11.2 Over Gods rechtvaardige gezindheid
554. In Zijn laatste werk om het tijdperk af te sluiten, omvat Gods gezindheid tuchtiging en oordeel, waarmee Hij alles onthult wat onrechtvaardig is om publiekelijk te oordelen over alle volken, en te vervolmaken wie Hem oprecht liefhebben. Alleen een dergelijke gezindheid kan het tijdperk ten einde brengen. De laatste dagen zijn al aangebroken. Alle dingen in de schepping zullen worden geclassificeerd naar soort en ingedeeld in verschillende categorieën op basis van hun aard. Dit is het moment waarop God de uitkomst van de mensheid en haar bestemming onthult. Als mensen geen tuchtiging en oordeel ondergaan, kan hun ongehoorzaamheid en ongerechtigheid niet aan het licht gebracht worden. Alleen door tuchtiging en oordeel kan de uitkomst van de hele schepping geopenbaard worden. De mens toont zijn ware aard pas wanneer hij wordt getuchtigd en geoordeeld. Het kwaad zal bij het kwaad worden geplaatst, het goede bij het goede, en de gehele mensheid zal naar soort worden ingedeeld. Door tuchtiging en oordeel zal de uitkomst van de hele schepping worden geopenbaard, opdat de kwaden gestraft kunnen worden en de goeden beloond en alle mensen onderworpen worden aan de heerschappij van God. Al dit werk moet bereikt worden door rechtvaardige tuchtiging en oordeel. Omdat de verdorvenheid van de mens een hoogtepunt heeft bereikt en zijn ongehoorzaamheid buitengewoon buitensporig is geworden, kan alleen Gods rechtvaardige gezindheid, die hoofdzakelijk bestaat uit tuchtiging en oordeel en die in de laatste dagen wordt geopenbaard, de mens volledig transformeren en compleet maken. Alleen deze gezindheid kan het kwaad blootleggen en zo alle onrechtvaardigen zwaar straffen. Daarom is een gezindheid als deze doordrenkt met het belang van het tijdperk, en de openbaring en tentoonspreiding van Zijn gezindheid worden gemanifesteerd omwille van het werk van elk nieuw tijdperk. Het is niet zo dat God Zijn gezindheid willekeurig en zonder betekenis onthult. Stel je voor dat God, door de uitkomst van de mens tijdens de laatste dagen te onthullen, hem nog steeds oneindig veel barmhartigheid en liefde zou schenken en liefdevol jegens hem zou blijven, stel je voor dat Hij de mens niet aan een rechtvaardig oordeel zou onderwerpen maar hem juist tolerantie, geduld en vergeving zou tonen, en dat Hij de mens zou vergeven, ongeacht de ernst van zijn zonden, zonder een greintje rechtvaardig oordeel: wanneer zou Gods hele management dan ooit ten einde worden gebracht? Wanneer zou een dergelijke gezindheid de mensheid naar haar juiste bestemming kunnen leiden? Neem bijvoorbeeld een rechter die altijd liefdevol is, een rechter met een vriendelijk gezicht en een zachtmoedig hart. Hij houdt van mensen, ongeacht de misdaden die ze misschien begaan hebben, en hij benadert ze liefdevol en toegeeflijk, wie ze ook zijn. Wanneer kan hij dan ooit een rechtvaardig vonnis bereiken? In de laatste dagen kan alleen een rechtvaardig oordeel de mens indelen naar soort, en de mens een nieuw rijk binnenleiden. Op deze manier wordt het hele tijdperk ten einde gebracht door Gods rechtvaardige gezindheid van oordeel en tuchtiging.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, De visie van Gods werk (3)
555. Mijn naam zal zich van huis tot huis verspreiden, in alle naties en in alle richtingen, en zal geroepen worden door de monden van zowel volwassenen als kinderen in de hele universum-wereld; dit is een absolute waarheid. Ik ben de unieke God Zelf en ben bovendien de enige persoon van God. Meer nog: ik, de volledigheid van het vlees, ben de volledige manifestatie van God. Eenieder die het waagt mij niet te vereren, eenieder die in zijn ogen verzet durft te tonen, en eenieder die woorden van opstandigheid tegen mij durft te spreken, zal beslist sterven door mijn vervloekingen en toorn (er zal vervloeking zijn wegens mijn toorn). Verder zal eenieder die het waagt mij niet trouw te zijn of niet als een zoon of dochter van mij te zijn, en eenieder die een poging waagt mij te misleiden, beslist sterven aan mijn haat. Mijn rechtvaardigheid, majesteit en oordeel zullen voor altijd en altijd blijven bestaan. In het begin was ik liefhebbend en genadig, maar dit is niet de gezindheid van mijn volledige goddelijkheid; alleen rechtvaardigheid, majesteit en oordeel omvatten de gezindheid van mij, de volledige God Zelf. Tijdens het Tijdperk van Genade was ik liefhebbend en genadig. Vanwege het werk dat ik moest voltooien, bezat ik goedertierenheid en genade, maar daarna waren zulke dingen niet meer nodig (en ze zijn sindsdien nooit meer nodig geweest). Het is allemaal rechtvaardigheid, majesteit en oordeel, en dit is de volledige gezindheid van mijn normale menselijkheid, gekoppeld aan mijn volledige goddelijkheid.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Uitspraken van Christus aan het begin, hfst. 79
556. Om Gods rechtvaardige gezindheid te begrijpen, moet men eerst Gods gevoelens begrijpen: wat Hij haat, wat Hij verafschuwt, wat Hij liefheeft, jegens wie Hij tolerant en genadig is en aan welk type persoon Hij die genade verleent. Dit is een belangrijk punt om te weten. Verder moet men begrijpen dat ongeacht hoe liefdevol God is, ongeacht hoeveel genade en liefde Hij heeft voor mensen, God niet tolereert dat iemand Zijn status en positie beledigt, noch tolereert Hij dat iemand Zijn waardigheid beledigt. Hoewel God van mensen houdt, zal Hij hen niet verwennen. Hij geeft de mensen Zijn liefde, Zijn genade en Zijn verdraagzaamheid, maar Hij heeft Zich nooit aan hen aangepast; Hij heeft Zijn principes en Zijn grenzen. Ongeacht in welke mate je Gods liefde in je hebt gevoeld, ongeacht hoe diep die liefde is, je moet God nooit behandelen zoals je een andere persoon zou behandelen. Hoewel het waar is dat God mensen behandelt als dicht bij Hem staand, als iemand God als een andere persoon beschouwt, alsof Hij gewoon een schepsel is, zoals een vriend of een voorwerp van aanbidding, dan zal God Zijn aangezicht voor hen verbergen en hen in de steek laten. Dit is Zijn gezindheid, en de mensen mogen dit punt niet lichtzinnig opvatten. Daarom wordt er vaak in Gods woord over Gods gezindheid gezegd: het maakt niet uit hoeveel wegen je hebt gereisd, hoeveel werk je hebt gedaan of hoeveel je hebt verdragen, zodra je Gods gezindheid beledigt, zal Hij eenieder van jullie behandelen zoals jullie Hem hebben behandeld. Dit betekent dat God mensen ziet als dicht bij Hem, maar de mensen moeten God niet als een vriend of een familielid behandelen. Beschouw God niet als je maatje. Het maakt niet uit hoeveel liefde je van Hem hebt ontvangen, ongeacht hoeveel Hij van je heeft getolereerd, je moet God nooit als een vriend behandelen. Dit is Gods rechtvaardige gezindheid.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke VII
