De verantwoordelijkheden van leiders en werkers (20)
Punt twaalf: Identificeer direct en nauwkeurig de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die Gods werk en de normale orde van de kerk verstoren en hinderen; stop en perk ze in, en keer de situatie om; communiceer bovendien over de waarheid, zodat Gods uitverkorenen door zulke dingen onderscheidingsvermogen ontwikkelen en ervan leren (deel 8)
Tijdens de vorige bijeenkomst hebben we de communicatie over de twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers afgerond. Hebben jullie jezelf vergeleken met wat er in de communicatie besproken werd? Hebben jullie over deze communicatie nagedacht? Zodra ze Mijn communicatie hebben gehoord, kunnen degenen die de waarheid liefhebben en degenen die een gevoel van gerechtigheid en enige menselijkheid hebben, enkele waarheden in praktijk brengen nadat ze die hebben begrepen. Ten eerste kunnen ze de waarheden die ze begrijpen op hun situatie betrekken en zichzelf toetsen aan de waarheid. Ze kunnen hun problemen identificeren en vervolgens bepaalde zaken en omgevingen die ze in het werkelijke leven en bij het vervullen van hun plichten tegenkomen gebruiken om deze problemen op te lossen. Geleidelijk aan vatten ze met betrekking tot de waarheden die ze begrijpen, de principes die mensen zouden moeten beoefenen en waaraan ze zich zouden moeten houden. Enerzijds verkrijgen ze een dieper begrip en diepere kennis van zichzelf, en anderzijds begrijpen ze praktischer en nauwkeuriger wat de waarheid werkelijk zegt en inhoudt. Degenen die de waarheid echter niet liefhebben en er afkerig van zijn, zullen, ongeacht hoeveel waarheid ze horen, geen bewustzijn opdoen of veranderen. Hun gesteldheid, hun houding bij het vervullen van hun plicht, de doelen die ze nastreven, hun levensstijl en hun principes voor hun gedrag, veranderen totaal niet. Ze blijven handelen zoals ze willen en leven zoals het hun behaagt; deze waarheden hebben geen enkel effect op hen, noch kunnen ze zichzelf ertoe brengen over zichzelf na te denken en zichzelf te leren kennen tot op het punt dat ze zichzelf haten. Als ze het punt van zelfhaat niet kunnen bereiken, kunnen ze beslist geen waar berouw bereiken. Zonder waar berouw is er geen werkelijke ingang in het leven; zonder werkelijke ingang in het leven is er beslist geen verandering van gezindheid. Daarom hebben veel mensen die al vele jaren in God geloven, hoewel ook zij samenkomen, hun plichten vervullen, jarenlang naar preken hebben geluisterd en vaak met de broeders en zusters omgaan, geen enkel begrip van zichzelf, vertonen ze geen verandering en neemt hun geloof in God totaal niet toe. Ze volgen God met hun aanvankelijke noties en verbeeldingen en met de intentie en het verlangen om zegeningen te verkrijgen. Hoeveel jaar ze ook in God hebben geloofd, hun zienswijzen op het geloof in God, hun kijk op zaken, de manier waarop ze doelen nastreven en de doelen die ze nastreven, en hun houding bij het vervullen van hun plichten zijn totaal niet veranderd. Hun huidige openbaringen en de uitingen die ze naleven zijn het gevolg van het niet nastreven van de waarheid. We hebben over twaalf van de verantwoordelijkheden van leiders en werkers gecommuniceerd, toch is het gedrag van sommige leiders en werkers totaal niet veranderd. Hun houding bij het vervullen van hun plichten en ten opzichte van Gods vereisten is totaal niet veranderd. De gecommuniceerde inhoud diende als herinnering, toezicht en aansporing voor degenen die de waarheid relatief nastreven, en voor degenen die enige menselijkheid hebben en wier geweten een beetje besef heeft. Het heeft echter geen enkel effect gehad op sommigen die onbuigzamer en sluwer zijn en de waarheid totaal niet aanvaarden. Waarom is dit? Omdat de houding van deze mensen ten opzichte van de waarheid er een is van weerstand en afkeer. Hoeveel waarheid er ook wordt gecommuniceerd, hun houding blijft hetzelfde: “Ik vervul in elk geval mijn plicht en volg God; ik zet me oprecht volledig in voor God. Hoe ik me ook gedraag, zolang ik volhard tot het einde, kan ik zegeningen verkrijgen!” Is deze manier van denken gerechtvaardigd? Ze zijn volkomen onverbeterlijk en schaamteloos, nietwaar? Is dit niet halsstarrig weigeren berouw te tonen, wat er ook gebeurt? (Ja.)
De twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers is: ‘Identificeer direct en nauwkeurig de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die Gods werk en de normale orde van de kerk verstoren en hinderen; stop en perk ze in, en keer de situatie om; communiceer bovendien over de waarheid, zodat Gods uitverkorenen door zulke dingen onderscheidingsvermogen ontwikkelen en ervan leren.’ Eerder hebben we onze communicatie over deze verantwoordelijkheid onderverdeeld in twaalf kwesties. De inhoud van deze twaalf kwesties behandelt voornamelijk hoe leiders en werkers deze problemen moeten aanpakken en hanteren wanneer er in de kerk verschillende soorten mensen, gebeurtenissen en dingen verschijnen die verstoringen en hinder veroorzaken. Het doel is het werk van Gods huis en de normale orde van de kerk te beschermen, en zo de rollen te vervullen en de verantwoordelijkheden na te komen die leiders en werkers zouden moeten vervullen. We hebben over elk van de kwesties binnen deze verantwoordelijkheid van leiders en werkers in detail gecommuniceerd. Daarbij hebben we bij elke kwestie over enkele specifieke uitingen gecommuniceerd en enkele concrete voorbeelden aangehaald. Wat de principes betreft, is de gecommuniceerde inhoud vrij praktisch. Hoewel de gegeven voorbeelden misschien niet allesomvattend zijn, zijn de essentiële kwesties van verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen duidelijk gecommuniceerd. In het bijzonder moeten jullie als leiders en werkers dit aspect van de waarheid begrijpen om de verschillende problemen die in de kerk opkomen op te lossen. Ten eerste moeten jullie uit de gecommuniceerde inhoud de woorden vinden die de essentie van de problemen ontleden en die in verband brengen met de problemen. Het begrijpen van de essentie van de problemen maakt het gemakkelijker om overeenkomstige oplossingen te vinden en problemen op te lossen volgens de principes van de waarheid. Het is cruciaal om de essentie van een probleem te begrijpen voordat je het oplost. Zodra je de essentie van het probleem begrijpt, zou je ook de principes voor het aanpakken van dit probleem moeten begrijpen en vatten. Beide aspecten zijn onmisbaar: het ene is de essentie van het probleem, het andere wordt gevormd door de principes voor het oplossen van dergelijke problemen. Dit zijn dingen waar leiders en werkers duidelijkheid over moeten hebben. Alleen door deze twee principes te vatten, kun je alle problemen nauwkeurig oplossen en de mensen, gebeurtenissen en dingen die bij verschillende kwesties betrokken zijn correct aanpakken, in plaats van regels toe te passen en de kwesties buiten proportie op te blazen. Momenteel volgen sommige leiders en werkers bij het aanpakken van bepaalde kwesties deels alleen maar regels, en deels slagen ze er niet in de essentie van de kwesties te vatten, waardoor ze gemakkelijk mensen onrecht aandoen en afwijkingen begaan. Er is een duidelijk begrip van de details, de bijzonderheden en de context van de kwesties vereist. Daarnaast is het belangrijk om naar iemands consistente gedrag te kijken om te bepalen tot welke categorie diegene precies behoort. Alleen door deze aspecten te beheersen, kunnen kwesties volgens de principes worden aangepakt. Sommige leiders en werkers passen bij het doen van hun werk alleen regels toe op problemen en blazen die buiten proportie op, terwijl ze de werkelijke essentie van de betrokken mensen niet kunnen doorgronden – of het goede of slechte mensen zijn, of hun gedrag een gewoonte of slechts een incidentele overtreding is. Ze kunnen deze aspecten niet onderscheiden, dus is de kans groot dat ze fouten maken. In zulke gevallen kan een stemming in de kerk helpen om sommige fouten effectief te voorkomen. De aanwezigheid van deze afwijkingen en fouten in het werk van leiders en werkers kan het duidelijkst onthullen of ze onderscheidingsvermogen hebben en zaken volgens principes aanpakken. Het onthult ook of leiders en werkers de waarheidswerkelijkheid bezitten. Als een leider of werker die al vele jaren in God gelooft deze werkelijke problemen niet kan aanpakken, is dat voldoende bewijs dat deze leider of werker niet iemand is die de waarheid nastreeft.
Nadat we de verantwoordelijkheden die leiders en werkers moeten vervullen, de principes die ze moeten volgen en de reikwijdte van hun werk hebben begrepen, keren we terug naar het thema van deze fase van de communicatie: het ontmaskeren van valse leiders. Dit is het hoofdonderwerp. Met betrekking tot de twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers is het onderwerp waarover we vandaag zullen communiceren de gebieden waarop valse leiders hun verantwoordelijkheid verzaken en hun uitingen van het niet verrichten van werkelijk werk. Laten we eerst de inhoud van de twaalfde verantwoordelijkheid lezen. (Punt twaalf: Identificeer direct en nauwkeurig de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die Gods werk en de normale orde van de kerk verstoren en hinderen; stop en perk ze in, en keer de situatie om; communiceer bovendien over de waarheid, zodat Gods uitverkorenen door zulke dingen onderscheidingsvermogen ontwikkelen en ervan leren.) De twaalfde verantwoordelijkheid noemt duidelijk drie aspecten van het werk die leiders en werkers zouden moeten begrijpen. Hoe houdt dit verband met het ontmaskeren van valse leiders? (Ten eerste moeten we de verschillende verantwoordelijkheden van leiders en werkers in dit werk begrijpen. Vervolgens vergelijken we om te zien of de valse leiders deze verantwoordelijkheden hebben vervuld en wat de uitingen van de valse leiders zijn; hen volgens deze norm meten is relatief nauwkeurig.) Dat klopt. Onderscheiden of iemand al dan niet een valse leider is, doe je niet door je ogen te gebruiken en naar iemands gezicht te kijken om te zien of zijn gelaatstrekken goed of boosaardig zijn, noch door te kijken hoeveel diegene uiterlijk geleden lijkt te hebben of hoeveel diegene heeft rondgerend. Veeleer moet je kijken of ze de verantwoordelijkheden van leiders en werkers vervullen en of ze de waarheid kunnen gebruiken om werkelijke problemen op te lossen. Dat is de enige nauwkeurige norm om hen te beoordelen. Dit is het principe voor het ontleden, onderscheiden en vaststellen of iemand een valse leider is. Alleen op deze manier kan de beoordeling rechtvaardig zijn, in lijn met de principes, in overeenstemming met de waarheid en eerlijk voor iedereen. De typering van iemand als een valse leider of valse werker moet gebaseerd zijn op voldoende feiten. Het mag niet gebaseerd zijn op een of twee incidenten of overtredingen, en nog veel minder kan een tijdelijke openbaring van verdorvenheid als basis daarvoor worden gebruikt. De enige nauwkeurige normen om iemand te typeren zijn of diegene werkelijk werk kan doen en de waarheid kan gebruiken om problemen op te lossen, alsook of het een juist iemand is, of diegene de waarheid liefheeft en zich aan God kan onderwerpen, en of diegene het werk en de verlichting van de Heilige Geest bezit. Iemand kan alleen correct worden getypeerd als een valse leider of valse werker op basis van deze factoren. Deze factoren zijn de normen en principes voor het beoordelen en vaststellen of iemand een valse leider of valse werker is.
De drie taken die leiders en werkers binnen de twaalfde verantwoordelijkheid behoren te vervullen
I. Het direct en nauwkeurig identificeren van de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die verstoringen en hinder veroorzaken
De twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers omvat drie taken, of drie stappen. Door deze drie stappen te volgen om dit werk te voltooien, worden de principes van dit werk gehandhaafd en de verantwoordelijkheden van dit werk vervuld. Wat zijn deze drie taken? (Ten eerste, identificeer direct en nauwkeurig de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die Gods werk en de normale orde van de kerk verstoren en hinderen. Ten tweede, stop en perk ze in, en keer de situatie om. Ten derde, communiceer over de waarheid, zodat Gods uitverkorenen door zulke dingen onderscheidingsvermogen ontwikkelen en ervan leren.) Deze drie taken zijn de vereisten voor leiders en werkers in de twaalfde verantwoordelijkheid. Om te beginnen is de eerste vereiste voor leiders en werkers het direct en nauwkeurig identificeren van de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die Gods werk en het kerkleven verstoren en hinderen. Het is direct en nauwkeurig identificeren, niet traag en ongevoelig reageren, noch blinde en roekeloze typeringen maken – ondoordachte typeringen zijn niet aanvaardbaar. Sommige leiders en werkers snoeien en berispen mensen roekeloos over onbeduidende zaken vanwege hun povere kaliber en verwardheid, en maken willekeurige typeringen en definiëren de dingen blindelings zonder zich aan principes te houden. Op deze manier werken schendt de principes van de waarheid. Daarom moeten leiders en werkers in Gods huis op zijn minst in staat zijn om verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen te onderscheiden. Alleen met onderscheidingsvermogen kunnen ze de verschillende problemen die in de kerk opkomen direct en nauwkeurig identificeren. Wat is de eerste vereiste om het vermogen te bereiken om verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen te onderscheiden? Ten eerste is het noodzakelijk om Gods vereisten voor verschillende soorten mensen te begrijpen, alsook hoe God verschillende mensen en de verschillende gesteldheden die ze ontwikkelen definieert. Daarnaast is het belangrijk om te ontleden hoe verschillende negatieve gesteldheden ontstaan en wat hun wortels zijn. Verder moet men de impact begrijpen van verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen op Gods werk en de normale orde van de kerk. Wat is de basis om aan deze voorwaarden te voldoen? Welk werk zouden leiders en werkers allereerst moeten ondernemen? Als leiders en werkers altijd hooghartig en afstandelijk zijn, zich als bureaucraten gedragen en niet met de broeders en zusters omgaan, de verschillende gesteldheden van de broeders en zusters niet vatten, geen nauw contact hebben met verschillende soorten mensen en het hun aan gedetailleerde observatie en diepgaand begrip van hen ontbreekt, is dat dan aanvaardbaar? Dat is beslist niet aanvaardbaar. Sommige leiders en werkers verstoppen zich vaak in hun kamers en gebruiken geestelijke oefeningen en het schrijven van ervaringsgetuigenissen als excuses om het werk van de kerk te negeren en niet te vatten. Oppervlakkig lijkt het alsof ze aan kerkelijke zaken werken wanneer ze zich in hun kamers verstoppen, maar in feite hebben ze zich al geïsoleerd van het werk van de kerk en van Gods uitverkoren volk. Kan deze manier van werken de problemen oplossen die in de verschillende onderdelen van het kerkwerk bestaan? Kan het Gods uitverkoren volk helpen hun plichten goed te vervullen? Ervaren ze Gods werk wanneer ze zich in hun kamers verstoppen om getuigenisartikelen te schrijven? Daarom is deze aanpak ongepast. Volgens de twaalfde verantwoordelijkheid is de eerste taak van leiders en werkers het direct identificeren van de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die het werk van de kerk verstoren en hinderen, op basis van Gods woorden en de principes van de waarheid. Sommige mensen vragen: “Is het diep betrokken zijn van leiders en werkers bij het kerkleven er alleen maar opdat ze direct en nauwkeurig de mensen, gebeurtenissen en dingen kunnen identificeren die verstoringen en hinder veroorzaken?” Is dit begrip correct? (Nee.) Dit is een verwrongen begrip. Leiders en werkers moeten de juiste houding en aanpak hebben voor hun werk en moeten ook diep doordringen tot aan de basis. Alleen op deze manier kunnen ze problemen direct en nauwkeurig identificeren en oplossen. Als ze niet doordringen tot de basis en met Gods uitverkoren volk leven, zal het erg moeilijk zijn om alle problemen in het werk van de kerk te identificeren. Als ze slechts een paar problemen kunnen oplossen nadat mensen meldingen hebben gedaan en om oplossingen hebben gevraagd, zal het effect van dit werk zeer beperkt zijn. De meest foutieve manier dat leiders en werkers kunnen werken is zich afsluiten en achter gesloten deuren werken, zoals de oude geleerden die zich volledig wijdden aan het bestuderen van boeken van wijzen en geen aandacht schonken aan zaken van buitenaf. Deze houding en levensstijl zijn onaanvaardbaar voor leiders en werkers. Je sluit je op in je kamer, luistert naar preken, leest Gods woorden, maakt aantekeningen van geestelijke devotie en schrijft preken, maar betekent het verwerven van wat doctrines en woorden dat je de waarheid begrijpt? Betekent het dat je de werkelijke situaties en ware gesteldheden van mensen begrijpt die door de waarheid worden ontmaskerd? (Nee.) Hoewel een leven van geestelijke oefeningen dus essentieel is in het werk van leiders en werkers, is het belangrijkste het hebben van de juiste werkmethoden en levensstijl.
