en niet te voelen voor de mensheid, maar wat God betreft, zijn de daden van elk persoon, samen met hun houding tegenover Hem – niet alleen waarneembaar voor God, maar ook zichtbaar. Dit is iets dat iedereen moet herkennen en begrijpen. Je vraagt je misschien altijd af: “Weet God wat ik hier doe? Weet God waar ik nu aan denk? Misschien wel, misschien ook niet.” Als je dit soort gedachten hebt waarin je God volgt en je in Hem gelooft en toch aan Zijn werk en Zijn bestaan twijfelt, dan zal er vroeg of laat een dag komen waarop je Hem kwaad maakt, omdat je toch al balanceerde op het randje van de afgrond. Ik heb mensen gezien die al vele jaren in God geloven, maar nog steeds niet de echte waarheid hebben verkregen of zelfs maar Gods wil hebben begrepen. Hun levensgestalte toont geen enkele vooruitgang, maar houdt zich alleen vast aan de oppervlakkigste doctrines. Dit komt omdat deze mensen Gods woord nooit als hun eigen leven hebben opgenomen, en ze hebben nooit echt Zijn bestaan onder ogen gezien en geaccepteerd. Denk je dat God het leuk vindt als hij zulke mensen ziet? Troosten ze Hem? In dat geval wordt het lot van de mensen bepaald door de manier waarop ze in God geloven. Ten aanzien van de vraag hoe mensen zoeken en hoe mensen God benaderen, zijn het de houdingen van mensen die het allerbelangrijkste zijn. Verwaarloos God niet alsof Hij een hoeveelheid lege lucht is die ergens achter je hoofd rond zweeft; denk altijd aan de God in wie je gelooft als een levende God, een echte God. Hij zit niet daarboven in de derde hemel met niets omhanden. Integendeel, Hij kijkt voortdurend in ieders hart, Hij kijkt naar wat je aan het doen bent, naar het kleinste woord en de kleinste daad, naar hoe je je gedraagt en wat je houding tegenover God is. Of je bereid bent om jezelf aan God te geven of niet, je hele gedrag en je diepste gedachten en ideeën liggen voor God, en worden door Hem bekeken. En door je gedrag, daden, en je houding ten opzichte van God, verandert Zijn houding ten opzichte van jou, en Zijn mening over jou voortdurend. Ik zou sommige mensen graag wat advies willen geven: plaats jezelf niet als een kind in de handen van God, alsof Hij enorm gesteld op je zou moeten zijn, alsof Hij je nooit zou kunnen verlaten, en alsof Zijn houding tegenover jou vaststond en nooit zou kunnen veranderen, want dan adviseer ik je om op te houden met dromen! God is rechtvaardig in Zijn behandeling van ieder persoon. Hij benadert het werk van de overwinning en redding van de mensheid serieus. Dat is zijn management. Hij behandelt elk persoon serieus, niet als een huisdier om mee te spelen. Gods liefde voor de mens is niet van het verwennende of bedervende soort; Zijn genade en verdraagzaamheid jegens de mensheid is niet toegeeflijk of onnadenkend. Integendeel, Gods liefde voor de mensheid is het leven te koesteren, er medelijden mee te hebben en het te respecteren; Zijn genade en tolerantie brengen Zijn verwachtingen van de mens over; Zijn genade en tolerantie zijn wat de mensheid nodig heeft om te overleven. God leeft en God bestaat echt; Zijn houding ten opzichte van de mensheid is principieel, helemaal geen dogmatische regel, en deze kan veranderen. Zijn wil voor de mensheid verandert geleidelijk en transformeert in de loop van de tijd, al naargelang de omstandigheden en de houding van elk persoon. Daarom moet je in je hart met absolute duidelijkheid weten dat de essentie van God onveranderlijk is en dat Zijn gezindheid op verschillende tijdstippen en in verschillende contexten naar voren zal komen. Je denkt misschien niet dat dit een serieus probleem is, en je gebruikt je eigen persoonlijke opvattingen om je voor te stellen hoe God dingen zou moeten doen. Maar er zijn tijden dat het totaal tegenovergestelde van jouw standpunt waar is, en dat je door jouw eigen persoonlijke opvattingen te gebruiken bij je pogingen om God te peilen, je Hem al boos hebt gemaakt. Dit komt omdat God niet werkt zoals jij denkt, en God zal deze zaak niet behandelen zoals jij zegt. En dus herinner ik je eraan voorzichtig en attent te zijn in je benadering van alles om je heen, en te leren hoe je het principe moet volgen om in alle situaties op Gods manier te werk te gaan – God vrezen en het kwaad mijden. Je moet een duidelijk begrip ontwikkelen over zaken van Gods wil en Gods houding; zoek verlichte mensen om het je uit te leggen en zoek serieus. Beschouw de God waar je in gelooft niet als een marionet – door willekeurig te oordelen en conclusies te trekken, en God niet te behandelen met het respect dat Hij verdient. Wanneer je door God gered wordt, wanneer Hij jouw uitkomst bepaalt, ongeacht of Hij je genade, of verdraagzaamheid, of oordeel en tuchtiging toekent, staat Zijn houding ten opzichte van jou niet vast. Die hangt af van jouw houding ten opzichte van God, en je begrip van God.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Hoe Gods gezindheid te kennen en de resultaten die Zijn werk zal verwezenlijken