557. Gods intolerantie voor belediging is Zijn exclusieve wezen; Gods toorn is Zijn exclusieve gezindheid; Gods majesteit is Zijn exclusieve wezen. Het principe achter Gods woede toont de identiteit en status aan die alleen Hij bezit. Je hoeft niet te vermelden dat het ook een symbool is van het wezen van de unieke God Zelf. Gods gezindheid is Zijn eigen inherente wezen. Deze verandert helemaal niet met het verstrijken van de tijd, en verandert ook niet telkens wanneer de locatie verandert. Zijn inherente gezindheid is Zijn intrinsieke wezen. Ongeacht aan wie Hij werkt, Zijn wezen verandert niet en Zijn rechtvaardige gezindheid evenmin. Wanneer iemand God kwaad maakt, is hetgeen Hij zendt Zijn inherente gezindheid; op zo’n moment verandert het principe achter Zijn woede niet, noch Zijn unieke identiteit en status. Hij wordt niet boos vanwege een verandering in Zijn wezen of omdat Zijn gezindheid verschillende elementen heeft voortgebracht, maar omdat de tegenstand van de mens tegen Hem Zijn gezindheid beledigt. Het onbeschaamde tarten van de mens tegenover God vormt een ernstige uitdaging van Gods identiteit en status. God is van mening dat de mens Hem betwist en Zijn toorn test, wanneer de mens Hem uitdaagt. Wanneer de mens zich tegen God verzet, wanneer de mens God betwist, wanneer de mens voortdurend de woede van God test – en dat is ook wanneer de zonde ongebreideld wordt – dan zal Gods toorn natuurlijk worden onthuld en zich presenteren. Daarom symboliseert Gods uitdrukking van Zijn toorn dat alle kwade machten zullen ophouden te bestaan; het symboliseert dat alle vijandige krachten zullen worden vernietigd. Dit is het unieke karakter van Gods rechtvaardige gezindheid en het is het unieke van Gods toorn. Wanneer Gods waardigheid en heiligheid in het geding zijn, wanneer rechtvaardige krachten worden belemmerd en niet worden gezien door de mens, dan zal God Zijn toorn zenden. Vanwege het wezen van God zijn alle krachten op aarde die God betwisten, en zich tegen Hem verzetten en met Hem strijden, slecht, verdorven en onrechtvaardig; ze komen van Satan en behoren hem toe. Omdat God rechtvaardig, behorend tot het licht en onberispelijk heilig is, zullen alle boze, verdorven en aan Satan toebehorende dingen verdwijnen na de vrijlating van Gods toorn.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
558. Wanneer God Zijn woede zendt, wordt kwade krachten een halt toegeroepen, worden kwade dingen vernietigd, terwijl rechtvaardige en positieve dingen Gods zorg en bescherming genieten en mogen doorgaan. God zendt Zijn toorn omdat onrechtvaardige, negatieve en slechte dingen de normale activiteit en ontwikkeling van rechtvaardige en positieve dingen belemmeren, verstoren of vernietigen. Het doel van Gods woede is niet om Zijn eigen status en identiteit te beschermen, maar om het bestaan van rechtvaardige, positieve, mooie en goede dingen te beschermen, om de wetten en de orde van het normale voortbestaan van de mensheid te beschermen. Dit is de hoofdoorzaak van Gods toorn. Gods woede is een zeer juiste, natuurlijke en ware openbaring van Zijn gezindheid. Er zit geen bedoeling achter Zijn woede, noch is er sprake van bedrog of samenzwering; Bovendien bevat Zijn woede niets van de verlangens, sluwheid, boosaardigheid, geweld, kwaad of wat ook dat de gehele verdorven mensheid kenmerkt. Voordat God Zijn woede zendt, heeft Hij de kern van elke zaak al heel duidelijk en volledig waargenomen en heeft Hij al nauwkeurige, duidelijke definities en conclusies geformuleerd. Gods doelstelling in alles wat Hij doet is dus glashelder, evenals Zijn houding. Hij is niet warrig; Hij is niet blind; Hij is niet impulsief; Hij is niet onvoorzichtig; meer nog, Hij is niet beginselloos. Dit is het praktische aspect van Gods toorn, en vanwege dit praktische aspect van Gods toorn heeft de mensheid haar normale bestaan bereikt. Zonder Gods toorn zou de mensheid afglijden tot abnormale levensomstandigheden; alle dingen die juist, mooi en goed zijn zouden worden vernietigd en ophouden te bestaan. Zonder Gods toorn zouden de wetten en de orde waar de schepping aan onderhevig is, worden verbroken of zelfs volledig worden ondermijnd. Sinds de schepping van de mens heeft God voortdurend Zijn rechtvaardige gezindheid gebruikt om het normale bestaan van de mensheid te beschermen en te ondersteunen. Omdat Zijn rechtvaardige gezindheid toorn en majesteit bevat, worden alle slechte mensen, dingen, voorwerpen en alle dingen die het normale bestaan van de mensheid verstoren en beschadigen, gestraft, beheerst en vernietigd vanwege Zijn toorn. In de afgelopen paar millennia heeft God onophoudelijk Zijn rechtvaardige gezindheid gebruikt om alle soorten onreine en boze geesten die tegen God zijn en die als medeplichtigen en lakeien van Satan optreden in Gods werk om de mensheid te beheren, neer te slaan en te vernietigen. Op deze manier heeft Gods werk voor de redding van de mens altijd vooruitgang geboekt volgens Zijn plan. Dit wil zeggen dat vanwege het bestaan van Gods toorn, de meest rechtvaardige zaak onder de mensen nooit is vernietigd.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
559. Gods omgang met de hele dwaze en onwetende mensheid is voornamelijk gebaseerd op genade en tolerantie. Zijn toorn daarentegen is verborgen in de overgrote meerderheid van tijd en dingen; deze is onbekend voor de mens. Dientengevolge is het moeilijk voor de mens om Gods toorn te zien, en het is ook moeilijk om Zijn toorn te begrijpen. Als zodanig neemt de mens Gods toorn te licht op. Wanneer de mensen oog in oog staan met Gods laatste werk en laatste stap, het tolereren en vergeven van de mens – dat wil zeggen, wanneer Gods laatste voorbeeld van genade en Zijn laatste waarschuwing hen bereiken – wanneer ze dan nog steeds dezelfde methoden gebruiken om God te weerstaan en geen enkele moeite doen om tot inkeer te komen, een andere weg in te slaan of Zijn genade te aanvaarden, dan zal God niet langer tolerant en geduldig tegenover hen zijn. Integendeel, op dat moment zal God Zijn genade intrekken. Hierna zal Hij alleen Zijn toorn uitzenden. Hij kan Zijn toorn op verschillende manieren uiten, net zoals Hij verschillende methoden kan gebruiken om mensen te straffen en te vernietigen.