II. Kwaadaardige mensen direct stoppen en inperken
De tweede vereiste voor leiders en werkers, uiteengezet in de twaalfde verantwoordelijkheid, is dat wanneer ze verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen identificeren die het werk van de kerk verstoren en hinderen, ze in staat moeten zijn om direct en nauwkeurig oordelen te vellen. Ze moeten de aard van verschillende mensen en gebeurtenissen duidelijk onderscheiden en begrijpen hoe die het kerkleven beïnvloeden, of ze de gesteldheden, de ingang in het leven en de plichtsvervulling van Gods uitverkorenen bedreigen, verstoren of saboteren, en of ze de resultaten van de plichtsvervulling van mensen beïnvloeden. Leiders en werkers moeten deze zaken direct en nauwkeurig beoordelen en evalueren. Dit is de verantwoordelijkheid van leiders en werkers. Als het hier niet intelligent genoeg voor zijn en ze niet het juiste kaliber hebben, zullen ze niet in staat zijn het werk van de kerk te doen. Daarnaast moeten leiders en werkers scherp reageren op en onderscheidingsvermogen hebben ten aanzien van verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen. Wanneer er bijvoorbeeld geschillen in de kerk ontstaan en er verschillende verstoringen en hinder optreden, en je het probleem niet kunt identificeren en denkt dat het onbeduidend is, met als gevolg dat veel mensen worden beïnvloed en hun plichten niet goed vervullen, is zo’n leider of werker dan niet afgestompt en blind? (Ja.) Dit is een probleem van leiders en werkers. Wat moet je doen als je ontdekt dat iemand het werk van de kerk verstoort en hindert? Ten eerste moet je de ernst van de kwestie vaststellen en de essentie van zulke mensen en de impact en gevolgen van zulke dingen op het werk en het leven van de kerk evalueren en beoordelen. Wat zou de basis voor een dergelijk oordeel moeten zijn? Het zou gebaseerd moeten zijn op Gods woorden en de waarheid. Sommige mensen zeggen: “Hoe baseer je het op Gods woorden? Ik vind dit loze praat.” Eigenlijk is het geen loze praat. Waarom zeg Ik dit? Wanneer je zulke dingen tegenkomt of erover ziet of hoort, hoef je ze alleen maar te vergelijken met de kwesties die door Gods woorden worden ontmaskerd. Kijk hoe Gods woorden zulke mensen en zaken ontmaskeren en ontleden, en hoe Hij deze kwesties typeert, zoals hoe Hij valse leiders en antichristen ontmaskert, of hoe Hij de verdorven gezindheden van verschillende mensen ontmaskert, enzovoort. Vervolgens vergelijk en ontleed je deze zaken volgens die woorden, en door communicatie met de broeders en zusters en je eigen observaties kun je uiteindelijk een nauwkeurige beoordeling en typering maken van de mensen, gebeurtenissen en dingen die je ziet, en overeenkomstige oplossingen formuleren. Hoe moeten degenen worden aangepakt van wie is vastgesteld dat ze tot de verschillende mensen behoren die verstoren en hinderen? Ze moeten niet alleen worden ontmaskerd en ontleed om mensen te helpen hen te onderscheiden, maar ze moeten ook worden gestopt en ingeperkt, en degenen die ondanks herhaalde vermaningen onverbeterlijk blijven, moeten worden weggezuiverd. Wat zijn de methoden en specifieke benaderingen om hen te stoppen en in te perken? (Hen snoeien en waarschuwen.) Is snoeien een goede methode? (Ja.) Hun handelingen ontmaskeren, hun meest flagrante problemen aanwijzen, hun essentie ontleden en waarschuwen – zijn dat niet allemaal haalbare methoden? Het belangrijkste is natuurlijk om Gods woorden aan hen voor te lezen en Gods woorden als basis te gebruiken om hen te overtuigen en te ontleden. Als ze de waarheid niet aanvaarden en hardnekkig weigeren hun fouten toe te geven, dan zijn er strengere maatregelen nodig. Geef hun eerst een waarschuwing, gebruik vervolgens de bestuurlijke decreten van de kerk om hen in te perken, en sta hun niet toe roekeloos wandaden te begaan en de broeders en zusters te hinderen. Ze moeten ook worden gesnoeid en vervolgens onder toezicht worden geplaatst. Deze methoden zijn noodzakelijk, ze zorgen er allemaal voor dat het werk van de kerk goed wordt gedaan, dat mensen worden gered en op het juiste pad worden geleid. Het gebruik van deze methoden zal zeker goede resultaten opleveren. Gebruik allereerst de waarheid die mensen begrijpen om hen te overtuigen en te ontmaskeren, hun gezindheid en essentie te ontleden, de aard van hun handelingen en de ernstige gevolgen die daardoor worden veroorzaakt te ontmaskeren – dit is het minimum wat mensen kunnen doen. De volgende stap is hen te ontleden en te onderscheiden op basis van Gods woorden, en hen dienovereenkomstig te typeren. Als ze het advies ter harte nemen, het aanvaarden en berouw tonen, zou dat natuurlijk het beste zijn. Maar wat moet er gebeuren als ze het niet aanvaarden en doorgaan met het hinderen van het werk van de kerk? In dat geval hoef je niet beleefd te zijn. Gods huis heeft bestuurlijke decreten, en op dat punt moet de persoon worden gestopt en ingeperkt volgens de bestuurlijke decreten van Gods huis. Als de persoon een nieuwe gelovige is met een kleine gestalte die de waarheid niet begrijpt, kan diegene met liefde worden geholpen; je kunt over de waarheid communiceren om diegene te helpen zichzelf te leren kennen. Voor degenen die de waarheid kunnen aanvaarden en berouw kunnen tonen, is het niet nodig hen te stoppen, in te perken of te snoeien. Als ze de waarheid niet aanvaarden, is het geen kwestie van een oppervlakkige basis of een kleine gestalte hebben en de waarheid niet begrijpen; het is een probleem met hun menselijkheid. Voor zulke mensen moeten bestuurlijk beheer en bestuurlijke straffen worden gebruikt om hen te stoppen en in te perken. Het uiteindelijke effect dat wordt bereikt, is het handhaven van het werk van de kerk en de normale orde van het kerkleven, waardoor het kerkleven op een ordelijke manier kan verlopen. Dit wordt het omkeren van de situatie genoemd, en dit is het effect dat leiders en werkers in hun werk zouden moeten bereiken. Alleen door dit effect te bereiken, vervullen ze hun verantwoordelijkheid. Als leiders en werkers alle problemen die opkomen negeren, en slechts plichtmatig reageren met wat woorden en doctrines, of degenen die het werk van de kerk verstoren en hinderen op een simpele manier met slechts een paar woorden berispen en snoeien, kan dit dan het probleem oplossen? Dit lost niet alleen het probleem niet op, maar leidt ook tot grotere chaos in de kerk – de meeste mensen verliezen de wil om hun plichten te vervullen en worden in verschillende mate gehinderd, wat hun plichtsvervulling beïnvloedt. Hebben zulke leiders en werkers hun verantwoordelijkheid vervuld? (Nee.) Dit toont aan dat deze leiders en werkers niet bekwaam zijn in hun werk.
III. Het ontmaskeren van de slechte daden van kwaadaardige mensen, zodat Gods uitverkorenen onderscheidingsvermogen ontwikkelen en lessen leren
De derde vereiste in de twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers houdt in dat, wanneer ze te maken hebben met verstoring en hinder veroorzaakt door kwaadaardige mensen, leiders en werkers samen met Gods uitverkorenen Gods woord moeten eten en drinken om over zichzelf na te denken, zichzelf te leren kennen en een oprechte ommekeer te bewerkstelligen. Ze moeten in staat zijn Gods uitverkorenen te leiden om de werkelijkheid van de waarheid binnen te gaan, hun verdorven gezindheden af te werpen en te bereiken dat ze God volgen, zich aan God onderwerpen en voor God getuigen. Alleen dit soort werk stemt overeen met Gods bedoelingen. Enerzijds kunnen leiders en werkers die op deze manier werken problemen oplossen en zich tijdens hun werk toerusten met de waarheid. Anderzijds helpen ze, door over de waarheid te communiceren om problemen op te lossen, de broeders en zusters de waarheid te laten begrijpen, te weten hoe ze over zichzelf moeten nadenken en zichzelf moeten leren kennen, hun verdorven gezindheden af te werpen, hun plichten goed te vervullen, te weten hoe ze mensen moeten onderscheiden en behandelen, te bereiken dat ze God volgen en zich aan God onderwerpen, zich niet door anderen te laten inperken en in staat te zijn standvastig in hun getuigenis te staan. Dit is het vervullen van de plichten van leiders en werkers; dit is het principe dat leiders en werkers zouden moeten praktiseren bij het oplossen van problemen tijdens het uitvoeren van het kerkwerk. Welke problemen zich ook in de kerk voordoen, leiders en werkers behoren allereerst samen de waarheid te zoeken, Gods bedoelingen te vatten en Gods leiding te zoeken. Vervolgens behoren ze naar relevante woorden van God te zoeken om de verschillende bestaande problemen op te lossen. Tijdens het oplossen van problemen behoren leiders en werkers meer met de broeders en zusters te communiceren over de relevante woorden van God en de essentie van de problemen te doorgronden op basis van Gods woorden. Ze behoren Gods uitverkorenen ook te laten communiceren over hun eigen begrip om deze kwesties te onderscheiden. Zodra de meerderheid tot hetzelfde begrip kan komen en een consensus kan bereiken, worden de problemen gemakkelijker op te lossen. Bij het oplossen van problemen moet je niet steeds opnieuw vertellen wat er is gebeurd, je blindstaren op details of de schuld geven aan de betrokkenen. Richt je aanvankelijk niet op bijzaken, maar communiceer duidelijk over de waarheid, want daardoor zal de aard van de problemen worden onthuld. Alleen deze aanpak helpt Gods uitverkorenen om kwesties te leren onderscheiden op basis van Gods woorden, onderscheidingsvermogen te ontwikkelen door de mensen, gebeurtenissen en dingen die zich voordoen, en er praktische lessen uit te trekken. Het stelt hen ook in staat de woorden en doctrines die ze gewoonlijk begrijpen te toetsen aan het werkelijke leven, waardoor ze de waarheid werkelijk kunnen begrijpen. Is dit niet wat leiders en werkers behoren te doen? Gods uitverkorenen leiden om de werkelijkheid van de waarheid binnen te gaan, houdt voornamelijk in dat men de waarheid gebruikt om de noties en verbeeldingen van Gods uitverkorenen en hun verdorven gezindheden op te lossen. Deze aanpak levert de beste resultaten op. Hoe meer leiders en werkers in staat zijn de waarheid te gebruiken om problemen op te lossen, hoe gemakkelijker Gods uitverkorenen de waarheid kunnen begrijpen. Op die manier zullen ze weten hoe ze Gods woord in het werkelijke leven moeten praktiseren en toepassen. Als leiders en werkers Gods uitverkorenen vaak leiden bij het oplossen van werkelijke problemen, zullen ze in staat zijn Gods uitverkorenen in de werkelijkheid van de waarheid te brengen en ook Gods woord in hun eigen dagelijks leven te integreren. Sommige mensen zeggen: “Is deze vereiste voor leiders en werkers niet te veeleisend? Hoe kunnen we zoveel inzicht hebben?” Dat inzicht had je voorheen misschien niet, maar kun je niet leren en je erin oefenen om dit resultaat te bereiken? Dit is de manier waarop Gods werk leiders, werkers en Gods uitverkorenen traint om de werkelijkheid van de waarheid binnen te gaan. Als je niet weet hoe, kun je leren en je erin oefenen. Welke problemen er ook opkomen, je moet leren over jezelf na te denken en jezelf te leren kennen op basis van Gods woorden; dit is het proces van beoefening. Nadat je een paar keer hebt geoefend en resultaten hebt bereikt, zal er een pad voor je zijn uitgestippeld en zul je weten hoe je de waarheid moet beoefenen. Wanneer God komt om te werken, is dit de manier waarop Hij mensen leidt om te leren de werkelijkheid van de waarheid binnen te gaan. Leiders en werkers behoren vaak met de broeders en zusters te communiceren, samen problemen onder ogen te zien, samen problemen op te lossen en samen het kerkwerk goed uit te voeren. Hoe behoren kerkleiders Gods uitverkorenen te leiden? De belangrijkste manier is om Gods uitverkorenen te leiden bij het identificeren en oplossen van problemen in het werkelijke leven, en bij het praktiseren en ervaren van Gods woord in het werkelijke leven, zodat Gods uitverkorenen niet alleen in staat zijn de waarheid te beoefenen, maar ook negatieve dingen en negatieve mensen kunnen onderscheiden – valse leiders, valse werkers, kwaadaardige mensen, niet-gelovigen en antichristen. Het doel van het onderscheiden van verschillende mensen is het oplossen van problemen. Alleen door de verstoringen en hinder veroorzaakt door kwaadaardige mensen en antichristen grondig op te lossen, kan het kerkwerk soepel verlopen en kan Gods wil in de kerk worden uitgevoerd. Tegelijkertijd dient het aanpakken van kwaadaardige mensen ook als een waarschuwing om te voorkomen dat men fouten maakt of kwaad doet, zodat men kan bereiken dat men God vreest en het kwaad mijdt. Op die manier vervul je niet alleen je plicht en krijg je ingang in het leven, maar begrijp je ook de waarheid en ga je de werkelijkheid van de waarheid binnen. Sla je daarmee niet twee vliegen in één klap? Wanneer je de waarheid begrijpt en problemen kunt oplossen, bewijst dit dat je het kaliber bezit om een leider of werker te zijn en voldoet aan de vereisten om in Gods huis te worden opgeleid; dan behoor je het voortouw te nemen en de broeders en zusters te begeleiden bij het leren onderscheiden van verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen in het werkelijke leven. Zo bereiken ze begrip van de waarheid en leren ze hoe ze allerlei soorten mensen moeten behandelen die het kerkwerk verstoren en hinderen, hoe ze de waarheid moeten beoefenen, verschillende mensen volgens principes moeten behandelen en over de waarheid moeten communiceren om problemen op te lossen. Dit is je verantwoordelijkheid. Door op deze manier te praktiseren, ga je de werkelijkheid van Gods woorden binnen. Je zult lessen leren, onderscheidingsvermogen ontwikkelen en Gods bedoelingen begrijpen in elke kwestie die je in het werkelijke leven tegenkomt. Dit bied je beoefeningsprincipes voor het aanpakken van zaken, het behandelen van mensen en het vervullen van je plichten. Op die manier zul je in staat zijn de waarheid te beoefenen. Gods vereiste voor mensen is om zulke resultaten te