421. Mensen die oprecht in God geloven, hebben Hem altijd in hun hart en dragen in zich altijd een godvererend hart, een godminnend hart. Zij die in God geloven, moeten dingen voorzichtig en behoedzaam doen, en alles wat ze doen moet overeenstemmen met Gods vereisten en moet Zijn hart tevreden kunnen stellen. Ze moeten niet eigengereid zijn en doen wat ze maar willen; dat past niet bij heilig fatsoen. Mensen moeten niet door het lint gaan en met de vlag van God in de rondte zwaaien terwijl ze overal dik doen en de boel oplichten; dit is de meest opstandige vorm van gedrag. Gezinnen hebben hun regels en naties hebben hun wetten – en is dat zelfs niet nog sterker het geval in het huis van God? Zijn de normen niet nóg strenger? Zijn er niet nóg meer bestuurlijke decreten? Het staat mensen vrij om te doen wat ze willen, maar de bestuurlijke decreten van God kunnen niet naar wens veranderd worden. God is een God die geen belediging door mensen tolereert; Hij is een God die mensen ter dood brengt. Weten mensen dit echt nog niet?
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Een waarschuwing aan hen die de waarheid niet beoefenen
422. In elk tijdperk schenkt God een aantal woorden aan de mens wanneer Hij in de wereld werkt en de mens over enkele waarheden vertelt. Deze waarheden dienen als de weg die de mens moet aanhouden, de weg die de mens moet bewandelen, de weg waarlangs de mens God kan vrezen en het kwade kan mijden, en de weg waarlangs mensen zich in hun leven, in de loop van hun levensreis in praktijk moeten brengen en aanhangen. Om deze redenen schenkt God deze woorden aan de mens. Deze woorden die van God komen, moeten door de mens worden nageleefd, om leven te ontvangen. Als een persoon zich er niet aan houdt, ze niet in praktijk brengt en Gods woorden niet naleeft in zijn leven, dan brengt deze persoon de waarheid niet in praktijk. En als ze de waarheid niet in de praktijk brengen, dan vrezen ze God niet en mijden ze het kwade niet en kunnen ze God niet tevreden stellen. Als iemand God niet tevreden kan stellen, dan kunnen ze Gods lof niet ontvangen; zo’n persoon ontvangt geen uitkomst.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Hoe Gods gezindheid te kennen en de resultaten die Zijn werk zal verwezenlijken
423. Gods wegen bewandelen heeft niets te maken met het in acht nemen van oppervlakkige regels. Het betekent eigenlijk dat wanneer je geconfronteerd wordt met een zaak, je dit in de eerste plaats moet zien als een omstandigheid die is geregeld door God, een verantwoordelijkheid, door Hem aan jou geschonken, door Hem aan jou toevertrouwd en dat wanneer je geconfronteerd wordt met deze zaak, je het zelfs als een beproeving van God zou moeten zien. Wanneer je deze kwestie onder ogen ziet, moet je er een norm voor hebben, je moet eraan denken dat het van God is gekomen. Je moet er over nadenken hoe je met deze zaak om moet gaan, zodat je verantwoordelijkheid kunt nemen en trouw aan God kunt zijn; hoe je het zo kunt doen dat je God niet woedend maakt of Zijn gezindheid niet beledigt. […] Want wanneer we Gods wegen bewandelen, kunnen we niets verwaarlozen wat met onszelf te maken heeft, of met iets dat om ons heen gebeurt, zelfs niet de kleine dingen. Het maakt niet uit of we denken dat we er aandacht aan moeten schenken of niet, wanneer we ermee geconfronteerd worden, moeten we het niet verwaarlozen. Alles moet als Gods test voor ons worden beschouwd. Hoe is deze houding? Als je zo’n houding hebt, dan bevestigt het één feit: je hart vreest God en je hart is bereid om het kwade te mijden. Als je dit verlangen hebt om God tevreden te stellen, dan ligt wat je in praktijk brengt niet ver van de norm om God te vrezen en het kwade te mijden.