Gods gebruik van vuur om de stad Sodom te vernietigen is Zijn snelste methode om een mensheid of iets volkomen te vernietigen. Het verbranden van de bevolking van Sodom vernietigde meer dan hun fysieke lichamen; het vernietigde ook volledig hun geesten, hun zielen en hun lichamen, en verzekerde daarmee dat de mensen in deze stad ophielden te bestaan in zowel de materiële wereld als de wereld die onzichtbaar is voor de mens. Dit is een manier waarop God Zijn toorn openbaart en uitdrukt. Deze manier van openbaren en uitdrukken is een aspect van het wezen van Gods toorn, net zoals het natuurlijk ook een openbaring is van het wezen van Gods rechtvaardige gezindheid. Wanneer God Zijn toorn uitzendt, stopt Hij met het openbaar maken van enige vorm van genade of goedertierenheid, noch vertoont Hij meer van Zijn tolerantie of geduld; er is geen persoon, ding of reden die Hem kan overhalen om geduldig te blijven, om Zijn genade opnieuw te schenken, om opnieuw Zijn tolerantie te doen gelden. In plaats van deze dingen, zal God zonder enige aarzeling Zijn toorn en majesteit zenden, doen wat Hij wenst, en Hij zal deze dingen op een snelle en pure manier doen in overeenstemming met Zijn eigen wensen. Dit is de manier waarop God Zijn toorn en majesteit zendt, welke de mens niet mag beledigen, en het is ook een uitdrukking van één aspect van Zijn rechtvaardige gezindheid. Wanneer mensen getuige zijn van het feit dat God zorg en liefde betoont jegens de mens, zijn zij niet in staat Zijn wraak te ontdekken, Zijn majesteit te zien of Zijn intolerantie voor belediging te voelen. Deze dingen hebben mensen er altijd toe gebracht te geloven dat Gods rechtvaardige gezindheid alleen bestaat uit genade, verdraagzaamheid en liefde. Wanneer iemand echter ziet dat God een stad verwoest of een mensheid verafschuwt, dan geven Zijn toorn in de vernietiging van de mens en Zijn majesteit mensen de kans om een glimp op te vangen van de andere kant van Zijn rechtvaardige gezindheid. Dit is Gods onverdraagzaamheid tegenover belediging. Gods gezindheid die geen belediging tolereert, overtreft de verbeeldingskracht van enig geschapen wezen, en onder de niet-geschapen wezens is geen enkel wezen in staat om zich ermee te bemoeien of deze te beïnvloeden; sterker nog, deze kan niet worden voorgewend of geïmiteerd. Daarom is dit aspect van Gods gezindheid het aspect dat de mensheid het beste zou moeten kennen. Alleen God Zelf heeft een dergelijke gezindheid en alleen God Zelf bezit dit soort gezindheid. God bezit dit soort rechtvaardige gezindheid omdat Hij boosaardigheid, duisternis, opstandigheid en Satans slechte daden – die de mens verderven en verslinden – veracht, omdat Hij alle daden van zonde die tegen Hem gericht zijn verafschuwt en omwille van Zijn heilige en onbezoedelde wezen. Het is hierom dat Hij geen van de geschapen of niet-geschapen wezens zal toestaan om openlijk tegen Hem in te gaan of Hem te betwisten. Zelfs iemand die Hij eenmaal genade geschonken heeft, of geselecteerd heeft, hoeft slechts Zijn gezindheid te provoceren en Zijn principe van geduld en verdraagzaamheid te overtreden, en Hij zal Zijn rechtvaardige gezindheid vrijlaten en onthullen zonder de minste vorm van genade of aarzeling – een gezindheid die geen belediging tolereert.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
560. Hoewel de uitstorting van Gods toorn één aspect is van de uitdrukking van Zijn rechtvaardige gezindheid, is Gods toorn absoluut niet willekeurig wat betreft het doelwit ervan, of zonder principe. Integendeel, God is helemaal niet snel boos, en Hij onthult ook niet roekeloos Zijn toorn en Zijn majesteit. Bovendien is Gods toorn aanzienlijk beheerst en gematigd; deze is helemaal niet te vergelijken met hoe de mens in woede uitbarst of zijn woede uit. Veel gesprekken tussen de mens en God zijn in de Bijbel vastgelegd. De woorden van sommige van deze personen waren oppervlakkig, onwetend en infantiel, maar God sloeg hen niet neer, noch veroordeelde Hij hen. Om in het bijzonder te kijken naar de beproeving van Job: hoe behandelde Jehova God de drie vrienden van Job en de anderen nadat Hij de woorden hoorde die ze tegen Job spraken? Heeft Hij hen veroordeeld? Werd Hij woedend op hen? Niets van dat alles! In plaats daarvan zei Hij tegen Job dat hij voor hen moest bidden en smeken; God daarentegen rekende ze hun fouten niet aan. Deze voorbeelden vertegenwoordigen allemaal de primaire houding waarmee God de verdorven, onwetende mensheid behandelt. Daarom is het vrijlaten van Gods toorn in geen geval een manier om lucht te geven aan Zijn gemoedstoestand. Gods toorn is geen volledige uitbarsting van woede zoals de mens die opvat. Het is niet zo, dat God Zijn toorn vrij laat omdat Hij niet in staat is om Zijn eigen gemoedstoestand te beheersen of omdat Zijn toorn het kookpunt heeft bereikt en moet worden geventileerd. Integendeel, Zijn toorn is een weergave van Zijn rechtvaardige gezindheid en een oprechte uitdrukking van Zijn rechtvaardige gezindheid; het is een symbolische openbaring van Zijn heilige wezen. God is toorn, Hij tolereert geen belediging – dit wil niet zeggen dat Gods toorn geen onderscheid maakt tussen oorzaken, of onprincipieel is. Het is de verdorven mensheid die een exclusief patent heeft op onbezonnen, willekeurige uitbarstingen van woede die geen onderscheid maken tussen oorzaken. Als een man eenmaal een bepaalde status heeft, zal hij het vaak moeilijk vinden om zijn gemoedstoestand te beheersen, en dus zal hij het leuk vinden om zijn ontevredenheid