bereiken. Daarom moet je, welke kwesties zich ook voordoen, altijd je les leren en onderscheidingsvermogen ontwikkelen; je mag ze niet laten glippen, noch mag je enige kans aan je voorbij laten gaan om je les te leren en onderscheidingsvermogen te ontwikkelen. Omdat er iets is voorgevallen, hoeven we het nog niet met een negatieve, klagende houding te benaderen. We moeten het met een positieve houding benaderen. Hoe moet dat gebeuren? Door de waarheid te zoeken om het probleem op te lossen. Alle mensen hebben verdorven gezindheden en hun menselijkheid kan goed of kwaad zijn, dus natuurlijk ontstaan er problemen als mensen samenkomen! Wat zou jouw houding moeten zijn, gezien het feit dat God deze omgeving voor jou heeft gecreëerd, jou zulke mensen, gebeurtenissen en dingen om je heen heeft laten zien? Je zou God moeten bedanken omdat Hij deze diverse problemen voor je neerlegt. Hij geeft je de kans om het in de praktijk te brengen, lessen te leren en de werkelijkheid van de waarheid binnen te gaan. Als leider of werker behoor je God ook te danken dat Hij je zo’n kans geeft. Welke problemen je ook tegenkomt, je moet de broeders en zusters leiden om samen met jou te leren onderscheiden, lessen te trekken en inzichten te verkrijgen. Bovendien moet je hen bij de hand nemen om samen met jou na te denken over en te begrijpen welke noties en verbeeldingen mensen over het probleem hebben, welke afwijkende en absurde zienswijzen er bestaan, welke lessen er uit deze kwestie zijn geleerd, welke foutieve noties en zienswijzen zijn opgelost en welke waarheden er uiteindelijk zijn begrepen. Zo behoort men Gods werk te ervaren, zonder ook maar één kwestie over het hoofd te zien. Als je Gods werk een aantal jaren hebt ervaren en veel problemen hebt opgelost, zul je zien dat Gods woorden allemaal de waarheid zijn en mensen absoluut kunnen reinigen en hen kunnen redden van Satans invloed. Wanneer mensen de waarheid begrijpen en verkrijgen, zullen ze zien dat Gods woorden volledig worden vervuld en volbracht. Wanneer Gods uitverkorenen in staat zijn Gods woorden te praktiseren en te ervaren, zullen ze in staat zijn Gods woorden in hun werkelijke leven te integreren, Gods woord correct te gebruiken om mensen en zaken te bekijken, en mensen en alles wat ze doen te meten aan Gods woord, in plaats van te vertrouwen op wat ze zien of op hun gevoelens, en zeker niet op noties en verbeeldingen. Zodra ze deze lessen hebben geleerd, wordt het gemakkelijker voor hen om naar Gods woorden te leven en kunnen ze vaak in Gods aanwezigheid leven. Op deze manier doen leiders en werkers hun werk naar behoren en worden hun verantwoordelijkheden vervuld. Alleen wanneer leiders en werkers hun werk grondig doen, kunnen Gods uitverkorenen deze vruchten plukken. Als je in veel van de situaties die je tegenkomt niet weet hoe je de broeders en zusters moet leiden om lessen te leren en je verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen niet kunt onderscheiden, dan ben je een blinde, een warhoofd die afgestompt en traag van begrip is. Geconfronteerd met zulke situaties zul je niet alleen overweldigd zijn, niet weten hoe je ze moet aanpakken en onbekwaam zijn voor dit werk, maar het zal ook de ervaring van de broeders en zusters met deze mensen, gebeurtenissen en dingen beïnvloeden. Als je de zaken onjuist aanpakt, helemaal geen werk verricht, geen enkel woord van de waarheid communiceert dat je zou moeten communiceren, en niets kunt zeggen wat nuttig of stichtelijk is voor anderen, dan zullen velen, wanneer ze geconfronteerd worden met deze mensen, gebeurtenissen en dingen die verstoring en hinder veroorzaken, niet alleen nalaten deze zaken van God te aanvaarden, ze positief en actief te benaderen en er lessen uit te leren, maar zullen ook hun noties en wantrouwen jegens God steeds erger worden, evenals hun wantrouwen en achterdocht jegens Hem. Is dit niet het gevolg van het feit dat leiders en werkers de werkelijkheid van de waarheid missen en niet in staat zijn de waarheid te gebruiken om problemen op te lossen? Is dit geen teken dat leiders en werkers geen werkelijk werk kunnen doen? Je hebt het kerkwerk niet naar behoren gedaan, de opdracht die God je gaf niet volbracht, de verantwoordelijkheden van leiders en werkers niet vervuld en de broeders en zusters niet onder Satans macht vandaan geleid. Ze leven nog steeds in verdorven gezindheden en Satans verzoekingen. Vertraag je de ingang in het leven van Gods uitverkorenen niet? Je brengt mensen ernstige schade toe! Als leider of werker behoor je Gods opdracht te aanvaarden om de broeders en zusters voor God te leiden, om Gods uitverkorenen Gods woorden te laten eten en drinken zodat ze tot begrip van de waarheid komen en hun plichten met principes vervullen, en daardoor hun geloof in God te vergroten. Niet alleen heb je nagelaten op deze manier te handelen, je hebt ook de verstoringen door kwaadaardige mensen niet ingeperkt of opgelost, waardoor de ingang in het leven van Gods uitverkorenen is geschaad. Na vele jaren in God te hebben geloofd, hebben ze niet alleen geen vooruitgang geboekt en de waarheid niet begrepen of kennis van God verkregen, maar hebben ze zelfs veel noties en misverstanden over God ontwikkeld, zonder enige werkelijke onderwerping. Is alles wat je hebt gedaan dan niet feitelijk het verstoren en hinderen van Gods werk? Je hebt Gods uitverkorenen niet alleen niet in de werkelijkheid van de waarheid geleid of hen beschermd, je hebt in plaats daarvan toegestaan dat ze door kwaadaardige mensen werden verstoord en door antichristen werden misleid en beheerst. Heb je geen dingen gedaan die je eigen mensen schaden en je vijanden plezieren? Verleen je geen hand- en spandiensten voor het kwaad? Je hebt zo lang gewerkt, maar in plaats van positieve resultaten te boeken, heb je de afstand tussen de broeders en zusters en God alleen maar groter gemaakt. Je hebt ervoor gezorgd dat Gods uitverkorenen jarenlang in God hebben geloofd zonder de waarheid te begrijpen of te weten hoe ze de verstoringen en hinder van kwaadaardige mensen moeten onderscheiden, wat hun ingang in het leven ernstig heeft beïnvloed. Wat is hier het probleem? Doet dit niet veel kwaad? Welk werk leiders en werkers ook doen, als ze niet kunnen handelen volgens Gods vereisten en zaken niet kunnen aanpakken en problemen niet kunnen oplossen volgens de waarheidsprincipes, zal hun invloed verder reiken dan alleen henzelf of een paar mensen. Het zal het kerkwerk beïnvloeden, de ingang in het leven van alle uitverkorenen van God in de kerk, de resultaten van de plichtsvervulling van Gods uitverkorenen, de resultaten van de verspreiding van het evangelie van het koninkrijk, en zelfs of Gods uitverkorenen gered en in Gods koninkrijk gebracht kunnen worden – dit zijn allemaal gebieden die mogelijk beïnvloed kunnen worden. Sommige mensen geloven in God maar volgen valse leiders en antichristen, met als gevolg dat ze ten onder gaan. Het is net als mensen in religieuze kringen die misleid en beheerst worden door dominees en ouderlingen, met als resultaat dat ze God bij Zijn terugkeer niet verwelkomen en in plaats daarvan in de catastrofe ten onder gaan. Dit is allemaal aantoonbaar waar. Daarom is het kunnen onderscheiden van valse leiders en antichristen uiterst heilzaam voor de ingang in het leven van Gods uitverkorenen!
De twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers vereist dat ze drie uiterst cruciale taken uitvoeren. Ten eerste moeten ze verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen identificeren die verstoring en hinder veroorzaken in het kerkwerk. Ten tweede moeten ze, na hen te hebben onderscheiden en gekenmerkt, de kwaadaardige mensen onmiddellijk stoppen en inperken; dit is de tweede stap. Ten derde moeten ze, terwijl ze de kwaadaardige mensen stoppen, inperken en de situatie omkeren, veelvuldig over Gods woorden communiceren met de broeders en zusters om de slechte daden van de kwaadaardige mensen te ontmaskeren. Ook moeten ze de reacties en het begrip van de broeders en zusters over deze kwestie nauwlettend in de gaten houden en eventuele onjuiste zienswijzen die ze hebben onmiddellijk corrigeren. Natuurlijk, als sommige broeders en zusters die de waarheid nastreven inzichten hebben, moeten ze worden aangemoedigd om meer te communiceren. Bovendien behoren leiders en werkers ook degenen te helpen die zwak zijn of een kleine gestalte hebben, en hen aan te moedigen meer te spreken. Het beoogde resultaat is de broeders en zusters te helpen onderscheidingsvermogen te ontwikkelen en lessen te leren uit de gebeurtenissen die zich voordoen, en zo mensen en zaken te leren onderscheiden. Het doel van het onderscheiden van mensen en zaken is hen in staat te stellen verschillende soorten mensen nauwkeurig te begrijpen en hen, volgens de waarheidsprincipes, op de juiste manier te behandelen, terwijl ze ook zelf lessen leren. Welke lessen moeten ze leren? Ze moeten observeren wat Gods houding is ten opzichte van deze mensen wanneer Hij hun gesteldheden ontleedt en ontmaskert. Door Gods houding ten opzichte van deze mensen te kennen, wordt het duidelijker wat voor soort persoon men zou moeten zijn en welk pad men zou moeten bewandelen, nietwaar? (Ja.) Kortom, het uiteindelijke resultaat dat moet worden bereikt, is dat Gods uitverkorenen de waarheid begrijpen en in situaties van het werkelijke leven de werkelijkheid binnengaan, in staat zijn hun plichten normaal te vervullen en zich te onderwerpen aan Gods orkestraties en regelingen. Op deze manier zal de uitvoering van het kerkwerk door de leiders en werkers in overeenstemming zijn met Gods bedoelingen. Is het, afgaande op de drie stappen van het uitvoeren van dit werk, moeilijk voor leiders en werkers om dit werk goed te doen? (Nee.) Als men vertrouwt op menselijke goedheid en kaliber, kan het enigszins moeizaam zijn om dit werk goed te doen, omdat je het door God vereiste resultaat niet zult bereiken en de ware verantwoordelijkheden van leiders en werkers niet zult vervullen. Kun je dit werk goed doen als je vertrouwt op verdorven menselijke gezindheden? (Nee.) Preciezer gezegd, vertrouwen op verdorven gezindheden om dit werk te doen, betekent handelen naar je eigen ideeën. Wat zal hiervan het gevolg zijn? (Het zal chaos in de kerk veroorzaken.) Dit is één gevolg: hoe meer je werkt, hoe chaotischer de dingen worden. Wat is chaos? Wat zijn de specifieke gesteldheden van chaos? Het is wanneer mensen tijdens bijeenkomsten niet normaal Gods woorden kunnen eten en drinken of over de waarheid kunnen communiceren. Er zijn altijd kwaadaardige mensen en niet-gelovigen die verstoring en hinder veroorzaken, of er zijn voortdurend geschillen, waarbij iedereen vasthoudt aan zijn eigen zienswijzen en facties en kliekjes vormt; de broeders en zusters hebben geen onderscheidingsvermogen en weten niet wat ze moeten doen, degenen met geestelijk begrip en die de waarheid liefhebben worden ook gehinderd, en hun leven groeit niet. In zo’n kerk hebben kwaadaardige mensen en niet-gelovigen de volledige macht en werkt de Heilige Geest niet. In zo’n kerk praat iedereen, wat er ook gebeurt, door elkaar en uit allerlei zienswijzen, waarbij nauwelijks correcte standpunten worden geuit. De kerk splitst zich snel op in verschillende facties, er is geen eenheid onder de mensen en er is geen teken van het werk of de leiding van de Heilige Geest. Mensen zijn op hun hoede voor elkaar en bekijken elkaar met argwaan; twee of drie groepen wedijveren om macht en gewin; iedereen zoekt zijn eigen steunpilaren en valt andersdenkenden aan en sluit hen buiten; en er worden allerlei slechte daden begaan. Dit is het toneel van chaos. Hoe wordt deze situatie veroorzaakt? Is het niet omdat leiders en werkers niet in staat zijn hun werk te doen? (Ja.) Leiders en werkers die naar hun eigen ideeën werken, veroorzaken deze gevolgen. Wat betekent het om naar je eigen ideeën te werken? Het betekent dat je de waarheid niet begrijpt, geen principes hebt en blindelings handelt op basis van verdorven gezindheden en menselijke noties en verbeeldingen, wat leidt tot een nog chaotischer toestand in de kerk. Sommige mensen zeggen misschien: “Hoe kunnen er kwaadaardige mensen zijn die verstoring en hinder veroorzaken in de kerk? Ik weet niet wie er gelijk heeft en wie ongelijk, of welke kant ik moet kiezen.” Anderen zeggen misschien: “De kerk is verdeeld in verschillende facties. Hoe moeten we het kerkleven leiden? Elke bijeenkomst is vruchteloos en tijdverspilling. Als we zo blijven geloven, zal dat geen resultaten opleveren.” Wanneer een kerk zo chaotisch wordt dat Gods uitverkorenen niet in staat zijn het kerkleven te leiden, wordt ze volledig door God verworpen. Dit toont duidelijk aan dat zolang kwaadaardige mensen en niet-gelovigen de macht hebben, ze de kerk te gronde zullen richten. De kerk kan niet functioneren zonder goede mensen en degenen die de waarheid praktiseren als leiders en werkers – zonder hen zal het onmogelijk zijn de boel onder controle te houden! Als kwaadaardige mensen en niet-gelovigen niet worden ingeperkt, zal er geen kerkleven zijn en zal de normale orde van de kerk volledig worden ontwricht en in een puinhoop veranderen. Dit is het gevolg wanneer leiders en werkers hun werk niet goed doen. Als leiders en werkers de waarheid niet kunnen aanvaarden, Gods bedoelingen niet in acht kunnen nemen of niet op God kunnen vertrouwen, dan zullen ze niet in staat zijn het kerkwerk goed te doen. Ze zullen geen enkel probleem kunnen oplossen dat in de kerk opkomt, noch enige moeilijkheid waarmee Gods uitverkorenen worden geconfronteerd. Kunnen zulke leiders en werkers goede resultaten voortbrengen als ze de macht hebben? Ze kunnen alleen maar voor chaos in de kerk zorgen – uiteindelijk is dat de soort situatie die ontstaat. Deze kerk wordt dan een woestenij, een plaats waar Satan de macht heeft; ze verwordt tot iets anders. God zal deze kerk niet erkennen en de Heilige Geest zal er niet in werken. Zo’n kerk bestaat slechts in naam en zou moeten worden opgeheven.