Er zijn vaak mensen die geloven dat de zaken die niet veel aandacht krijgen van mensen, de zaken die gewoonlijk niet worden genoemd – slechts onbeduidende kleinigheden zijn en dat ze niets te maken hebben met het in praktijk brengen van de waarheid. Wanneer deze mensen zoiets onder ogen krijgen, besteden ze er niet veel aandacht aan en laten ze het gaan. Maar in feite is deze zaak een les waarvoor je zou moeten leren, een les over hoe je God moet vrezen, hoe je het kwaad kunt mijden. Bovendien, waar je nog meer mee bezig zou moeten zijn, is weten wat God doet wanneer deze zaak zich voordoet die je onder ogen moet zien. God staat aan jouw kant en observeert al je woorden en daden, Hij observeert wat je doet, je geest verandert – dit is Gods werk. Sommige mensen zeggen: “Waarom voel ik het dan niet?” Je hebt het niet gevoeld, omdat de weg om God te vrezen en het kwade te mijden niet het belangrijkste is waar je je aan houdt. Daarom kun je het subtiele werk van God in de mens niet voelen, wat je kunt merken aan de verschillende gedachten en verschillende handelingen van mensen. Je bent een warhoofd! Wat is een grote zaak? Wat is een kleine zaak? Alle zaken die te maken hebben met het bewandelen van Gods weg zijn niet verdeeld in groot of klein. Kunnen jullie dat accepteren? (Ja) In termen van alledaagse zaken zijn er dingen die mensen als heel groot en belangrijk, en andere die als klein en onbetekenend worden beschouwd. Mensen beschouwen deze grote zaken vaak als zeer belangrijk en beschouwen ze als door God gezonden. Echter, in de loop van deze grote zaken die zich voordoen, begrijpen mensen vaak Gods bedoelingen niet, ze hebben er geen inzicht in, en bereiken niet echt wat van waarde is vanwege de onvolwassen gestalte van de mens en vanwege het slechte kaliber van de mens. Wat de kleine zaken betreft, deze worden eenvoudigweg over het hoofd gezien door de mens en glippen beetje bij beetje weg. Daardoor hebben ze veel kansen verloren om door God te worden onderzocht, om door Hem te worden getest. Mocht je altijd de mensen, dingen en zaken over het hoofd zien en de omstandigheden die God voor je regelt, wat zal dit betekenen? Het betekent dat je elke dag, zelfs elk moment altijd afziet van Gods perfectie van jou en Gods leiderschap. Wanneer God een omstandigheid voor je regelt, let Hij in het geheim op, kijkend naar je hart, kijkend naar je gedachten en overwegingen, kijkend naar hoe je denkt, kijkend naar hoe je zal handelen. Als je een zorgeloos persoon bent – een persoon die nooit serieus nagedacht heeft over Gods weg, Gods woord of de waarheid – dan zul je niet oplettend zijn, je zult geen aandacht schenken aan datgene wat God wil voltooien en wat God van je eist wanneer Hij omstandigheden voor je regelt. Je zult ook niet weten hoe de mensen, dingen en zaken die je tegenkomt zich verhouden tot de waarheid of Gods intenties. Hoe zal God verder gaan nadat je geconfronteerd bent met herhaalde omstandigheden en herhaalde beproevingen zoals deze, waarbij God geen enkele verbetering bij je ziet? Na herhaaldelijke beproevingen, maak je God niet groot in je hart, en je behandelt de omstandigheden die God voor je regelt niet zoals zij zijn – als een beproeving of een test van God. Eerder verwerp je een voor een de kansen die God je schenkt, en je laat ze keer op keer wegglippen. Is dit geen enorme ongehoorzaamheid van de mens? (Ja.) Zal God hierdoor bedroefd zijn? (Ja.) God zal niet bedroefd zijn! Jullie zijn weer geschokt als jullie me zo horen praten. Werd er immers niet eerder gezegd dat God altijd verdrietig is? God zal niet bedroefd zijn? Wanneer zal God dan bedroefd zijn? Hoe dan ook, God zal niet bedroefd zijn door deze situatie. Wat is dan Gods houding ten opzichte van