en emoties te uiten; hij zal vaak zonder reden ontsteken in woede, om blijk te geven van zijn mogelijkheden en anderen te laten weten dat zijn status en identiteit anders zijn dan die van gewone mensen. Natuurlijk zullen verdorven mensen zonder enige status ook regelmatig hun zelfbeheersing verliezen. Hun woede wordt vaak veroorzaakt door schade aan hun individuele voordelen. Om zijn eigen status en waardigheid te beschermen, zal de verdorven mensheid vaak zijn emoties uiten en zijn arrogante natuur onthullen. De mens zal in woede ontsteken en uiting geven aan zijn emoties om het bestaan van zonde te rechtvaardigen, en deze daden zijn de manieren waarop de mens zijn ontevredenheid uitdrukt; die zijn vol onzuiverheden, vol plannen en intriges, vol verdorvenheid en het kwaad van de mens; meer nog, ze zijn vol wilde ambities en verlangens van de mens. Wanneer het recht zich teweerstelt tegen de kwaadaardigheid, zal de mens niet in woede ontsteken om het bestaan van rechtvaardigheid te verdedigen; wanneer daarentegen de krachten van rechtvaardigheid worden bedreigd, vervolgd en aangevallen, is de houding van de mens er een van negeren, ontwijken of terugdeinzen. Echter, wanneer de mens tegenover de krachten van het kwaad staat, is de houding van de mens er een van toegeven, buigen en schaven. Daarom is het lucht geven aan de emoties van de mens een ontsnapping van kwade krachten, een uitdrukking van het ongebreidelde en onhoudbare slechte gedrag van de zinnelijke mens. Wanneer God Zijn toorn zendt, zullen echter alle kwade krachten worden tegengehouden; alle zonden van het beschadigen van de mens zullen worden tegengehouden; alle vijandige krachten die Gods werk belemmeren zullen duidelijk worden gemaakt, gescheiden en vervloekt; alle medeplichtigen van Satan die zich tegen God keren, zullen gestraft en uitgeroeid worden. In hun plaats zal Gods werk vrij van obstakels doorgaan; Gods managementplan zal zich stap voor stap volgens schema verder ontwikkelen; Gods uitverkoren volk zal vrij zijn van Satans verstoring en bedrog; zij die God volgen zullen Gods leiderschap en voorziening genieten in een rustige en vredige omgeving. Gods toorn is een waarborg die alle kwade krachten ervan weerhoudt zich te vermenigvuldigen en ongebreideld door te kunnen gaan, en het is ook een waarborg die het bestaan en de verspreiding van alle rechtvaardige en positieve dingen beschermt en hen eeuwig beschermt tegen onderdrukking en ondermijning.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
561. Wanneer je te maken hebt met elk van Gods daden, moet je eerst zeker zijn dat Gods rechtvaardige gezindheid vrij is van enige andere elementen, dat deze heilig en onberispelijk is; deze daden omvatten het neerhalen, straffen en vernietigen van de mensheid door God. Zonder uitzondering wordt elke daad van God uitgevoerd in strikte overeenstemming met Zijn inherente gezindheid en Zijn plan – dit omvat niet de kennis, traditie en filosofie van de mensheid – en elk van Gods daden is een uitdrukking van Zijn gezindheid en wezen, los van alles wat behoort tot de verdorven mensheid. In de opvattingen van de mens zijn alleen Gods liefde, barmhartigheid en verdraagzaamheid ten opzichte van de mensheid onberispelijk, onvervalst en heilig. Niemand weet echter dat Gods woede en Zijn toorn eveneens onvervalst zijn; bovendien heeft niemand over vragen nagedacht zoals waarom God geen belediging tolereert of waarom Zijn woede zo groot is. Integendeel, sommigen verwarren Gods toorn met het humeur van de verdorven mensheid; ze denken dat Gods woede de woede van de verdorven mensheid is; ze nemen zelfs ten onrechte aan dat Gods woede precies hetzelfde is als de natuurlijke openbaring van de verdorven gezindheid van de mensheid. Zij geloven ten onrechte dat het uiten van Gods toorn net zo is als de woede van de verdorven mensheid, die voortkomt uit ongenoegen; ze geloven zelfs dat het uiten van Gods toorn een uitdrukking is van Zijn gemoedstoestand. Na deze communicatie hoop ik dat geen van jullie nog misvattingen, verbeeldingen of veronderstellingen zal hebben als het gaat om Gods rechtvaardige gezindheid en ik hoop dat jullie na het horen van mijn woorden echt de toorn van Gods rechtvaardige gezindheid in jullie harten kunnen erkennen, dat jullie alle eerdere verkeerde opvattingen over Gods toorn opzij kunnen zetten en dat jullie je eigen misvattingen en verkeerde zienswijzen over het wezen van Gods toorn kunnen veranderen. Verder hoop ik dat jullie een nauwkeurige definitie van Gods gezindheid in jullie harten hebben, dat jullie niet langer twijfelen aan Gods rechtvaardige gezindheid, dat jullie geen menselijke redenering of verbeelding zullen opleggen aan Gods ware gezindheid. Gods rechtvaardige gezindheid is Gods eigen ware wezen. Het is niet iets wat is gevormd of geschreven door de mens. Zijn rechtvaardige gezindheid is Zijn rechtvaardige gezindheid en heeft geen relatie of verbinding met iets van de schepping. God Zelf is God Zelf. Hij zal nooit een deel van de schepping worden en zelfs als Hij lid wordt van de geschapen wezens, zullen Zijn inherente gezindheid en wezen niet veranderen. Daarom is het kennen van God niet het kennen van een voorwerp; het is niet iets ontleden, noch is het een persoon begrijpen. Als de mens zijn begrip of methode gebruikt om een voorwerp te kennen of een persoon te begrijpen om God te leren kennen, dan zul je nooit in staat zijn om kennis van God te verwerven. God kennen is niet afhankelijk van ervaring of verbeeldingskracht en daarom moet je nooit je ervaring of verbeeldingskracht aan God opleggen. Het maakt niet uit hoe rijk je ervaring en verbeeldingskracht zijn, ze zijn nog steeds beperkt; sterker nog, je verbeelding komt niet overeen met feiten en nog minder met de waarheid en is onverenigbaar met Gods ware gezindheid en wezen. Je zult er nooit in slagen om Gods wezen te begrijpen als je op je verbeeldingskracht vertrouwt. De enige weg is zo: alles wat van God komt aanvaarden, dan het geleidelijk ervaren en begrijpen. Er komt een dag dat God je zal verlichten zodat je Hem echt zult kennen en begrijpen, vanwege je samenwerking en vanwege je honger en dorst naar de waarheid.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