Het ontleden van de uitingen van valse leiders met betrekking tot de twaalfde verantwoordelijkheid
I. Valse leiders hebben een pover kaliber en zijn niet in staat de problemen van verstoring en hinder te identificeren
Dit zijn de taken die leiders en werkers moeten uitvoeren zoals beschreven in de twaalfde verantwoordelijkheid; we zullen nu niet verder communiceren over meer specifieke voorbeelden. Het thema van de communicatie van vandaag is het ontmaskeren van de specifieke manifestaties van valse leiders tijdens het uitvoeren van deze taken, en het identificeren van de gedragingen die de essentie van valse leiders weerspiegelen en gebruikt kunnen worden om een persoon als zodanig te typeren. Dit is het hoofdonderwerp van de communicatie van vandaag. Ten eerste wordt van leiders en werkers in dit werk vereist dat zij tijdig de verschillende mensen, gebeurtenissen en zaken identificeren die verstoring en hinder veroorzaken voor Gods werk en de normale orde in de kerk. Tijdige identificatie is een vereiste norm voor leiders en werkers. Wanneer er zich iets voordoet, zodra er ook maar het geringste teken is dat er iets mis is, zoals tekenen dat kwaadaardige mensen beginnen te manoeuvreren of iemand aanstalten maakt om problemen te veroorzaken, behoren leiders en werkers dit aan te voelen en alert te zijn. Als ze afgestompt en traag van begrip zijn, wordt het problematisch. Vooral in situaties waar er kwaadaardige mensen zijn die verstoring en hinder veroorzaken, moeten leiders en werkers zodra dit probleem de kop opsteekt en het onduidelijk is wat deze mensen precies van plan zijn of hoe de situatie zich zal ontwikkelen – dat wil zeggen, wanneer leiders en werkers de zaak nog niet kunnen doorzien – niet blindelings handelen of deze mensen voorbarig alarmeren. Dit voorkomt een verkeerde inschatting van de situatie. Dit betekent echter niet dat men de situatie niet opmerkt en er zich niet van bewust is. Het betekent wachten en observeren om te zien hoe de dingen zich ontwikkelen en wat de bedoelingen, doelen en motieven van deze mensen zijn. Dit is het werk dat leiders en werkers moeten uitvoeren. Wanneer de situatie zich tot een bepaald punt ontwikkelt en deze mensen negativiteit beginnen te uiten en drogredenen verspreiden, wat verstoring en hinder veroorzaakt voor Gods uitverkorenen, dan behoren de leiders en werkers onmiddellijk in te grijpen. Ze moeten zonder aarzelen opstaan om de slechte daden van deze individuen te ontmaskeren, te ontleden en in te perken, en anderen te helpen lessen te leren en de kwaadaardige mensen te onderscheiden en te doorzien. Dit is het proces van het tijdig en nauwkeurig identificeren van de verschillende mensen, gebeurtenissen en zaken die verstoring en hinder veroorzaken – zo zouden leiders en werkers het uitvoeren van dit werk moeten begrijpen. Het hoofddoel van dit werk is het identificeren van de verschillende mensen, gebeurtenissen en zaken die het werk van de kerk verstoren en hinderen, en die vervolgens tijdig op te lossen. Dit is wat leiders en werkers kunnen bereiken. Wat zijn dan de manifestaties van valse leiders in dit werk? Hoe kunnen we valse leiders ontleden en onderscheiden? Het is duidelijk dat valse leiders de verstoring en hinder van het kerkelijke werk door kwaadaardige mensen niet tijdig en nauwkeurig kunnen identificeren. Dit is het meest duidelijke probleem in de uitvoering van het kerkelijke werk door valse leiders – ze hebben geen enkel onderscheidingsvermogen ten aanzien van de verstoring en hinder die kwaadaardige mensen het kerkelijke werk berokkenen. Waarom zeggen we dat valse leiders problemen niet kunnen identificeren of de essentie ervan niet kunnen doorzien? De handelingen van sommige mensen verstoren en hinderen duidelijk het werk van de kerk, maar valse leiders kunnen deze problemen niet onderscheiden of waarnemen; zij zijn blind. Sommige mensen uiten negativiteit, misleiden en hinderen anderen in de kerk. Anderen vormen kliekjes, houden zich in het geheim bezig met duistere zaakjes en oordelen vaak achter de rug van bepaalde individuen om. Weer anderen verleiden elkaar schaamteloos en flirten met elkaar. Valse leiders doen alsof ze deze dingen niet zien; ze zijn zich totaal niet bewust van de ernst van deze problemen en van hoeveel mensen in hun streven naar de waarheid en in het vervullen van hun plicht zullen worden beïnvloed als deze problemen niet worden opgelost, noch van de gevolgen die dat zal hebben – en dus negeren ze het. Wanneer sommige mensen problemen opmerken en die bij een valse leider aankaarten, zegt de valse leider misschien: “Het zijn allemaal broeders en zusters – wie openbaart er nu geen verdorvenheid? Wie heeft er geen gevoelens en verlangens? Oordeel of veroordeel anderen niet te snel!” Hoe absurd, boosaardig of in strijd met de waarheid iets in de kerk ook is, valse leiders zien het eenvoudigweg niet. Sommige mensen spreken tijdens bijeenkomsten voortdurend negatief en zeggen dingen als: “Ze blijven maar zeggen dat Gods dag nabij is – maar wanneer komt die nu eigenlijk?” Sommige broeders en zusters raken hier onbewust door beïnvloed, maar hoe reageert de valse leider? Hij beschouwt het als gewone zwakheid en ziet niet in dat het in feite gaat om het uiten van negativiteit, het misleiden en het verstoren van anderen. Bij sommige broeders en zusters heeft dit duidelijk invloed op het vervullen van hun plichten. Ze willen het evangelie niet meer prediken en nemen niet langer positief of proactief deel aan bijeenkomsten. Ze komen alleen nog opdagen bij bijeenkomsten als ze daartoe worden opgeroepen. Toch ziet de valse leider dit niet als een probleem. Hij merkt niet welke veranderingen er optreden onder iedereen in de kerk wanneer dit probleem zich voordoet. Hij blijft bijeenkomsten organiseren uit gewoonte, zonder te weten wat er achter de schermen gebeurt, hoe de gesteldheden van de mensen veranderen, welke problemen ze hebben, wie die heeft veroorzaakt, wie de hoofdschuldigen zijn, waar de problemen vandaan komen en welke kwesties er precies moeten worden opgelost – van dit alles ziet hij niets. Is het omdat hij lichamelijk blind is dat hij deze dingen niet opmerkt? (Nee.) Aangezien hij niet lichamelijk blind is, waarom ziet of herkent hij dan zulke ernstige verstoring, hinder en duidelijke drogredenen in de kerk niet? Het is duidelijk: deze leider is blind en heeft geen geestelijk begrip. Sommige mensen zeggen: “Hoewel hij deze problemen niet kan herkennen, kan hij tijdens bijeenkomsten wel Gods woorden aan de mensen voorlezen. Of de mensen het nu begrijpen of dat het resultaten oplevert, hij blijft volhardend Gods woorden voorlezen. Alleen al daarom kan hij als een goede leider worden beschouwd.” Maar hij beperkt zich tot het voorlezen van Gods woorden – als dat geen resultaten oplevert, is het dan niet louter een formaliteit? Als hij geen problemen kan oplossen, wat hebben mensen dan aan bijeenkomsten? Is deze leider dan een valse leider? (Ja.) Eén manifestatie van een valse leider tijdens het uitvoeren van dit werk is blindheid. Hij is blind – hoe duidelijk het probleem ook is, of het nu recht voor zijn neus of om hem heen gebeurt, hij kan het niet zien of herkennen. Uiterlijk lijkt hij Gods woorden misschien meer te koesteren dan de gemiddelde persoon, maar hij begrijpt niet waar Gods woorden over gaan, op wie ze betrekking hebben of welke situaties ze aankaarten – hij kan Gods woorden niet in verband brengen met het werkelijke leven. Wat is dan het begrip waarover hij communiceert? Stemt dat overeen met de waarheid? Kan het werkelijke problemen oplossen? (Nee.) Wanneer hij preekt, spuit hij lege retoriek, alsof hij een groot begrip van de waarheid heeft, maar hij herkent duidelijke verstoring en hinder door kwaadaardige mensen in de kerk niet en doet alsof er niets is gebeurd. Toont dit aan dat hij de waarheid begrijpt en onderscheidingsvermogen heeft? Heeft hij een werkelijk begrip van Gods woorden? (Nee.) Als hij Gods woorden gewoon kan lezen, waarom gebruikt hij die dan niet om problemen te doorzien en op te lossen? Waarom gaat zijn geest nooit open wanneer hij Gods woorden leest? Waarom heeft hij geen ontvankelijk hart wanneer hij Gods woorden leest? Wat is de wortel van dit probleem? Waarom is hij blind? Wat is de oorzaak van zijn blindheid? (Omdat hij het vermogen mist om Gods woorden te bevatten en een uiterst pover kaliber heeft.) Juist. Zijn ogen zijn niet blind – zijn hart is blind. Wat betekent een blind hart hebben? Het betekent een uiterst pover kaliber hebben en het vermogen missen om Gods woorden te bevatten. Hoeveel van Gods woorden hij ook leest, hij begrijpt ze slechts oppervlakkig. Hij kan ze niet in verband brengen met de verschillende mensen, gebeurtenissen, dingen en situaties die zich in de kerk voordoen, en hij weet ook niet hoe hij verschillende problemen moet behandelen, aanpakken en oplossen volgens de waarheidsprincipes. Dit is de wortel van zijn blindheid – hij heeft een pover kaliber en is niet bekwaam voor dit werk. Daarom, hoe ijverig hij ook studeert en rigoureus traint, en hoezeer hij zich ook uitslooft om zijn gebrek aan bekwaamheid goed te maken, kan hij de verantwoordelijkheden van leiders en werkers vervullen? Dat kan hij niet. Deze mensen zijn vrij meelijwekkend. Hoezeer ze zich ook toerusten met woorden en doctrines, ze kunnen de verantwoordelijkheden van leiders en werkers niet vervullen of dit werk uitvoeren.