het hierboven geschetste gedrag? Wanneer mensen de beproevingen afwijzen, de tests, die God ze zendt, wanneer ze zich eraan onttrekken, is er slechts één houding die God heeft tegenover deze mensen. Welke houding is dit? God wijst zo’n soort persoon af vanuit de grond van Zijn hart. Er zijn twee betekenislagen voor het woord ‘afwijzen’. Hoe leg ik ze uit? Diep van binnen draagt het woord de betekenis van afkeer, van haat. En wat betreft de tweede betekenis? Dat is het deel dat inhoudt dat je iets opgeeft. Jullie weten allemaal wat ‘opgeven’ betekent, correct? Kort gezegd, afwijzen betekent Gods ultieme reactie en houding ten opzichte van die mensen die zich op een dergelijke manier gedragen. Het is extreme haat jegens hen, walging, en dus de beslissing om hen te verlaten. Dit is de uiteindelijke beslissing van God ten opzichte van iemand die nog nooit Gods wegen heeft bewandeld, die nooit God heeft gevreesd en het kwaad heeft gemeden.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Hoe Gods gezindheid te kennen en de resultaten die Zijn werk zal verwezenlijken
424. Jobs ontzag voor en gehoorzaamheid aan God is een voorbeeld voor de mensheid, en zijn rechtschapenheid en onberispelijkheid waren het hoogtepunt van de menselijkheid die de mens zou moeten bezitten. Al zag hij God niet, hij realiseerde zich dat God waarlijk bestond, omwille van dit besef had hij ontzag voor God en omdat hij ontzag had voor God was hij in staat God te gehoorzamen. Hij liet God de vrije keus om terug te nemen wat hij had, maar zonder klagen, en viel plat op de grond voor God en zei tegen Hem, dat zelfs als God op dit moment zijn leven nam, hij dat met vreugde zou toelaten, zonder klagen. Heel zijn gedrag werd ingegeven door zijn rechtschapen en onberispelijke menselijkheid. Dat wil zeggen, als gevolg van zijn onschuld, eerlijkheid en vriendelijkheid was Job onwrikbaar in zijn besef en ervaring van Gods bestaan, en op dit fundament stelde hij zichzelf eisen en standaardiseerde zijn denken, gedrag, en de grondbeginselen van zijn handelen voor God, in overeenstemming met Gods leiding over hem of de daden van God die hij te midden van alle dingen had gezien. Na verloop van tijd brachten zijn ervaringen een daadwerkelijk ontzag voor God teweeg en zorgden ervoor dat hij het kwaad meed. Dit was de bron van integriteit waar Job sterk aan vast hield. Job bezat een eerlijke, onschuldige en vriendelijke menselijkheid, en hij had een daadwerkelijke ervaring van ontzag voor God, gehoorzaamheid aan God, en het mijden van het kwaad. Hij bezat ook de wetenschap dat “Jehova heeft gegeven en Jehova heeft genomen.” Alleen maar vanwege deze dingen was hij in staat standvastig getuige te zijn te midden van deze kwaadaardige aanvallen van Satan, en alleen vanwege deze dingen was hij in staat God niet teleur te stellen en God een bevredigend antwoord te geven toen Gods beproevingen op hem neerdaalden.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Gods werk, Gods gezindheid en God Zelf II
425. Job had Gods aangezicht niet gezien noch de woorden gehoord door God gesproken, laat staan dat hij het werk van God persoonlijk had ervaren. Maar zijn vrees voor God en zijn getuigenis tijdens zijn beproevingen worden door allen gezien, door God bemind, toegejuicht en geprezen; en mensen benijden en bewonderen hem en zingen hem lof toe. Er was niets groots of bijzonders aan zijn leven: Net als elke gewone persoon, leefde hij een onopvallend leven, ging bij zonsopgang aan het werk en keerde terug naar huis om te rusten bij zonsondergang. Het verschil is dat hij tijdens deze verschillende onopvallende decennia inzicht in de weg van God verwierf en zich de grote macht en soevereiniteit van God realiseerde en begreep, zoals