562. God is nooit besluiteloos of aarzelend in Zijn daden; de principes en doelen achter Zijn daden zijn allemaal helder en transparant, puur en foutloos, absoluut zonder dat listen of plannetjes daar deel van uitmaken. Met andere woorden, het wezen van God bevat geen duisternis of kwaad. God werd boos op de Ninevieten omdat hun slechte daden Hem onder ogen waren gekomen; op dat moment was Zijn woede afgeleid van Zijn wezen. Toen Gods toorn echter verdween en Hij opnieuw Zijn verdraagzaamheid aan het volk van Nineve schonk, was alles wat Hij openbaarde nog steeds Zijn eigen wezen. Deze hele verandering was het gevolg van een verandering in de houding van de mens tegenover God. Gedurende deze hele periode veranderde de niet te beledigen gezindheid van God niet; Gods tolerante wezen veranderde niet; Gods liefhebbende en genadige wezen veranderde niet. Wanneer mensen slechte daden begaan en God beledigen, zal Hij Zijn toorn over hen brengen. Wanneer mensen zich echt bekeren, zal Gods hart veranderen en zal Zijn woede bedaren. Wanneer mensen zich koppig blijven verzetten tegen God, zal Zijn woede onophoudelijk Zijn; Zijn toorn zal beetje bij beetje op hen drukken totdat ze worden vernietigd. Dit is het wezen van Gods gezindheid. Ongeacht of God toorn of genade en goedertierenheid uitdrukt, de handelwijze, het gedrag en de houding van de mens ten opzichte van God vanuit het diepst van zijn hart bepaalt wat wordt uitgedrukt door de openbaring van Gods gezindheid. Als God voortdurend één persoon onderwerpt aan Zijn toorn, staat het hart van deze persoon ongetwijfeld lijnrecht tegenover God. Omdat hij nooit echt berouw heeft gehad, zijn hoofd nooit echt gebogen heeft voor God en nooit een waar geloof in God heeft bezeten, heeft hij nooit Gods genade en verdraagzaamheid verkregen. Als iemand vaak Gods zorg ontvangt en vaak Zijn genade en verdraagzaamheid verkrijgt, dan heeft deze persoon ongetwijfeld een waarachtig geloof in God in zijn hart, en staat zijn hart niet tegenover God. Hij voelt vaak echt berouw tegenover God; daarom zal, zelfs als Gods discipline dikwijls op deze persoon neerdaalt, Zijn wraak niet op hem neerdalen.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
563. Ongeacht hoe boos God op de Ninevieten was geweest, zodra ze een periode van vasten afkondigden en in zak en as liepen, verzachtte Zijn hart zich geleidelijk en begon Hij Zijn hart te veranderen. Toen Hij hun verkondigde dat Hij hun stad zou vernietigen – het moment voorafgaand aan hun belijdenis en berouw van hun zonden – was God nog steeds boos op hen. Toen ze eenmaal een aantal berouwvolle handelingen hadden verricht, veranderde Gods woede voor het volk van Nineve geleidelijk in genade en verdraagzaamheid. Er is niets tegenstrijdigs aan de samenvallende openbaring van deze twee aspecten van Gods gezindheid in dezelfde gebeurtenis. Hoe moet iemand dit gebrek aan tegenstrijdigheid opvatten en kennen? God heeft deze twee volstrekt tegengestelde dingen achtereenvolgens tot uitdrukking gebracht en geopenbaard toen het volk van Nineve zich bekeerde, waardoor mensen de echtheid en de onaantastbaarheid van Gods wezen konden zien. God gebruikte Zijn houding om mensen het volgende te vertellen: het is niet zo dat God mensen niet tolereert, of dat Hij hun geen genade wil tonen; het is dat ze zelden echt berouw tonen jegens God, en het is zeldzaam dat mensen echt het slechte pad verlaten en het geweld uit hun handen laten varen. Met andere woorden, wanneer God boos is op de mens, hoopt Hij dat deze in staat zal zijn echt berouw te tonen en hoopt Hij het ware berouw van de mens te zien, in welk geval Hij dan royaal Zijn genade en verdraagzaamheid aan de mens blijft schenken. Dit wil zeggen dat het slechte gedrag van de mens Gods toorn veroorzaakt, terwijl Gods barmhartigheid en verdraagzaamheid worden geschonken aan hen die naar God luisteren en oprecht berouw tonen tegenover Hem, en aan hen die het slechte pad kunnen verlaten en het geweld uit hun handen kunnen laten varen. Gods houding werd heel duidelijk onthuld in de manier waarop Hij de Ninevieten behandelde: Gods genade en verdraagzaamheid zijn helemaal niet moeilijk te verkrijgen; Hij verlangt iemands oprechte berouw. Zolang mensen het slechte pad verlaten en het geweld uit hun handen laten varen, zal God Zijn hart veranderen en Zijn houding ten opzichte van hen.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