Zojuist hebben we gecommuniceerd over een uiting van deze valse leiders, namelijk dat ze niet kunnen zien dat de handelingen van kwaadaardige mensen en antichristen verstoring en hinder veroorzaken voor de kerk, en dat ze ook de essentie van kwaadaardige mensen en antichristen niet kunnen doorzien. Wanneer ze geconfronteerd worden met zaken waarbij kwaadaardige mensen verstoring en hinder veroorzaken, valt hen soms iets bijzonders op. Of het nu door hun ervaring, gevoel of intuïtie komt, ze voelen alleen maar dat er iets niet helemaal klopt, dat de uitdrukking van die persoon, de blik in zijn ogen en zijn woorden enigszins abnormaal zijn. Ze hebben misschien een klein voorgevoel, maar er zijn veel dingen die ze niet kunnen doorzien en ze slagen er niet in de meeste problemen te onderscheiden. Wat is de reden dat ze de essentie van problemen niet doorzien? Dit brengt ons bij een andere kwestie. Ze zijn zo ijverig: de hele dag blijven ze op hun kamer om preken te schrijven, aantekeningen te maken over hun geestelijke oefeningen, hun inzichten en ervaringen met Gods woorden op te schrijven en lofzangen te leren. Ze stellen zich doelen voor hoe vaak ze moeten bidden, hoeveel van Gods woorden ze moeten lezen, hoeveel preken ze per dag moeten beluisteren, en hoeveel tijd ze moeten besteden aan het schrijven van een ervaringsgetuigenis. Hoe komt het dat ze ondanks dat ze al deze taken volbrengen toch nog steeds de dingen niet kunnen doorzien wanneer die gebeuren? Ze begrijpen de waarheid niet. Ze kunnen alleen maar woorden en doctrines opdreunen en geen werkelijke problemen oplossen. Sommige mensen spreken altijd woorden en doctrines om anderen te misleiden, en valse leiders kunnen dit niet doorzien. Hoewel ze soms aanvoelen dat er iets niet klopt, dat er misschien een probleem is, laten ze de kwestie, omdat ze de indruk hebben dat die mensen niet kwaadaardig zijn, in hun verwardheid maar passeren. Ze zijn niet in staat de waarheidsprincipes te zoeken om dergelijke problemen te onderscheiden, en zelfs als ze Gods woorden hebben gelezen die de gesteldheden en essentie van zulke mensen onthullen, weten ze niet hoe ze die op deze situaties moeten toepassen. Hun geest is beneveld en ze kunnen deze dingen niet doorzien. Wanneer ze willen zoeken, weten ze niet hoe ze het moeten verwoorden. Ze praten lange tijd zonder de essentie van het probleem uit te leggen en zonder duidelijk te beschrijven wat de algehele uitingen van zulke mensen zijn, hoe hun menselijkheid, hun streven, de vervulling van hun plichten en hun vastberadenheid om zich voor God in te zetten zijn, of hoe hun houding ten opzichte van de waarheid is en of het mensen zijn die de waarheid aanvaarden. Deze valse leiders kunnen deze zaken niet doorzien of duidelijk uitleggen. Zelfs als ze aanvoelen dat er een probleem is, brabbelen ze maar door en zeggen een heleboel dingen zonder hun punt duidelijk te maken. Hun toehoorders moeten kunnen onderscheiden, de kernpunten eruit kunnen halen en hun woorden kunnen analyseren om te achterhalen wat ze nu eigenlijk vragen, wat de algehele gesteldheid is van de persoon die ze beschrijven, en uiteindelijk de essentie van die persoon typeren – of hij kwaadaardig of goed is, of hij iemand is die de waarheid nastreeft of louter een werker. Wanneer je een valse leider vraagt een kwestie te beschrijven of een vraag op te werpen, kan hij nooit de wortel en essentie van het probleem of de kern ervan duidelijk beschrijven. Kortom, valse leiders hebben geen enkele specifieke houding ten opzichte van problemen die ze niet kunnen doorzien, en bij zaken waarbij hen wel bepaalde dingen opvallen, kunnen ze nog steeds de essentie van deze problemen niet doorzien. Zelfs wanneer sommige mensen negativiteit uiten en noties verspreiden, wat een nadelige invloed heeft op het kerkleven, kunnen ze dit niet doorzien. Ze kunnen de essentie van een probleem niet doorzien of typeren op basis van de uiterlijke tekenen of het beginstadium ervan. Natuurlijk is het doorzien van de essentie van een probleem geen eenvoudige zaak. Het belangrijkste in het kerkwerk is om de essentie van verschillende mensen te doorzien op basis van Gods woorden. Degenen die de waarheid begrijpen, kunnen dit bereiken, maar valse leiders en valse werkers kunnen dat niet. Wanneer ze zien dat antichristen het werk van de kerk verstoren en hinderen, kunnen ze de essentie van het probleem niet doorzien en verdedigen ze de antichristen zelfs door te zeggen: “Ze openbaren slechts enkele verdorven gezindheden en zijn een beetje arrogant, eigenzinnig en willekeurig. Ze kunnen nog steeds tegenspoed verdragen tijdens het vervullen van hun plichten. We moeten hen dus niet oordelen en veroordelen; we moeten er geen groot punt van maken.” Anderen vragen: “Als ze tegenspoed kunnen verdragen tijdens het vervullen van hun plichten, zijn het dan mensen die de waarheid nastreven? Hebben ze achter de schermen anderen opgehitst, misleid of naar zich toegetrokken? Hebben ze zichzelf verhoogd en voor zichzelf getuigd?” Valse leiders kunnen deze zaken niet doorzien. Er zijn zelfs mensen die, onder het mom van getuigen voor God, God opzettelijk zwartmaken, godslasteren en bewust ongegronde geruchten verspreiden. Daarbij vertellen ze dat ze hun eigen noties over Hem hebben en analyseren deze. Nadat valse leiders hen dit hebben horen doen, voelen ze misschien dat wat ze zeiden een beetje vreemd klinkt, maar ze kunnen de ernst van de kwestie niet doorzien, laat staan dat ze de negatieve invloed en de ernstige gevolgen kunnen zien die deze woorden met zich meebrengen. Daarom worden diverse vormen van verstoring en hinder die zich recht onder de neus van valse leiders voordoen ofwel volledig door hen over het hoofd gezien, of, als ze die wel opmerken, weten ze niet hoe ze die moeten typeren of hoe ze verbanden moeten leggen tussen Gods woorden en deze situaties. Deze zeer duidelijke zaken worden voor hen een verwarrende puinhoop. Valse leiders zijn warhoofden. In de kerk kunnen ze niet onderscheiden welke mensen de waarheid nastreven en welke mensen ware gelovigen zijn die de waarheid kunnen aanvaarden. Ze kunnen niet onderscheiden welke mensen de waarheid niet nastreven maar nog wel in staat zijn te werken, en meestal bereid zijn een prijs te betalen en volgens principes te handelen, en relatief gehoorzaam en onderworpen zijn, ondanks dat ze af en toe wat negatieve woorden spreken. Ze kunnen ook niet onderscheiden welke mensen uitsluitend een negatieve rol spelen, negativiteit uiten en anderen oordelen, en altijd noties hebben over alle werkregelingen van Gods huis en over de regels en vereisten met betrekking tot alle werkonderdelen in Gods huis, en daarbij een houding van weerstand in plaats van aanvaarding koesteren, en bijzonder oneerbiedig zijn jegens deze zaken, waarbij ze zelfs zover gaan dat ze erover oordelen. Kortom, valse leiders kunnen geen enkel type mens doorzien. Erger nog, in de kerk zijn er mensen die regelmatig noties verspreiden, negativiteit uiten en tijdens bijeenkomsten zelfs Gods woorden niet lezen. Ze vormen altijd kliekjes, zijn jaloers en zoeken ruzie. Sommige mensen willen altijd leider zijn, willen altijd van de kerk leven en willen altijd het eigendom van Gods huis in beslag nemen. Er zijn ook mensen die uiterlijk best wel enig goed gedrag vertonen, maar bij het uitvoeren van hun plichten geen enkele positieve rol spelen. Valse leiders kunnen deze negatieve figuren niet doorzien en kunnen hen niet categoriseren. Ze kunnen niet doorzien welk pad deze mensen precies bewandelen, wat hun essentie is en of het mensen zijn die de waarheid aanvaarden. Is dit geen probleem met het kaliber van valse leiders? Deze valse leiders hebben een uiterst pover kaliber. Wat ze ook doen, het is een complete puinhoop, en elk werk dat ze ondernemen, eindigt in complete wanorde.
Sommige mensen geven offergaven zonder principes uit wanneer ze spullen voor Gods huis kopen; ze kopen willekeurig dingen zonder toestemming te vragen. Valse leiders zeggen wanneer ze dit zien zelfs: “Hoewel ze wat meer geld hebben uitgegeven, waren hun bedoelingen goed. Wanneer we dingen voor Gods huis kopen, moeten we het beste kopen; dit is geen geldverspilling. Is dit niet hoe offergaven gebruikt zouden moeten worden?” Liggen er principes aan hun woorden ten grondslag? (Nee.) Wat voor woorden zijn dit dan? Zijn het geen onzinnige woorden? Woorden zonder principes zijn onzinnige woorden, en ongegronde woorden zijn ook onzinnige woorden. Sommige mensen spreken tijdens het kerkleven regelmatig woorden en doctrines; ze zijn bijzonder welbespraakt, praten op een gestructureerde manier die georganiseerd klinkt, en hun spreekvaardigheid is uitstekend. Wat zeggen valse leiders over zulke mensen? “Ons kerkleven is volledig afhankelijk van die-en-die. Zij zijn het meest welbespraakt en hebben het grootste begrip van Gods woorden. Zonder hen zou ons kerkleven ongelooflijk droog en oninteressant zijn.” Ze weten niet dat deze mensen alleen maar woorden en doctrines spreken. Hoeveel iemand ook naar hen luistert, hij zal er geheel niet door worden gesticht, hij zal er de waarheid niet door gaan begrijpen of weten hoe hij de waarheid op zichzelf moet toepassen om zijn eigen gesteldheid te begrijpen en zijn problemen op te lossen. Onder het gevlei en de aansporing van valse leiders krijgen mensen die woorden en doctrines spreken, mensen die graag in de schijnwerpers staan en zelfs mensen die in hun toespraken vaak van het onderwerp afdwalen en bij elke bijeenkomst oeverloos doorpraten over buitensporige, onzinnige en uiteenlopende onderwerpen, allemaal de ruimte om op te treden. Valse leiders zijn niet in staat hen te onderscheiden en beschouwen hen zelfs als mensen met talent. Ze vleien hen door te zeggen: “Jullie spreken zo goed; waarom schrijven jullie geen ervaringsgetuigenissen? Wat zonde!” In de kerk worden die universiteitsstudenten, professoren en intellectuelen door valse leiders als schatten beschouwd. Ze zeggen: “Deze intellectuelen en professoren zijn mensen met talent. Ze hebben een enorme ervaring en bekendheid in de maatschappij. Als zij leiders en werkers in de kerk worden, kan er meer werk worden verricht en kunnen Gods uitverkorenen meer profiteren en meer verkrijgen. In de toekomst zal het werk van de kerk volledig van hen afhangen. Met deze intellectuelen die ons leiden, zal ons geloof in God zeker zegeningen voortbrengen.” Daarom hebben in kerken met valse leiders degenen die status in de maatschappij bezitten, degenen die deskundig zijn, degenen die welbespraakt zijn, degenen die op een lege manier over woorden en doctrines praten, degenen die enig aanzien hebben, enzovoort – al deze mensen die totaal geen waarheidswerkelijkheid bezitten – een dominante positie in de kerk en worden ze door valse leiders behandeld als de belangrijkste krachten en zelfs als zogenaamde steunpilaren van de kerk. Wanneer er iets in de kerk gebeurt, zeggen valse leiders: “Ga het aan die-en-die vragen; hij was de directeur van een bedrijf,” of “Ga het aan die-en-die vragen; zij was professor aan die-en-die universiteit,” of “Ga het aan die-en-die vragen; hij was de topadvocaat bij een advocatenkantoor.” Valse leiders behandelen deze mensen als de steunpilaren en belangrijkste krachten van de kerk. Kan het kerkleven onder zulke omstandigheden goed zijn? (Nee.) Wat is dan het resultaat? Deze zogenaamde belangrijkste krachten en steunpilaren wedijveren heimelijk of zelfs openlijk om status en vormen kliekjes, en verspreiden regelmatig noties en ongegronde geruchten. De broeders en zusters in de kerk die ware gelovigen zijn, de waarheid liefhebben, de waarheid kunnen aanvaarden en een zuiver begrip van de waarheid hebben, worden vaak door hen buitengesloten en onderdrukt. Deze zogenaamde vooraanstaande maatschappelijke figuren tonen, of het nu bij het vervullen van hun plichten is of bij het ondernemen van enig werk, geen enkele trouw en handelen nooit volgens de waarheidsprincipes – ze volgen volledig de gewoonten van de ongelovige maatschappij. Daarom hebben in een dergelijke kerk degenen die werkelijk de waarheid nastreven, degenen die een zuiver begrip hebben en degenen die enige menselijkheid bezitten en een gevoel van gerechtigheid hebben, geen ruimte om te spreken, geen recht om te spreken en zeker geen recht om beslissingen te nemen. Ongeacht wat er in de kerk gebeurt, de uiteindelijke besluitvormers zijn altijd deze groep van zogenaamde kernleden. Valse leiders verafgoden en geloven blindelings in deze mensen. Ze vertrouwen uiteindelijk op hen voor oplossingen wanneer er iets gebeurt. Als deze mensen de waarheid zouden nastreven en volgens de waarheidsprincipes zouden handelen, zou dit een goede zaak zijn. De meesten van deze mensen streven de waarheid echter niet na. Ze bezitten enige kennis en opleiding, ze hebben een maatschappelijke status, en bovendien hebben ze een bedrieglijke en verraderlijke menselijkheid, en zijn ze glad van tong en bedreven in het misleiden van anderen. Dit is precies de aard-essentie van antichristen. Wat is het resultaat wanneer valse leiders op deze mensen vertrouwen? Ze brengen het werk van de kerk en de orde van het kerkleven volledig in de war en ze ruïneren de ingang in het leven van Gods uitverkorenen, waardoor de kerk haar getuigenis volledig verliest. Sommige valse leiders hopen een prominent figuur in de kerk te hebben die politiek en actualiteiten begrijpt, en denken: “Als er zo iemand was om de omvang van de kerk uit te breiden, haar invloed te versterken en haar reputatie te verbeteren, zou er hoop zijn voor het werk van de evangelieverspreiding. Dat zou werkelijk een reden tot feest zijn!” In kerken die door valse leiders worden bestuurd, praten sommige mensen tijdens het kerkleven uitgebreid over politiek, actualiteiten, de internationale situatie en binnenlandse aangelegenheden; ze bespreken het privéleven van hooggeplaatste politieke figuren en analyseren zelfs de samenzweringen en openlijke listen van deze politieke figuren op een duidelijke en logische manier. Valse leiders zeggen, kwijlend van afgunst: “Eindelijk heeft onze kerk een prominent figuur om goede sier mee te maken! Ik voelde me altijd ontmoedigd, gefrustreerd en had het gevoel dat ik niet trots kon zijn omdat onze kerk zo’n prominent figuur miste. Maar nu hebben we zo iemand in onze kerk. We moeten deze persoon dus alles laten doen wat hij wil en alles laten zeggen wat hij wil, en hem vrijheid geven. Praktiseert Gods huis geen vrijheid en mensenrechten? Benadrukt het Tijdperk van het Koninkrijk geen mensenrechten?” Valse leiders behandelen degenen die graag over politiek praten en commentaar geven op beroemde mensen, die vaak oeverloos doorpraten over hoogdravende, holle ideeën die onder de mensen leven, als zeldzame schatten en willen hen cultiveren tot de steunpilaren en de voornaamste krachten van de kerk. Daarom moedigen ze hen regelmatig aan en prijzen ze hen, uit angst dat het het werk van de kerk zal beïnvloeden als ze negatief worden. Kortom, deze valse leiders zijn afgestompt en blind. Ze kunnen de verschillende mensen die het werk van de kerk verstoren en hinderen niet tijdig onderscheiden. Zelfs als ze hen onderscheiden, kunnen ze de essentie van kwaadaardige mensen niet doorzien. Ze kunnen zelfs geen overduidelijke kwaadaardige mensen doorzien die in de categorie van antichristen vallen, zoals degenen die kliekjes vormen en onafhankelijke koninkrijken stichten. Wanneer ze zien dat antichristen kliekjes vormen, zich uitsloven en naar believen handelen met de immense macht die ze bezitten, hoe beoordelen valse leiders hen dan? “Deze persoon is buitengewoon, hij is werkelijk opmerkelijk! Ik had dit talent nog niet eerder opgemerkt; hij is veel beter dan ik, hij doet me echt in mijn hemd staan. Kijk naar zijn capaciteiten – hij kan dingen aanpakken en loslaten, spreekt met klasse en houdt zich aan zijn woord. Ik daarentegen deug nergens voor; ik ben als een timide klein meisje.” Ze bewonderen de antichristen zeer, buigen voor hen en worden gewillig hun volgelingen. Eén kenmerk van deze uiting van valse leiders is blindheid, en een ander is afgestomptheid. Over het algemeen is de essentie van dit probleem met valse leiders een pover kaliber.