niemand anders dat ooit had gedaan. Hij was niet slimmer dan een gewone mens, zijn leven was niet bijzonder standvastig, noch had hij bovendien onzichtbare speciale vaardigheden. Wat hij echter wel bezat, was een persoonlijkheid die eerlijk, goedhartig en oprecht was, een persoonlijkheid die eerlijkheid en rechtvaardigheid liefhad en die van positieve dingen hield – hetgeen de meeste gewone mensen niet bezaten. Hij maakte onderscheid tussen liefde en haat, had een gevoel van rechtvaardigheid, was onverzettelijk en volhardend en besteedde in zijn gedachten zorgvuldig aandacht aan details. Zo zag hij, tijdens zijn onopvallende tijd op aarde, alle buitengewone dingen die God had gedaan en zag hij de grootheid, heiligheid en rechtvaardigheid van God, zag hij Gods zorg, barmhartigheid en bescherming voor de mens en zag hij de eerbaarheid en het gezag van de allerhoogste God. De belangrijkste reden waarom Job in staat was om deze dingen te bereiken die verder gingen dan bij anderen, was omdat hij een zuiver hart had en zijn hart aan God toebehoorde en geleid werd door de Schepper. De tweede reden was zijn streven: zijn streven om onberispelijk en volmaakt te zijn, iemand die voldoet aan de wil van de Hemel, iemand die door God werd bemind en het kwade meed. Job bezat en streefde naar deze dingen, terwijl hij niet in staat was om God te zien of de woorden van God te horen; hoewel hij God nog nooit gezien had, had hij de middelen leren kennen waarmee God over alle dingen regeert en begreep hij de wijsheid waarmee God dat doet. Hoewel hij nooit God had horen spreken, wist Job dat de daden als het belonen van de mens en het van de mens wegnemen, allemaal van God afkomstig zijn. Hoewel de jaren van zijn leven niet anders waren dan die van een gewoon iemand, stond hij niet toe dat de onopmerkelijkheid van zijn leven invloed had op zijn kennis van Gods soevereiniteit over alle dingen, of invloed had op het volgen van zijn weg van godvrezendheid en het mijden van kwaad. In zijn ogen waren de wetten van alles vol met Gods daden en kon Gods soevereiniteit in elk deel van iemands leven worden gezien. Hij had God niet gezien, maar hij was in staat om te beseffen dat Gods daden overal zijn. Tijdens zijn onopmerkelijke tijd op aarde, in elk onderdeel van zijn leven, zag en realiseerde hij zich de bijzondere en wonderlijke daden van God en kon hij de wonderlijke regelingen van God zien. De verborgenheid en stilte van God belemmerden Jobs besef van Gods daden niet, noch beïnvloedde ze zijn kennis van Gods soevereiniteit over alles. Zijn leven was de verwezenlijking van de soevereiniteit en regelingen van God, die verborgen is in alles in zijn dagelijks leven. In zijn dagelijks leven heeft hij ook de stem van Gods hart gehoord en begrepen en de woorden van God, die in alles stil is maar toch de stem van Zijn hart en Zijn woorden uitdrukt door de wetten van alles te beheersen. Je ziet dan, dat als mensen dezelfde menselijkheid en hetzelfde streven hebben als Job, zij hetzelfde besef en dezelfde kennis kunnen krijgen als Job en hetzelfde inzicht en dezelfde kennis van Gods soevereiniteit over alle dingen. God was niet aan Job verschenen of had met hem gesproken, maar Job was in staat om onberispelijk en oprecht te zijn en God te vrezen en het kwade te mijden. Met andere woorden, zonder aan de mens verschenen te zijn of met de mens gesproken te hebben, zijn Gods daden in alles en Zijn soevereiniteit over alles, voldoende voor een mens om zich bewust te worden van Gods bestaan, macht en gezag. Gods macht en gezag zijn voldoende om deze man de weg van godvrezendheid te laten volgen en het kwaad te mijden.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Gods werk, Gods gezindheid en God Zelf II