564. Waren Zijn genade en verdraagzaamheid onoprecht toen God Zijn hart veranderde voor het volk van Nineve? Natuurlijk niet! Wat laat de transformatie tussen deze twee aspecten van Gods gezindheid in dezelfde aangelegenheid je dan zien? Gods gezindheid is een volledig geheel; deze is totaal niet verdeeld. Ongeacht of Hij woede of genade en tolerantie tegenover mensen uitdrukt, zijn het allemaal uitingen van Zijn rechtvaardige gezindheid. Gods gezindheid is echt en levendig. Hij verandert Zijn gedachten en houdingen in overeenstemming met de ontwikkeling van de dingen. De transformatie van Zijn houding ten opzichte van de Ninevieten vertelt de mensheid dat Hij Zijn eigen gedachten en ideeën heeft; Hij is geen robot of geboetseerd beeld, maar de levende God Zelf. Hij zou boos kunnen zijn op de mensen van Nineve, net zoals Hij hun verleden kon vergeven naar aanleiding van hun houding; Hij zou kunnen beslissen om rampspoed over de Ninevieten te brengen, en Hij zou Zijn beslissing kunnen veranderen vanwege hun berouw. Mensen passen regels graag strikt toe en gebruiken zulke regels ook graag om God af te bakenen en te definiëren, net zoals ze er de voorkeur aan geven formules te gebruiken om Gods gezindheid te kennen. Volgens het rijk van het menselijk denken, denkt God daarom niet en heeft Hij ook geen inhoudelijke ideeën. In werkelijkheid transformeren Gods gedachten voortdurend naar aanleiding van veranderingen in dingen en in de omgeving; terwijl deze gedachten transformeren, zullen verschillende aspecten van Gods wezen worden onthuld. Op het moment dat God Zijn hart verandert tijdens dit transformatieproces, onthult Hij aan de mensheid de waarheid over het bestaan van Zijn leven, en onthult Hij dat Zijn rechtvaardige gezindheid echt en levendig is. Bovendien gebruikt God Zijn eigen ware openbaringen om de mensheid de waarheid van het bestaan van Zijn toorn, Zijn genade, Zijn goedertierenheid en Zijn tolerantie te bewijzen. Zijn wezen zal op enig moment en enige plaats worden onthuld in overeenstemming met de ontwikkeling van de dingen. Hij bezit de toorn van een leeuw en de genade en tolerantie van een moeder. Zijn rechtvaardige gezindheid mag door geen enkele persoon ter discussie gesteld, geschonden, veranderd of vervormd worden. Onder alle zaken en alle dingen kan Gods rechtvaardige gezindheid, dat wil zeggen Gods toorn en Gods genade, op enig moment en op enige plaats worden geopenbaard. Hij drukt deze aspecten levendig uit in alle hoeken en gaten van de natuur en voert ze levendig uit op elk moment. Gods rechtvaardige gezindheid wordt niet beperkt door tijd of ruimte, of met andere woorden, Gods rechtvaardige gezindheid wordt niet mechanisch uitgedrukt of geopenbaard naar gelang de grenzen van tijd of ruimte. In plaats daarvan wordt Gods rechtvaardige gezindheid vrijelijk uitgedrukt en geopenbaard op enig moment en enige plaats. Wanneer je ziet dat God Zijn hart verandert en Zijn woede niet meer uit en Zich onthoudt van het vernietigen van de stad Nineve, kun je dan zeggen dat God alleen genadig en liefdevol is? Kun je zeggen dat Gods toorn uit lege woorden bestaat? Wanneer God in brandende toorn ontsteekt en Zijn genade aan mensen onthoudt, kun je dan zeggen dat Hij geen ware liefde heeft voor de mensheid? God spreekt een felle toorn uit als reactie op slechte daden van mensen; Zijn toorn is feilloos. Gods hart wordt bewogen door het berouw van mensen, en het is dit berouw dat aldus Zijn hart verandert. Zijn bewogenheid, Zijn verandering van hart evenals Zijn genade en verdraagzaamheid jegens de mens zijn volkomen onberispelijk; ze zijn schoon, puur, smetteloos en onvervalst. Gods tolerantie is pure tolerantie; Zijn genade is pure genade. Zijn gezindheid zal toorn onthullen, evenals genade en verdraagzaamheid, in overeenstemming met het berouw van de mens en zijn verschillende gedrag. Wat Hij ook onthult en tot uitdrukking brengt, alles is zuiver; het is allemaal direct; het wezen ervan is verschillend van wat dan ook in de schepping. De principes van daden die God tot uitdrukking brengt, Zijn gedachten en ideeën of een bepaalde beslissing, evenals elke daad, zijn vrij van gebreken of onvolkomenheden. Zoals God besluit en zoals Hij handelt, zo voltooit Hij wat Hij onderneemt. Dit soort resultaten is nauwkeurig en foutloos omdat hun bron foutloos en smetteloos is. Gods toorn is onberispelijk. Op dezelfde manier zijn Gods genade en verdraagzaamheid, die geen enkel schepsel bezit, heilig en onberispelijk, en kunnen ze iedere vorm van ervaring en overleg doorstaan.
Zien jullie, nu jullie het verhaal van Nineve hebben begrepen, de andere kant van het wezen van Gods rechtvaardige gezindheid? Zien jullie de andere kant van Gods unieke rechtvaardige gezindheid? Heeft iemand onder de mensheid zo’n gezindheid? Heeft iemand zulke toorn als die van God? Bezit iemand genade en verdraagzaamheid als die van God? Wie in de schepping kan zoveel toorn oproepen en besluiten om de mensheid te vernietigen of rampspoed over haar af te roepen? En wie is gekwalificeerd om genade te schenken, de mens te tolereren en te vergeven en daardoor zijn beslissing om de mens te vernietigen te veranderen? De Schepper drukt Zijn rechtvaardige gezindheid uit door middel van Zijn eigen unieke methoden en principes; Hij is niet onderworpen aan de besturing of beperkingen van welke mensen, gebeurtenissen of dingen dan ook. Door Zijn unieke gezindheid is niemand in staat om Zijn gedachten en ideeën te veranderen, noch is wie dan ook in staat Hem te overtuigen en enige van Zijn beslissingen te veranderen. Het totale gedrag en de gedachten van de schepping vallen onder het oordeel van Zijn rechtvaardige gezindheid. Niemand kan bepalen of Hij toorn of genade uitoefent; alleen het wezen van de Schepper − of met andere woorden, de rechtvaardige gezindheid van de Schepper − kan dit beslissen. Dit is de unieke aard van de rechtvaardige gezindheid van de Schepper!