Mensen hebben ogen om dingen te zien. Nadat iemand iets ziet, zal zijn geest reageren en oordelen, en nadat hij een oordeel heeft gevormd, zal hij een zienswijze ontwikkelen en een pad voor de praktijk vinden. Dit bewijst dat hij niet blind is – wat hij ook ziet, hij heeft altijd een normale reactie en weet hoe hij het moet aanpakken en behandelen. Dit is een persoon met een normaal denkvermogen. Mensen doorlopen een proces waarbij ze reageren op wat ze zien; ze zullen er in meer of mindere mate over peinzen en nadenken. Naarmate hun gedachten zich ontvouwen, vormt zich geleidelijk een beeld van dat ding in hun geest, en ontwikkelen ze hun eigen zienswijzen, houdingen en benaderingen. Wat is dan de voorwaarde voor het voortbrengen van deze dingen? Iemands ogen moeten in staat zijn dingen te zien en vervolgens de verzamelde informatie ter overdenking over kunnen dragen aan zijn hersenen en geest. Als iemand met zijn ogen dingen kan zien, dan is hij niet blind. Hij kan er vervolgens over nadenken en peinzen, zich er bewust van zijn, een houding en zienswijze aannemen, en uiteindelijk de juiste conclusies trekken. Het kost natuurlijk enige tijd om tot deze conclusies te komen. Wat betekent het dan dat iemand zich er van bewust is, en zienswijzen en houdingen heeft ontwikkeld voordat die conclusies zijn bereikt? Het betekent dat iemands geest actief is, niet afgestompt, wat bewijst dat deze persoon leeft en niet dood is. Valse leiders hebben een pover kaliber. In welke opzichten is het pover? Valse leiders missen beide kwaliteiten. Hun ogen zijn open, maar ze kunnen niet zien dat er dingen gebeuren of zich ontvouwen, wat blindheid is. Bovendien reageert hun geest niet wanneer ze wel dingen zien, vormen ze geen zienswijzen of gedachten, en hebben ze niet de middelen of de juiste manieren om te oordelen en daardoor conclusies te trekken. Dit is afgestomptheid in de geest. Mensen die afgestompt zijn in de geest, kunnen niets onderscheiden, ze komen niet tot correcte evaluaties of nauwkeurige oordelen, en uiteindelijk kunnen ze geen juiste conclusies trekken en weten ze niet hoe ze de zaken die voorhanden zijn moeten benaderen, behandelen of oplossen. Dit is afgestompt en traag van begrip zijn. Wanneer iemand in zijn geest zo afgestompt en traag van begrip is dat hij totaal niet reageert wanneer er iets gebeurt, dan is hij dood – dat beschrijft de kwestie tot in de puntjes. Laten we voor nu buiten beschouwing laten of valse leiders inderdaad dood zijn, en gewoon zeggen dat ze een pover kaliber hebben. Hoe pover is dat dan? Hoe belangrijk een gebeurtenis ook is, ze kunnen die niet zien, en zelfs als ze de gebeurtenis wel zien, kunnen ze die niet doorzien. Het is bijvoorbeeld zo dat hoe lang valse leiders ook werken, ze geen conclusies kunnen trekken over wat de essentie van een zaak is, hoe ze de moeten categoriseren, hoe ze die moeten typeren, of wat de basis voor de typering zou moeten zijn; ze weten niet hoe ze deze dingen moeten evalueren en hebben geen normen of principes om ze te evalueren. Het zijn warhoofden die geen geestelijk begrip hebben. Dit is de voornaamste uiting van valse leiders bij de eerste taak. Ze zijn blind, dom, dwaas en afgestompt, en toch willen ze leiders zijn. Houdt dat de boel niet op? Is dat niet enorm lastig? Als iemand nog nooit als leider heeft gediend, en als hij voor het eerst iets tegenkomt, en deze zaak wordt niet genoemd in Gods woorden en is onbekend onder de mensen – dat wil zeggen, als hij geen ervaring of kennis van deze zaak heeft – dan zal het onder zulke omstandigheden tijd kosten voor die persoon om de juiste inzichten, houdingen en zienswijzen te ontwikkelen. Maar waarom wordt er gezegd dat valse leiders afgestompt en blind zijn? Omdat Ik zoveel woorden heb gesproken. Maar hoeveel Ik ook onthul en ontleed, of hoeveel voorbeelden Ik ook geef, valse leiders weten na het horen van Mijn woorden slechts van de zaken zelf, maar begrijpen de waarheidsprincipes die ze eruit kunnen opdoen niet. Bovendien is het zo dat hoe meer Ik spreek, hoe verwarder ze worden. Ze zeggen: “Met zoveel zaken, zoveel woorden, zoveel verhalen, wie kan die allemaal onthouden en verbanden leggen met het werkelijke leven? Zeg niet zoveel, ik heb een beetje moeite om het allemaal op te nemen en te begrijpen. Zeg me gewoon hoe ik deze persoon moet aanpakken: moet hij worden verdreven of behouden?” Is dit geen afgestomptheid? Het is extreme afgestomptheid! In feite is afgestompt nog een milde omschrijving voor ze. Omdat deze persoon misschien jong, ongeschoold, of heel oud en een beetje verward is, wordt het op deze manier gezegd, zo wordt hun trots gespaard. Maar in feite is het een pover kaliber en een gebrek aan het vermogen om de waarheid te bevatten. Deze uitleg maakt het duidelijk.
Als er ernstige verstoring en hinder in de kerk optreden en valse leiders de essentie van deze problemen niet kunnen doorzien, zijn ze dan bekwaam voor het leiderschapswerk? Kunnen de broeders en zusters onder hun leiding worden beschermd? Kunnen het werk van de kerk, de omgeving waarin de broeders en zusters hun plichten vervullen en de normale orde van het kerkleven worden beschermd en gehandhaafd? Dit zijn de meest elementaire dingen die leiders en werkers zouden moeten bereiken. Kunnen valse leiders deze dingen bereiken? Nee, dat kunnen ze niet. Ze kunnen de mensen, gebeurtenissen en dingen die verstoring en hinder veroorzaken niet eens onderscheiden of doorzien, dus hoe zouden ze dan verder kunnen gaan met de volgende stappen van hun werk? Ze kunnen zelfs de meest elementaire dingen niet onderscheiden, zoals wat een goed mens is, wat een slecht mens is, wat een bedrieglijk mens is of wat een huichelaar is – hoe kunnen ze het kerkwerk aan? Ze zijn hiertoe niet in staat. Het is niet dat ze opzettelijk geen werkelijk werk doen, of dat ze lui zijn en zich tegoed doen aan de voordelen van status; het is gewoon dat ze een pover kaliber hebben en niet in staat zijn hun werk te doen. Dit is de essentie van het probleem. Mensen met een zeer pover kaliber kunnen alleen maar woorden en doctrines opdreunen en zich aan regels houden; tijdens bijeenkomsten kunnen ze anderen alleen maar paaien en aansporen, en dingen zeggen als: “Geloof naar behoren in God! Hoe kun je je in een tijd als deze nog overgeven aan vleselijk gemak? Hoe kun je nog steeds geld en wereldse dingen begeren? God moet diepbedroefd zijn!” Ze kunnen alleen preken van dit type houden. Wanneer diverse boosaardige daden zoals verstoring en hinder en het uiten van negativiteit voorkomen, kunnen ze die niet zien of onderscheiden. De broeders en zusters willen een normaal kerkleven leiden, maar dat lukt ze niet. Ze willen een geschikte omgeving hebben om hun plichten te vervullen, maar ook die krijgen ze niet. Valse leiders kunnen deze problemen niet oplossen, dus wat voor nut hebben ze? De broeders en zusters willen het kerkleven leiden, de waarheid begrijpen en hun moeilijkheden en negatieve gesteldheden oplossen. Ze hopen vurig dat leiders en werkers duidelijk en grondig over de waarheid kunnen communiceren om deze werkelijke problemen op te lossen. Kunnen deze werkelijke problemen worden opgelost in een kerk waar valse leiders de macht hebben? Valse leiders begrijpen de harten van Gods uitverkorenen niet en kunnen hun moeilijkheden niet zien. In plaats daarvan blijven ze woorden en doctrines spreken en oeverloos doorpraten over hoogdravende, holle ideeën, wat Gods uitverkorenen diep teleurstelt. Wie zou dan nog regelmatig bijeenkomsten willen bijwonen? Kunnen valse leiders Gods bedoelingen in acht nemen en die kwaadaardige mensen, niet-gelovigen, opportunisten en losbandige mensen die boosaardig zijn en van wereldse dingen houden, volgens Gods woorden en vereisten uit de kerk wegzuiveren, zodat ze Gods uitverkoren volk niet kunnen hinderen en verstoren, en Gods uitverkoren volk in staat stellen een normaal kerkleven te leiden? Kunnen valse leiders dit bereiken? Dat kunnen ze niet. Wanneer iemand zo’n verzoek doet, wat zeggen valse leiders dan? “Je bent zo veeleisend! Denk je dat jij de enige bent die God liefheeft en trouw zijn plicht wil vervullen? Wie wil dat niet? Zij geloven ook in God en zijn door God uitverkoren. Hoewel ze enkele problemen hebben, moeten we hen toch correct behandelen. Zoek niet altijd fouten bij anderen. Grijp de kans aan om meer over jezelf na te denken en jezelf te leren kennen; je moet leren tolerant en geduldig te zijn.” Valse leiders zijn warhoofden en blind, en ze hanteren geen principes bij de manier waarop ze verschillende soorten mensen behandelen. Ze kunnen degenen die ingeperkt of verwijderd zouden moeten worden niet doorzien, maar gedogen dat deze mensen doen wat ze willen en zich als tirannen in de kerk gedragen. Ze geven volop ruimte om te opereren, wat een puinhoop van de kerk maakt, tot het punt dat de mate van diversiteit in sommige kerken zo groot wordt dat de kerken nog maar met één uitdrukking kunnen worden beschreven: ze worden een echt allegaartje. Kwaadaardige mensen, niet-gelovigen, losbandigen, lokale tirannen en zelfs sommigen die de kerk en de broeders en zusters bij het geringste gevaar zouden verraden, zijn in deze kerken allemaal door elkaar gemengd. Valse leiders kunnen deze mensen niet doorzien en ze pakken of spreken hen niet aan. Daarom kunnen Gods uitverkorenen onder de leiding van zulke blinde en afgestompte valse leiders niet worden beschermd, en kunnen het werk van de kerk en de normale orde van het kerkleven zeker niet worden gehandhaafd. Hoe kunnen degenen die de waarheid liefhebben en bereid zijn de waarheid te aanvaarden, de waarheid begrijpen en verkrijgen in zo’n gemengd kerkleven? Zullen die mensen geen pijn in hun hart voelen? Als een kerkleider het werk van de kerk, de normale orde van het kerkleven of de omgevingen waarin de broeders en zusters hun plichten vervullen niet naar behoren kan handhaven, of de veiligheid van deze zaken niet kan waarborgen, dan is deze leider ongetwijfeld een valse leider. Waarom krijgen ze de titel van valse leider? Omdat ze blind en afgestompt zijn, wat leidt tot herhaaldelijke gevallen waarin kwaadaardige mensen het werk van de kerk verstoren en hinderen. Bovendien kunnen ze zelfs wanneer dit al gevolgen heeft gehad, de problemen nog steeds niet snel en nauwkeurig aanpakken en oplossen, en kunnen ze ook het werk van de kerk en het kerkleven van de broeders en zusters niet naar behoren handhaven. Zacht uitgedrukt zijn zulke leiders niet bekwaam in hun werk; nauwkeurig gezegd, schieten ze ernstig tekort in hun verantwoordelijkheden. Hoewel ze als leiders dienen, beschermen ze de belangen van kwaadaardige mensen en de belangen van Satans dienaren, terwijl ze het werk van de kerk en de ingang in het leven van Gods uitverkorenen negeren. Ze verdedigen en gedogen dat die kwaadaardige mensen het kerkleven verstoren en hinderen ten koste van de broeders en zusters. Hoewel ze, afgaande op hun kaliber en uitingen, alleen maar een pover kaliber hebben en onbekwaam zijn in hun werk, en niet als antichristen kunnen worden getypeerd, zijn de gevolgen van hun handelingen voor het werk van de kerk ernstig. De aard van hun handelingen is dezelfde als die van antichristen die onafhankelijke koninkrijken stichten en de broeders en zusters onderdrukken. Beiden beschermen en gedogen kwaadaardige mensen, en gedogen dat Satans dienaren in de kerk handelen zoals ze willen. Het verschil is alleen dat valse leiders niet openlijk en schaamteloos kwaad doen en het werk van de kerk verstoren zoals antichristen dat doen. Ze trekken niet opzettelijk mensen naar zich toe om hen te laten gehoorzamen, maar het eindresultaat is hetzelfde als dat van antichristen die onafhankelijke koninkrijken stichten. Beide resulteren erin dat broeders en zusters die de waarheid liefhebben en oprecht hun plichten vervullen, worden geschaad en geruïneerd, en geen uitweg meer hebben. In een dergelijke omgeving en kerkleven is het voor broeders en zusters die oprecht hun plichten vervullen erg moeilijk om vooruitgang te boeken in het leven, en het is voor hen erg moeilijk om hun plichten normaal te vervullen. Vanzelfsprekend worden het werk van de evangelieverspreiding en diverse onderdelen van het kerkwerk ook sterk belemmerd en kunnen zich niet normaal ontwikkelen. Dit is de eerste uiting van valse leiders die we ontleden met betrekking tot de twaalfde verantwoordelijkheid – het niet opmerken en niet kunnen doorzien van de mensen, gebeurtenissen en dingen die om hen heen opkomen. Deze uiting is voldoende om zulke mensen als valse leiders te typeren.