426. ‘God vrezen en het kwaad mijden’ en God kennen zijn op talloze manieren onlosmakelijk met elkaar verbonden, en het verband tussen de twee spreekt voor zich. Als je het kwaad wilt mijden, moet je eerst ware vrees voor God hebben. Als je ware vrees voor God wilt hebben, moet je eerst ware kennis van God hebben. Als je ware kennis van God wilt hebben, moet je eerst Gods woorden ervaren, de realiteit van Gods woorden binnengaan, en Gods kastijding en discipline, Zijn tuchtiging en oordeel ervaren. Als je Gods woorden wilt ervaren, moet je eerst met Gods woorden geconfronteerd worden, oog in oog met God komen te staan, en God vragen je in de gelegenheid te stellen om Zijn woorden te ervaren in allerlei situaties, mensen, gebeurtenissen en voorwerpen. Als je oog in oog met God wilt komen te staan en met Zijn woorden geconfronteerd wilt worden, moet je eerst een eenvoudig en eerlijk hart hebben, klaar zijn om de waarheid te aanvaarden, bereid zijn om lijden te verdragen, beschikken over de vastberadenheid en de moed om het kwaad te mijden, en ernaar verlangen een waar schepsel te worden … Op die manier ga je stap voor stap vooruit en zul je steeds dichter bij God komen. Je hart zal steeds zuiverder worden, en je leven en de waarde van het feit dat je leeft, zullen net als je kennis van God steeds meer betekenis krijgen en steeds helderder stralen. Totdat je op een dag voelt dat de Schepper niet langer een raadsel is, dat de Schepper nooit voor jou verborgen is geweest, dat de Schepper Zijn gelaat nooit voor jou verborgen heeft, dat de Schepper helemaal niet ver van je verwijderd is, dat de Schepper niet langer de Ene is waarnaar je in je gedachten voortdurend verlangt maar die je niet met je gevoelens kunt bereiken, en dat Hij waarlijk over je linker- en je rechterzijde waakt, in je levensbehoeften voorziet en je lot bepaalt. Hij is niet de verre horizon en evenmin heeft Hij zich hoog in de wolken verscholen. Hij staat vlak naast je en heeft de leiding over alles. Hij is alles wat je hebt en Hij is het enige wat je hebt. Die God maakt mogelijk dat jij Hem vanuit je hart liefhebt, je aan Hem vastklampt, Hem dicht bij je houdt, Hem bewondert, bang bent Hem te verliezen, en dat je Hem niet langer wilt verloochenen, Hem niet langer ongehoorzaam wilt zijn en Hem niet langer uit de weg wilt gaan of op afstand wilt houden. Het enige wat je wilt, is je om Hem bekommeren, Hem gehoorzamen, Alles wat je wil, is voor Hem zorgen, Hem gehoorzamen, alles wat Hij je geeft, terugbetalen en je onderwerpen aan Zijn heerschappij. Je verzet je er niet langer tegen dat Hij je leidt, in je behoeften voorziet, over je waakt en je behoedt. Niet langer weiger je Zijn soevereiniteit en beschikkingen te gehoorzamen. Het enige wat je wilt, is Hem volgen, naast hem lopen aan Zijn linker- of rechterhand, alles wat je wilt is Hem aanvaarden als je enige leven. Hem aanvaarden als je enige Heer, je enige God.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Voorwoord
427. Wanneer mensen Gods werk ervaren is hun eerste kennis van Hem dat Hij niet te bevatten is, wijs en wonderbaarlijk, en dat zij onbewust ontzag voor Hem hebben en het mysterie voelen van het werk dan Hij doet, wat verder reikt dan het menselijke verstand. Mensen willen gewoon in staat zijn om aan Zijn eisen te voldoen, om Zijn verlangens te vervullen; ze willen Hem niet overtreffen, omdat het werk dat Hij doet verder gaat dan een mens kan bedenken of zich kan inbeelden en dat het niet in Zijn plaats door een mens kan worden gedaan. Zelfs de mens zelf kent zijn eigen tekortkomingen niet, terwijl Hij een nieuw pad heeft geopend en is gekomen om de mens in een nieuwere en mooiere wereld te brengen, zodat de mensheid nieuwe vooruitgang zal