Wanneer we eenmaal de transformatie van Gods houding ten opzichte van de inwoners van Nineve hebben geanalyseerd en begrepen, zijn jullie dan in staat om het woord ‘uniek’ te gebruiken om de genade die je vindt in Gods rechtvaardige gezindheid te beschrijven? We hebben eerder gezegd dat Gods toorn één aspect is van het wezen van Zijn unieke rechtvaardige gezindheid. Nu zal ik twee aspecten definiëren, Gods toorn en Gods genade, als Zijn rechtvaardige gezindheid. Gods rechtvaardige gezindheid is heilig; deze is zowel niet te beledigen als onbetwistbaar; het is iets dat niemand bezit onder de geschapen of niet-geschapen wezens. Deze is zowel uniek als exclusief voor God. Dit wil zeggen dat Gods toorn heilig en niet te beledigen is. Op dezelfde manier is het andere aspect van Gods rechtvaardige gezindheid − Gods genade − heilig en niet te beledigen. Geen van de geschapen of niet-geschapen wezens kan God vervangen of vertegenwoordigen in Zijn daden, noch kan iemand Hem vervangen of vertegenwoordigen in de vernietiging van Sodom of de redding van Nineve. Dit is de ware uitdrukking van Gods unieke rechtvaardige gezindheid.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
565. Terwijl de stad Nineve vervuld was van mensen die net zo verdorven, kwaadaardig en gewelddadig waren als die van Sodom, zorgde hun berouw ervoor dat God Zijn hart veranderde en Hij besloot ze niet te vernietigen. Omdat hun reactie op Gods woorden en aanwijzingen een houding toonde die in schril contrast staat met die van de burgers van Sodom, en vanwege hun oprechte onderwerping aan God en oprechte berouw over hun zonden, evenals hun ware en oprechte gedrag in alle opzichten, toonde God nogmaals Zijn oprechte medelijden en verleende dit aan hen. Gods beloning en Zijn medelijden met de mensheid zijn onmogelijk voor wie dan ook om te evenaren; niemand kan Gods genade of verdraagzaamheid bezitten, noch Zijn oprechte gevoelens jegens de mensheid. Is er iemand die je een belangrijke man of vrouw, of zelfs een superman vindt, die van bovenaf, sprekend als een belangrijke man of vrouw vanaf een grote hoogte, zo’n soort verklaring zou afleggen aan de mensheid of de schepping? Welke mens is vertrouwd met de levensomstandigheden van de mensheid? Wie kan een last en verantwoordelijkheid dragen voor het bestaan van de mensheid? Wie is bevoegd om de vernietiging van een stad te verkondigen? En wie is bevoegd om een stad te vergeven? Wie kan zeggen dat hij zijn eigen creatie koestert? Alleen de Schepper! Alleen de Schepper heeft medelijden met deze mensheid. Alleen de Schepper toont deze mensheid tederheid en genegenheid. Alleen de Schepper heeft een echte, onverbreekbare genegenheid voor deze mensheid. Evenzo kan alleen de Schepper genade schenken aan deze mensheid en Zijn hele schepping koesteren. Zijn hart springt op en doet pijn bij elk van de daden van de mens: Hij is boos, bedroefd en verdrietig over het kwaad en de verdorvenheid van de mens; Hij is tevreden, vreugdevol, vergevingsgezind en juichend om het menselijke berouw en geloof; elk van Zijn gedachten en ideeën bestaat voor en draait om de mensheid; wat Hij is en heeft komt volledig tot uitdrukking voor de mensheid; al Zijn emoties zijn verweven met het bestaan van de mensheid. Omwille van de mensheid reist Hij rond en spoedt Hij Zich rond; Hij geeft stilletjes elk stukje van Zijn leven door; Hij wijdt elke minuut en seconde van Zijn leven aan de mensheid. … Hij heeft nooit geweten hoe Hij ontferming moest hebben over Zijn eigen leven, toch heeft Hij altijd ontferming gevoeld voor de door Hemzelf geschapen mensheid en deze gekoesterd. … Hij geeft alles wat Hij heeft aan deze mensheid. … Hij verleent Zijn genade en tolerantie onvoorwaardelijk en zonder een beloning te verwachten. Hij doet dit alleen zodat de mensheid kan blijven overleven voor Zijn ogen, en Zijn voorziening van het Leven ontvangt; Hij doet dit alleen zodat de mensheid zich ooit aan Hem zal kunnen onderwerpen en zal kunnen erkennen dat Hij degene is die het bestaan van de mens voedt en het leven van de hele schepping verzorgt.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II
566. De genade en tolerantie van God bestaan wel degelijk, maar Gods heiligheid en rechtvaardigheid als Hij Zijn woede ontketent, laten de mens ook die kant van God zien die geen belediging duldt. Als de mens volledig aan Gods geboden kan gehoorzamen en volgens Gods eisen handelt, dan is God overvloedig in Zijn genade tot de mens. Wanneer de mens vervuld is van verdorvenheid, haat en vijandschap tegen God, dan is God heel boos. En hoe ver reikt deze boosheid? Zijn toorn houdt aan tot God de weerstand en kwade daden van de mens niet langer ziet, tot deze uit Zijn gezichtsveld is. Pas dan verdwijnt Gods boosheid. Met andere woorden, ongeacht wie de persoon ook is, als zijn hart van God verwijderd is geraakt en zich van God heeft afgekeerd om nooit meer terug te keren, dan maakt het niet uit hoe hij (of zij) naar het zich laat aanzien, of in termen van zijn persoonlijke wensen God wil aanbidden, volgen en gehoorzamen in hun lichaam of in hun geest; op het moment dat zijn hart zich van God afkeert, zal zonder ophouden Gods woede ontketend worden. Het zal zelfs zo zijn, dat als God zijn boosheid laat botvieren nadat Hij iemand genoeg kansen heeft gegeven, er geen enkele manier is om dit terug te nemen. Hij zal nooit weer genadevol en tolerant zijn tegenover die persoon. Dit is de zijde van Gods gezindheid die geen belediging duldt. […] Hij is tolerant en genadig ten aanzien van dingen die welwillend, schoon en goed zijn. Ten aanzien van dingen die slecht, zondig en kwaadaardig zijn, koestert Hij zo’n hevige woede, dat Zijn woede geen einde kent. Dit zijn de twee belangrijkste en meest prominente aspecten van Gods gezindheid, en bovendien zijn ze door God vanaf begin tot eind geopenbaard: overvloedige genade en hevige woede.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Gods werk, Gods gezindheid en God Zelf II