II. Valse leiders behandelen mensen die het werk van de kerk hinderen en verstoren niet volgens de principes
Wat de tweede taak betreft die in de twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers wordt beschreven, zullen we de uitingen van valse leiders ontmaskeren en ontleden. De tweede taak is dat leiders en werkers de waarheidsprincipes moeten gebruiken om problemen direct op te lossen zodra ze zijn geïdentificeerd. Valse leiders zijn echter ook onbekwaam voor deze taak. Daarom is de tweede uiting van valse leiders die we zullen ontleden dat ze de principes niet kennen voor het aanpakken van verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die Gods werk en de normale orde van het kerkleven hinderen en verstoren. Wanneer valse leiders deelnemen aan het kerkleven, eten en drinken ze Gods woorden en lezen ze Gods woorden biddend, maar toch begrijpen ze nooit wat Gods woorden betekenen, vatten ze nooit de principes van alles wat God zegt en kennen ze de principes en normen niet die God voor verschillende zaken vereist. Dit bewijst verder dat valse leiders het vermogen missen om de waarheid te bevatten en een extreem pover kaliber hebben. Sommige mensen zeggen: “Hoe kunt U zeggen dat hun kaliber pover is? Ze kunnen heel goed koken, kleden zich stijlvol en spreken aangenaam wanneer ze met anderen omgaan; iedereen luistert graag naar hen.” Kan iemands uiterlijk zijn essentie vertegenwoordigen? Betekent het feit dat ze enkele uiterlijke dingen goed kunnen doen dat ze een goed kaliber hebben? Om iets te evalueren, te meten en te kenmerken, moet er altijd een nauwkeurige norm zijn. De norm om iemands kaliber te meten, is of zijn begrip van Gods woorden puur is. Zeggen dat deze mensen een pover kaliber hebben, verwijst voornamelijk naar hun gebrek aan vermogen om de waarheid te bevatten. We meten iemands kaliber op basis van zijn vermogen om Gods woorden te bevatten. Is dat niet heel objectief en eerlijk? (Ja.) Als je als schepsel de woorden van de Schepper niet kunt begrijpen, wat voor kaliber heb je dan? Heb je een functionerend verstand? Zo iemand mist menselijk kaliber; zijn kaliber is zo pover dat hij zelfs Gods woorden niet kan begrijpen – kan zo’n persoon als iemand die in God gelooft de waarheid verkrijgen?
Nu zullen we over de tweede uiting van valse leiders communiceren en deze ontleden. Valse leiders weten niet hoe ze moeten omgaan met degenen die het werk van de kerk hinderen en verstoren en kunnen verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen niet onderscheiden. Dit toont voldoende aan dat valse leiders een pover kaliber hebben, het vermogen missen om de waarheid te bevatten en niet het kaliber bezitten om Gods woorden te bevatten. Neem iemand die altijd opstandig is tegen de leider, om het even wie dat is. Valse leiders kunnen ook opmerken dat deze persoon problemen heeft en aanvoelen dat hij een kwaadaardig iemand en een antichrist lijkt te zijn. Ze kunnen enkele aanwijzingen over dingen ontdekken, wat niet al te slecht is. Maar als je hun vraagt: “Op basis waarvan zeg je dat hij een antichrist en een kwaadaardig iemand lijkt te zijn? Zijn er concrete uitingen die dat bewijzen? Kun je vaststellen dat hij een antichrist en een kwaadaardig iemand is, alleen omdat hij altijd opstandig is tegen om het even welke leider? Dat alleen is niet voldoende om hem zo te kenmerken; het is slechts een kwestie van gezindheid, een probleem van arrogantie en zelfgenoegzaamheid. Heeft hij de aard van een antichrist? Is hij iemand die afkerig is van de waarheid en de waarheid haat? Heeft hij het werk van de kerk verstoord? Heeft hij alle leiders en werkers veroordeeld als valse leiders en antichristen? Heeft hij iets van dit alles gedaan?” dan antwoorden ze: “Het lijkt erop van wel.” Als je vervolgens vraagt: “Hoe moeten we hem dan kenmerken en aanpakken?” dan zeggen ze dat ze het niet weten. Als je vraagt: “Moeten we dit type persoon waarschuwingen geven en ontmaskeren om broeders en zusters te helpen onderscheidingsvermogen te verkrijgen?” dan weten ze het nog steeds niet. Dit is een geval van geen flauw benul hebben en niets kunnen doorzien. Ze kunnen enkele aanwijzingen opmerken, maar weten niet hoe ze zulke mensen volgens de principes moeten kenmerken of aanpakken. Kunnen zij werkelijke problemen oplossen? Kunnen zij Gods uitverkoren volk helpen lessen te leren? Aangezien zulke individuen kwaadaardige mensen en antichristen zijn, zullen ze vroeg of laat worden verdreven. Als je hen echter verwijdert of isoleert voordat ze daadwerkelijk wat slechte daden begaan, zullen ze zich opstandig tonen en zullen de broeders en zusters niet kunnen begrijpen waarom je dat hebt gedaan. Daarom is het noodzakelijk hen een tijdje hun gang te laten gaan. Wanneer hun slechte daden steeds duidelijker worden en ze misvattingen en ongegronde geruchten beginnen te verspreiden, de broeders en zusters misleiden en proberen voor zich te winnen, wedijveren om macht en invloed, een onafhankelijk koninkrijk stichten en proberen het werk van de kerk te ontmantelen, zullen de meeste mensen in staat zijn hun aard-essentie duidelijk te identificeren, en zullen ze vanzelfsprekend kunnen opstaan om hen te ontmaskeren, te onderscheiden en te verwerpen. Dan kun je hen verwijderen en aanpakken volgens de waarheidsprincipes. Alleen als je op deze manier werkt, zul je de broeders en zusters helpen onderscheidingsvermogen te ontwikkelen. Kunnen valse leiders problemen op deze manier aanpakken en oplossen? Valse leiders missen dit kaliber en deze wijsheid. Zie je een valse leider die kwaadaardige mensen en antichristen direct kan aanpakken? Geen enkele. Daarom zullen valse leiders de broeders en zusters absoluut niet beschermen tegen de verstoringen van kwaadaardige mensen en de misleiding van antichristen. De meeste valse leiders ontwikkelen niet alleen geen zelfkennis nadat ze uit hun functie zijn ontheven, maar ze klagen ook veel en mopperen dat Gods huis onrechtvaardig tegenover hen is. Ze zeggen dat dit een voorbeeld is van het spreekwoord: zolang de ezel zakken draagt, heeft de mulder hem lief, en beweren dat ze zich hebben ingespannen maar geen waardering hebben gekregen en dat hen onrecht is aangedaan. Als je hen ontmaskert als valse leiders, blijven ze opstandig en denken: ik heb enkele jaren als leider gediend; zelfs als ik geen prestaties heb geleverd, heb ik op zijn minst ontberingen doorstaan. Waarom ben ik uit mijn functie ontheven? Zolang de ezel zakken draagt, heeft de mulder hem lief! Hoe je hen ook ontmaskert, ze blijven opstandig. Ze zeggen zelfs: “Wanneer ik een antichrist ontdekte, werd ik zo bezorgd dat ik er vaak zweren in de mond van kreeg en niet goed kon slapen. Hoe zou ik zo’n last kunnen hebben als ik een valse leider was?” Ze deden niets van het noodzakelijke werk, waren niet in staat er ook maar iets van te doen en wisten niet eens wat ze moesten doen, en toch slagen ze erin zichzelf te bewonderen. Is dat niet problematisch? Hoe walgelijk is dat!
Wat de verschillende problemen betreft die in de kerk opkomen, weten valse leiders duidelijk dat die van dien aard zijn dat ze het werk van de kerk hinderen en verstoren, maar toch negeren ze die. Wanneer ze duidelijke problemen zien, doen ze slechts plichtmatig wat van hen verwacht wordt en durven ze de kritieke essentie van de kwesties niet te ontmaskeren. Ze insinueren alleen een paar dingen en doen een paar aanmaningen door doctrines te prediken zonder de kwesties wezenlijk aan te pakken, en dat is het dan. Wanneer ze kwaadaardige mensen en antichristen tegenkomen, staan ze machteloos en nemen ze een onverschillige houding aan, alsof het niets met hen te maken heeft. Ze weten niet wat de meest geschikte manier is om deze kwesties te behandelen, weten niet wat ze moeten zeggen om de problemen op te lossen, weten niet hoe ze de broeders en zusters moeten beschermen en dragen geen enkele last. Het enige waar ze over beschikken is een beetje goede wil: “Ik weet dat je een kwaadaardig iemand bent. Ik zal je de broeders en zusters niet laten verstoren en schaden. Zolang ik in deze positie ben, moet ik de broeders en zusters beschermen en mijn verantwoordelijkheid tot het einde vervullen.” Wat is het nut hiervan? Heb je het probleem opgelost? Zullen de antichristen stilzitten terwijl jij je volop zorgen maakt? Zullen ze stoppen met het verstoren van het werk van de kerk? Wanneer ze zien dat je een nutteloze en laffe leider bent, een nietsnut zonder wijsheid en zeker zonder werkvermogen, zullen ze je totaal niet serieus nemen. De meeste antichristen en kwaadaardige mensen zijn bijzonder sluw en verraderlijk. Ze misleiden en verstoren de broeders en zusters, en jij hebt geen enkele manier om hen te stoppen of in te perken. Je weet ook niet bij wie je hulp moet zoeken om de kwesties op te lossen; je bent alleen maar bezorgd en opgewonden, en huilt terwijl je bidt. Je ziet er zo zielig uit; het lijkt alsof je zoveel rekening houdt met Gods bedoelingen en zoveel om de broeders en zusters geeft. Zelfs als het gaat om zulke duidelijk kwaadaardige mensen als antichristen kun je hen nog niet aanpakken. Je bent niet in staat de handelingen en gedragingen van antichristen volgens de waarheid te ontleden, noch ben je in staat de bedoelingen, motieven en gedragingen van antichristen openbaar te ontmaskeren om de broeders en zusters te helpen onderscheidingsvermogen te ontwikkelen. Je kunt niets van dit alles doen. Sommige valse leiders zeggen zelfs: “Niemand mag antichristen ontmaskeren. Als de broeders en zusters weten dat het antichristen zijn en hen mijden, zullen de antichristen wraak zoeken.” Ben je dan geen nutteloze lafaard? Kunnen zulke mensen het kerkwerk aan? Kunnen zij de broeders en zusters beschermen zodat ze een normaal kerkleven kunnen leiden? Wat voor methode is dit om de problemen op te lossen? Wanneer er niets aan de hand is, kunnen ze eindeloos doctrines prediken, maar wanneer er iets gebeurt, zijn ze verward en kunnen ze alleen maar huilen. Zijn het geen nutteloze lafaards? Terwijl ze toekijken hoe de broeders en zusters worden misleid door antichristen en verstoord door kwaadaardige mensen, staan ze machteloos en weten ze niet hoe ze moeten reageren. Ze weten niet eens hoe ze het meest elementaire moeten doen, namelijk zich verenigen met de broeders en zusters in de kerk die relatief een gevoel van gerechtigheid hebben, menselijkheid bezitten en de waarheid kunnen aanvaarden, om samen te communiceren, Gods woorden te gebruiken om deze problemen op te lossen, en de antichristen te ontmaskeren en te onderscheiden. Is zo iemand niet nutteloos? (Ja.) Sommige valse leiders zijn overdreven voorzichtig, laf en nutteloos. In welke mate zijn ze laf en nutteloos? Wanneer kwaadaardige mensen naar voren komen om het werk van de kerk te hinderen en te verstoren, en daarbij bijzonder grof en aanmatigend spreken, zijn ze zo bang dat ze beven en denken: ik durf hen niet aan te pakken. Ze zijn gevaarlijk; het zijn kwaadaardige mensen in de wereld. Als ik hen ontmasker om de broeders en zusters te beschermen, zullen ze zeker iets tegen me vinden en wraak nemen. Hoe kan ik dan leider blijven? Ze weten waar ik woon. Zullen ze mijn familie kwaad doen? Zullen ze me aangeven omdat ik in God geloof? Zulke valse leiders kunnen het kerkwerk niet op zich nemen. Hun buitensporige angst houdt hen gevangen in passiviteit; vanzelfsprekend kunnen ze onmogelijk de principes begrijpen voor het aanpakken van zulke kwesties en zulke mensen. Iemand die wordt gekenmerkt als een hinderaar en verstoorder van het werk van de kerk is niet iemand die slechts af en toe een fout maakt. Nee, zijn menselijkheid is zo kwaadaardig dat hij altijd roekeloze wandaden begaat en talrijke slechte daden pleegt. Zulke individuen hebben ongetwijfeld de essentie van kwaadaardige mensen. Het aanpakken van kwaadaardige mensen vereist ook enkele wijze methoden. Je moet rekening houden met de achtergrond en de omgeving en met welke acties de kwaadaardige mensen zouden kunnen ondernemen nadat ze zijn aangepakt, en of dit problemen voor de kerk zou kunnen veroorzaken. Alleen door deze aspecten zorgvuldig te overwegen, kun je de zaak op de juiste manier aanpakken, op een manier die overeenkomt met de waarheidsprincipes en wijsheid toepast. Degenen die de waarheid begrijpen, zullen onbewust de principes vatten wanneer ze zulke kwesties aanpakken. Terwijl ze dit werk doen, zullen ze geleidelijk begrijpen hoe ze verschillende mensen moeten behandelen, manieren en methoden ontwikkelen en wijsheid in hun hart hebben. Maar valse leiders missen deze manieren, methoden en wijsheid volledig. Dit komt omdat ze geen rekening houden met Gods bedoelingen; ze overwegen niet of het werk van Gods huis zal worden beïnvloed, en of de leiders en werkers gevaar zullen lopen. Omdat ze deze dingen niet overwegen, gaan ze zonder principes en al helemaal zonder wijsheid met zaken om. Valse leiders kunnen deze problemen niet aanpakken en trekken er geen lessen uit, wat bewijst dat ze onwillig zijn om te leren, onbekwaam zijn, de juiste taken verwaarlozen en niet in staat zijn enig werk te doen. Wanneer ze kwaadaardige mensen en antichristen kwaad zien doen en verstoringen zien veroorzaken, ontmaskeren ze deze mensen niet en lossen ze de kwesties niet op. Ze denken alleen aan het beschermen van hun eigen belangen, zonder enige aandacht voor het werk van de kerk of de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk. Sommige valse leiders gedragen zich intimiderend tegenover de zwakken en vrezen tegelijkertijd degenen die machtiger zijn dan zij; ze intimideren degenen die relatief zachtmoedig zijn en pronken tegenover hen meedogenloos met hun macht, maar wanneer ze kwaadaardige mensen en antichristen tegenkomen, zijn ze één en al glimlach en vleierij. Kan God van zulke principeloze valse leiders en valse werkers houden? Absoluut niet. Kan Gods huis mensen die de zwakken intimideren en de sterken vrezen, en geen gevoel van gerechtigheid hebben, cultiveren tot leiders en werkers? Absoluut niet! Deze mensen zijn allemaal niet-gelovigen en ongelovigen die geen geweten of verstand hebben en de waarheid totaal niet aanvaarden, en Gods huis wil hen niet.