boeken en een nieuwe start zou krijgen. Wat mensen voor God voelen is niet bewondering, of liever, niet bewondering alleen. Hun diepste ervaring is ontzag en liefde. Hun gevoel is dat God inderdaad wonderbaarlijk is. Hij doet werk dat de mens niet kan doen, Hij zegt dingen die de mens niet kan zeggen. Mensen die Zijn werk hebben ervaren, ervaren altijd een onbeschrijfelijk gevoel. Mensen met diepere ervaringen, hebben God met name lief. Ze voelen Zijn schoonheid voortdurend en voelen dat Zijn werk zo wijs en wonderbaarlijk is en dit wekt onder hen weer kracht op. Het is niet angst of incidentele liefde en respect, maar een diep gevoel van Gods barmhartigheid en tolerantie jegens de mens. Maar de mensen die Zijn tuchtiging en oordeel hebben ervaren voelen dat Hij majesteitelijk en onbeledigbaar is. Zelfs mensen die veel van Zijn werk hebben ervaren zijn niet in staat om Hem te bevatten; alle mensen die Hem werkelijk vereren, weten dat Zijn werk niet in overeenstemming is met de opvattingen van de mens, maar dat het altijd tegen hun opvattingen ingaat. Hij heeft niet nodig dat mensen volledige bewondering hebben of de indruk wekken dat zij zich aan Hem onderwerpen, maar liever heeft Hij oprechte eerbied en werkelijke onderwerping. In zo veel van Zijn werk, voelt iedereen met echte ervaring eerbied voor Hem, die hoger is dan bewondering. Mensen hebben Zijn gezindheid gezien, als gevolg van Zijn werk van tuchtiging en oordeel, en vereren Hem daarom in hun hart. God dient vereerd en gehoorzaamd te worden, omdat Zijn wezen en Zijn gezindheid niet hetzelfde zijn als die van een schepsel, en zij verder gaan dan die van een schepsel. God is op Zichzelf staand, blijft altijd bestaan, Hij is een niet-geschapen wezen en Hij alleen is alle eerbied en onderwerping waardig; de mens is hier niet voor gekwalificeerd. Dus alle mensen die Zijn werk hebben ervaren en Hem echt kennen voelen oprechte eerbied voor Hem. Zij die hun opvattingen over Hem echter niet loslaten, namelijk zij die Hem simpelweg niet als God beschouwen, hebben geen enkele eerbied voor Hem. Ook al volgen ze Hem, ze zijn niet overwonnen; het zijn ongehoorzame mensen van aard. Hij doet dit werk om het resultaat te bereiken dat alle schepselen de Schepper kunnen vereren, Hem aanbidden en zich onvoorwaardelijk aan Zijn heerschappij onderwerpen. Dit is het uiteindelijke resultaat dat al Zijn werk beoogt te bereiken. Als mensen die zulk werk hebben ervaren God niet vereren, al is het maar een beetje, als hun ongehoorzaamheid uit het verleden helemaal niet verandert, dan zullen deze personen zeker weten worden geëlimineerd. Als de houding van een persoon ten opzichte van God enkel is dat hij Hem bewondert of respect toont vanaf een afstand en niet ook maar het kleinste beetje liefheeft, is dit hoever een persoon zonder een hart met liefde voor God kan komen en die persoon mist de gesteldheid om vervolmaakt te worden. Als zoveel werk niet in staat is iemands oprechte liefde te winnen, betekent dit dat de persoon God niet heeft verkregen en dat hij niet oprecht de waarheid najaagt. Een persoon die God niet liefheeft, heeft de waarheid niet lief en kan God dus niet verkrijgen, laat staan Gods goedkeuring. Dergelijke mensen zijn, los van hoe zij het werk van de Heilige Geest ervaren en los van hoe zij oordeel ervaren, nog steeds niet in staat om God te vereren. Dit zijn mensen met een onveranderlijke natuur, die een extreem slechte gezindheid hebben. Allen die God niet vereren, moeten worden geëlimineerd, om te worden gestraft, op dezelfde manier als zij die kwaad doen. Ze zullen nog meer lijden dan zij die onrechtvaardige dingen hebben gedaan.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Gods werk en het werk van de mens