567. Mensen zeggen dat God een rechtvaardige God is en dat zolang de mens Hem tot het einde volgt, Hij zeker onpartijdig zal zijn jegens de mens, want Hij is zeer rechtvaardig. Als de mens Hem tot het einde zou volgen, zou Hij de mens dan terzijde kunnen schuiven? Ik ben onpartijdig jegens alle mensen en beoordeel alle mensen met mijn rechtvaardige gezindheid, maar er zijn gepaste voorwaarden voor de eisen die ik aan de mens stel en wat ik eis moet door alle mensen worden bereikt, ongeacht wie ze zijn. Het maakt mij niet uit hoe uitgebreid of eerbiedwaardig je kwalificaties zijn; het maakt mij alleen uit of je op mijn manier wandelt en of je wel of niet houdt van en dorst naar de waarheid. Als je de waarheid mist en in plaats daarvan mijn naam beschaamt en niet handelt volgens mijn manier, alleen maar zonder zorg of bezorgdheid volgt, dan zal ik je op dat moment slaan en je straffen voor je kwaad en wat heb je dan te zeggen? Zul je kunnen zeggen dat God niet rechtvaardig is? Als je heden hebt voldaan aan de woorden die ik heb gesproken, ben je het soort persoon dat ik goedkeur. Je zegt dat je altijd hebt geleden terwijl je God volgde, dat je Hem volgde door dik en dun en de goede en slechte tijden met Hem hebt gedeeld, maar je hebt niet naar de woorden die door God gesproken zijn geleefd; je wilt alleen maar elke dag voor God rennen en je voor God uitsloven, en hebt nooit gedacht om een leven van betekenis na te leven. Je zegt ook: “In ieder geval geloof ik dat God rechtvaardig is. Ik heb voor Hem geleden, ben druk voor Hem bezig geweest en heb mezelf aan Hem toegewijd en heb hard gewerkt ondanks dat ik geen erkenning ontving; Hij zal me zeker herinneren.” Het is waar dat God rechtvaardig is, maar deze gerechtigheid is niet aangetast door onzuiverheden: het bevat geen menselijke wil en het is niet besmet door het vlees of menselijk handelen. Allen die opstandig zijn en tegenwerken en niet in overeenstemming zijn met Zijn weg, zullen gestraft worden; niemand van hen is vergeven en niemand wordt gespaard! Sommige mensen zeggen: “Vandaag de dag ben ik druk bezig voor u; wanneer het einde komt, kunt u mij dan een kleine zegen geven?” Dus ik vraag jou: “Heb je voldaan aan mijn woorden?” De gerechtigheid waarover je spreekt is gebaseerd op een handeling. Je denkt alleen maar dat ik rechtvaardig en onpartijdig tegenover alle mensen ben en dat allen die mij tot het einde volgen zeker zullen worden gered en mijn zegeningen zullen krijgen. Er is een innerlijke betekenis van mijn woorden die luidt: “Allen die mij tot het einde toe volgen, zijn er zeker van om gered te worden”: zij die mij tot het einde volgen, zijn degenen die volledig door mij zullen worden gewonnen, zij zijn degenen die, nadat ze door mij zijn overwonnen, de waarheid zoeken en volmaakt worden gemaakt. Aan welke voorwaarden heb jij voldaan? Je hebt alleen voor elkaar gekregen dat je mij tot het einde toe hebt gevolgd, maar wat nog meer? Heb je mijn woorden nageleefd? Je hebt een van mijn vijf vereisten bereikt, maar je bent niet van plan om de resterende vier te bereiken. Je hebt simpelweg het eenvoudigste, gemakkelijkste pad gevonden en nagevolgd met een houding waarbij je maar hoopte dat je geluk zou hebben. Betreffende zo’n persoon als jij is mijn rechtschapen gezindheid er een van tuchtiging en oordeel, het is er een van rechtvaardige vergelding en het is de rechtvaardige straf van alle boosdoeners; al diegenen die niet mijn weg bewandelen zullen zeker gestraft worden, zelfs als ze tot het einde volgen. Dit is de gerechtigheid van God. Wanneer deze rechtvaardige gezindheid wordt uitgedrukt in de straf voor de mens, zal de mens versteld staan en betreuren dat hij, terwijl hij God volgt, niet Zijn weg begaat. “Op dat moment leed ik slechts een beetje, terwijl ik God volgde, maar wandelde niet op de weg van God. Welke excuses zijn er? Er is geen andere keuze dan te worden getuchtigd!” Maar in gedachten denkt hij: hoe dan ook, ik ben tot het einde gevolgd, dus zelfs als u me tuchtigt, kan het geen al te zware tuchtiging zijn en na het eisen van deze tuchtiging, wilt u me nog steeds. Ik weet dat u rechtvaardig bent en mij niet voor altijd zo zult behandelen. Ik ben tenslotte niet zoals degenen die worden weggevaagd; degenen die zijn uitgeroeid, zullen een zware tuchtiging ontvangen, terwijl mijn tuchtiging lichter zal zijn. Gods rechtvaardige gezindheid is niet zoals je zegt. Het is niet zo dat degenen die goed zijn in het belijden van hun zonden soepel worden behandeld. Gerechtigheid is heiligheid en is een gezindheid die intolerant is ten opzichte van belediging door de mens en alles wat vuil is en niet veranderd is, is het doelwit van Gods afkeer. Gods rechtvaardige gezindheid is geen wet, maar een bestuurlijk decreet: het is een bestuurlijk decreet binnen het koninkrijk en dit bestuurlijk decreet is de rechtvaardige straf voor iedereen die de waarheid niet bezit en niet is veranderd en er is geen marge voor redding. Want wanneer elke persoon naar soort wordt ingedeeld, zal het goede worden beloond en zal het kwaad worden gestraft. Het is wanneer de bestemming van de mens zal worden duidelijk gemaakt, het is de tijd dat het werk van de zaligheid zal eindigen, waarna het werk van het redden van de mens niet langer zal worden uitgevoerd en vergelding zal komen over iedereen die kwaad doet.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, De ervaringen van Petrus: zijn kennis van tuchtiging en oordeel
568. Mijn genade uit zich over degenen die mij liefhebben en zichzelf verloochenen. En de straf waarmee de goddelozen bezocht worden is juist het bewijs van mijn rechtvaardige gezindheid, en meer nog, getuige van mijn toorn. Als rampspoed aanbreekt, zal honger en pest uitgegoten worden over allen die zich tegen mij verzetten en zij zullen huilen. Zij die allerlei vormen van kwaad hebben bedreven, maar mij vele jaren hebben gevolgd, zullen niet ontsnappen aan het boeten voor hun zonden. Ook hun zal rampspoed overkomen, zoals maar zelden is gezien in miljoenen jaren, en zij zullen in een constante staat van paniek en angst leven. En mijn volgers die alleen aan mij trouw zijn gebleven, zullen juichen en mijn macht bejubelen. Zij zullen een onuitsprekelijke voldoening ervaren en leven in een vreugde die ik de mensheid nog nooit eerder heb toebedeeld. Want ik koester de goede daden van de mens en verafschuw hun kwade daden. Sinds ik de mensheid ben gaan leiden, hoopte ik van harte een groep mensen te winnen die eensgezind waren met mij. Ik ben degenen die niet eensgezind met mij waren niet vergeten. Ik heb hen met afkeer op mijn hart gedragen en wacht alleen maar op de gelegenheid dat ik mij op hen kan vergelden, hetgeen ik met genoegen zal aanschouwen. Uiteindelijk is vandaag mijn dag gekomen en ik hoef niet langer te wachten!
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Bereid voldoende goede daden voor voor je bestemming