Wanneer er problemen ontstaan in het werk van een valse leider, is zijn reactie altijd om de verantwoordelijkheid te ontlopen. Zijn meest gehoorde uitspraak is: “Ik heb met hen gecommuniceerd.” De implicatie hiervan is: “Ik heb alles gezegd wat ik moest zeggen, dus is het hun verantwoordelijkheid als er iets misgaat. Ik heb er niets mee te maken.” Daarom is de zin “Ik heb met hen gecommuniceerd” een talisman en motto voor valse leiders. Als een valse leider een antichrist eigen rechter ziet spelen, en ziet hoe deze zich losbandig gedraagt en onrust veroorzaakt in de kerk, gebruikt ook hij de methode van communicatie en hulp. Nadat hij een paar vermanende en waarschuwende woorden heeft gesproken, gaat hij ervan uit dat de antichrist gehoorzaam en onderworpen zal zijn en niet langer mensen zal misleiden of het kerkleven zal verstoren. Is dat geen dwaze veronderstelling? Met zo’n dwaze aanpak om de verstoringen van antichristen te beperken gaat een valse leider te werk, en dit is werkelijk volkomen dwaas! Een valse leider doet niets, maar houdt zich blindelings bezig met werk dat niet van werkelijk nut is. Hij houdt zich alleen bezig met algemene zaken, terwijl hij niet in staat is fundamenteel werk te verrichten. Hij begiet degenen die in staat zijn de waarheid te aanvaarden niet, hij beperkt degenen die hinderen en verstoren niet, en hij verwijdert degenen niet die roekeloos wandaden begaan en weigeren te veranderen ondanks herhaalde vermaningen. Hij besteedt vooral geen aandacht aan de manier waarop antichristen kwaad doen en verstoringen veroorzaken. Hij ontmaskert noch onderscheidt hen, noch verwijdert of verdrijft hij hen, en staat toe dat antichristen kwaad doen en het werk van de kerk verstoren. Het kan hem niets schelen en hij denkt dat de slechte daden van antichristen niets met hem te maken hebben. Valse leiders zijn in hun werk alleen in staat om plichtmatig te handelen; ze doen een beetje algemeen werk en denken dan dat ze werkelijk werk hebben verricht en dat ze als leiders en werkers aan de norm voldoen. Ongeacht wie het werk van de kerk verstoort en hindert, ratelen ze alleen maar wat doctrines tegen hen af, geven een paar aanmaningen en herinneringen, en denken dat het probleem is opgelost. Ze zijn de hele dag druk in de weer, bemoeien zich met grote en kleine zaken en vinden dat ze goed werk leveren. Ze scheppen zelfs op en zeggen: “Kijk naar onze kerk. Iedereen wordt goed ingezet: degenen die het evangelie kunnen prediken, prediken het evangelie, degenen die video’s kunnen maken, maken video’s, degenen die kunnen zingen, nemen gezangen op – ons kerkleven bloeit!” Ze zien echter de vele verborgen problemen in de kerk totaal niet. Ze durven die kwaadaardige mensen en niet-gelovigen die consequent het kerkleven hinderen en verstoren niet aan te pakken, dus negeren ze hen. Ze sluiten hun ogen voor de antichristen die hun eigen gang gaan, en die allemaal proberen mensen voor zich te winnen en hun eigen kleine groepjes te vormen. Ze zijn niet in staat de vele vragen te beantwoorden die worden gesteld door nieuwe gelovigen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid. In plaats van manieren te vinden om deze werkelijke problemen op te lossen, proberen valse leiders ze altijd te vermijden en beweren ondertussen nog steeds dat ‘het kerkleven bloeit’. Is dat niet schijn en bedrog? Valse leiders laten deze niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen in de kerk blijven zonder hen te verwijderen of aan te pakken, en staan hun toe roekeloos wandaden te begaan en het kerkleven in een complete chaos te veranderen, terwijl ze doen alsof ze het niet zien. Zulke valse leiders zijn extreem blind! Ze houden niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen de hand boven het hoofd en zijn hier zelfs trots op, in de veronderstelling dat het niet verwijderen van deze gedegenereerden liefdevol is en Gods uitverkoren volk beschermt. Is dit niet het hinderen en verstoren van het werk van de kerk? Is dit niet het opzettelijk weerstaan van God en tegen Hem ingaan? Maar valse leiders zijn zich hier totaal niet van bewust. Als je hun vraagt of deze werkelijke problemen zijn opgelost, zeggen ze: “Ik heb hen gesnoeid; ik heb met hen gecommuniceerd,” waarmee ze impliceren dat de problemen zijn opgelost en dat deze niets meer met hen te maken hebben. Is dat niet het ontlopen van verantwoordelijkheid? Wanneer iemand wangedrag vertoont, vindt een valse leider dat hij, zolang hij de dader maar plichtmatig snoeit en hem enkele herinneringen en aanmaningen geeft, zijn werk heeft gedaan en het probleem heeft opgelost. Is dat geen bedrog? Valse leiders slagen er duidelijk niet in om niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen direct te verwijderen, en dan komen ze met loze excuses en zeggen: “Ik heb met hen over Gods woord gecommuniceerd, ze hebben allemaal erkend wat ze deden en voelden berouw, en ze huilden allemaal en zeiden dat ze zich beslist zouden bekeren en niet langer zouden proberen hun eigen onafhankelijke koninkrijk te stichten.” Houden deze valse leiders zichzelf niet gewoon voor de gek, als kinderen die vadertje en moedertje spelen? Deze niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen zijn allemaal mensen die afkerig zijn van de waarheid. Geen van hen aanvaardt de waarheid en ze zijn niet de doelwitten van Gods redding; veeleer zijn ze de doelwitten van Gods verwerping en haat. Maar valse leiders behandelen deze niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen als broeders en zusters en helpen hen liefdevol. Wat is de aard van het probleem hier? Zijn het dwaasheid en onwetendheid die hen ervan weerhouden deze mensen duidelijk te zien, of proberen ze hen te behagen uit angst hen te beledigen? Wat de reden ook is, het belangrijkste is dat valse leiders geen werkelijk werk doen, en dat ze de waarheid niet aanvaarden en hun fouten niet toegeven wanneer ze worden gesnoeid. Dit is voldoende om aan te tonen dat valse leiders totaal geen waarheidswerkelijkheid bezitten. Ze werken niet volgens de werkregelingen van Gods huis, en handelen vooral bij het werk van het reinigen van de kerk op een plichtmatige manier. Ze handelen slechts plichtmatig door een paar duidelijk kwaadaardige mensen weg te zuiveren. Wanneer ze worden ontmaskerd en gesnoeid, vinden ze zelfs verschillende redenen en excuses om de verantwoordelijkheid te ontlopen en voor zichzelf te pleiten. Daarom is een valse leider die geen werkelijk werk doet een struikelblok dat de uitvoering van Gods wil belemmert. Valse leiders doen alleen een beetje oppervlakkig, algemeen werk, dat geen enkele waarde heeft. Ze lossen de verschillende problemen die in de kerk opkomen nooit op; ze gaan die eenvoudigweg uit de weg. Dit vertraagt niet alleen de normale voortgang van het werk van de kerk, maar beïnvloedt ook de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk. Zonder twijfel hinderen en verstoren valse leiders het werk van de kerk en houden ze niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen de hand boven het hoofd. Op het kritieke moment van de geestelijke strijd staan ze aan de kant van kwaadaardige mensen en antichristen om God te weerstaan en te bedriegen. Is dat geen uiting van verraad aan God? Afgaande op de zienswijzen en gedragingen van valse leiders is het duidelijk dat het eenvoudigweg geen mensen zijn die de waarheid nastreven, dat ze de waarheid totaal niet begrijpen en dat ze totaal niet in staat zijn om het werk van leiderschap te doen.
Valse leiders behandelen mensen niet op basis van Gods woorden, maar volgens hun eigen voorkeuren. Ze handelen zonder enige principes en doen wat ze maar willen. Wanneer ze antichristen de kerk zien verstoren, haten valse leiders hen niet. Ze geloven dat wanneer ze de antichristen enkele van Gods woorden voorlezen dit hun hinder en verstoringen wel kan beperken. Wat voor soort mensen zijn antichristen? Het zijn duivels, het zijn Satans! Hoeveel jaren ze ook in God hebben geloofd, antichristen aanvaarden de waarheid totaal niet en kunnen het werk van de kerk hinderen en verstoren en de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk verstoren. Het zijn de duivels en Satans in levenden lijve. Valse leiders hopen antichristen berouw te laten voelen en van gedachten te laten veranderen door hun een paar passages van Gods woorden voor te lezen. Is dat niet extreem dwaas? Mensen als antichristen aanvaarden de waarheid totaal niet. Hoeveel slechte daden ze ook begaan, ze zullen niet over zichzelf nadenken of zichzelf leren kennen, en hoeveel fouten ze ook maken, ze zullen hun fouten niet toegeven. Het zijn ellendelingen die voor de hel bestemd zijn, en toch denk je dat het lezen van een paar passages van Gods woorden en het aanbieden van enkele woorden van aansporing hen kan veranderen – is dat geen wensdenken? Als de verdorven mensheid zo gemakkelijk de waarheid kon aanvaarden, zou God het werk van oordeel en tuchtiging niet hoeven te verrichten. Waarom spreekt God zoveel woorden en drukt Hij zoveel waarheden uit in Zijn werk? Omdat het redden van mensen niet gemakkelijk is, omdat de moeilijkheden van mensen te talrijk zijn en hun opstandigheid te groot is! Alleen degenen die de waarheid kunnen aanvaarden, kunnen worden gered. Degenen die afkerig zijn van de waarheid en de waarheid haten, kunnen niet worden gered. Valse leiders geloven echter dat als ze enkele strenge woorden spreken tegen niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen, deze individuen berouw zullen voelen en zichzelf zullen leren kennen, en dat als de valse leiders vervolgens enkele aanmanende en troostende woorden tegen hen zeggen, ze zich zullen bekeren, waardoor ze hun gedachten bij het vervullen van hun plichten kunnen houden, trouw worden en een verandering van gezindheid ondergaan, en antichristen in volgzame schapen veranderen. Is dat geen dwaas idee? Dit idee is extreem dwaas! Dit is als het gebrabbel van een krankzinnige – hoe zouden de dingen zo eenvoudig kunnen zijn! God verricht het werk van het oordeel al meer dan dertig jaar, en hoeveel zelfkennis en transformatie hebben mensen bereikt? Slechts een minderheid van de mensen heeft enige resultaten geboekt. Degenen die de waarheid niet liefhebben, begrijpen, hoeveel preken ze ook beluisteren, hooguit enkele doctrines. Hun levensgezindheid is totaal niet veranderd, en zelfs goede gedragingen en goede daden worden zelden bij hen gezien. Wat voor soort mensen zijn dit? Het zijn mensen die zich alleen maar vol eten aan broden – ze aanvaarden de waarheid totaal niet. Ze richten zich alleen op het genieten van Gods genade en streven alleen naar zegeningen; het zijn niets anders dan vermomde beesten! Mensen zijn diep verdorven door Satan; ze zijn vol van verdorven gezindheden, en hun botten en bloed zijn gevuld met Satans vergif. Als ze de waarheid, of Gods oordeel en tuchtiging, niet kunnen aanvaarden, hoe kunnen ze zich dan werkelijk aan God onderwerpen? Hoe kunnen ze hun plichten trouw vervullen? Hoe kunnen ze God vrezen en het kwaad mijden? Kan het verkrijgen van redding zo eenvoudig zijn als mensen zich voorstellen? Satan heeft de mensen duizenden jaren lang verdorven, zozeer dat ze duivels zijn geworden. Nu is God gekomen om hen te redden, en hoeveel woorden Hij ook spreekt, mensen die duivels zijn geworden weer in menselijke wezens veranderen is een ongelooflijk moeilijke taak. Niet alleen moet God vele waarheden uitdrukken, mensen moeten ook hun uiterste best doen om mee te werken door de waarheid na te streven, te aanvaarden en te beoefenen – alleen dan kunnen ze zich losmaken van Satans invloed en Gods redding verkrijgen. God zei eens: “Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.” Hoewel veel mensen in God geloven, kunnen alleen degenen die werkelijk Gods oordeel en tuchtiging ervaren en zich volledig aan Zijn werk onderwerpen, worden gereinigd en vervolmaakt. Die niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen die niet het geringste beetje waarheid aanvaarden, zijn in hun hart afkerig van de waarheid; zij zullen nooit Gods redding verkrijgen en kunnen alleen door Gods werk worden onthuld en geëlimineerd. Valse leiders hebben geen begrip van Gods werk. Ze denken in zulke eenvoudige termen over Gods werk van het redden van mensen, en geloven dat wanneer ze enkele woorden van God voorlezen aan kwaadaardige mensen en antichristen en enkele harde woorden spreken die hen moeten snoeien, zij zich wel zullen bekeren en wel zullen veranderen, en trouw zullen worden in het vervullen van hun plichten. Wat is hier het probleem? Naast het feit dat valse leiders de waarheid niet nastreven en de waarheid niet begrijpen, ligt het probleem ook in het extreem povere kaliber dat ze hebben. Daarom hebben ze totaal geen begrip als het gaat om Gods werk en hoe God mensen redt. Om te zien wat iemands essentie is, of hij de waarheidswerkelijkheid bezit en hoe hij behandeld moet worden, moet je kijken naar zijn kaliber en zijn houding ten opzichte van de waarheid. Je moet observeren hoe zijn begrip van de waarheid is en of hij de waarheid kan aanvaarden. Op basis waarvan kun je dan meten of iemand de waarheid kan bevatten? Dat hangt voornamelijk af van de kwaliteit van zijn kaliber en of zijn begrip van Gods woorden zuiver is. Sommige mensen worden vijftig of zestig jaar oud en kunnen nog steeds de essentie en de werkelijkheid van de verdorvenheid van de mensheid niet doorzien. Ze stellen zich de menselijke samenleving nog steeds als iets moois voor en willen in vrede en harmonie met anderen leven. Is dat niet extreem dwaas en naïef? Als het geloof in God iedereen in goede mensen kon veranderen, zou Gods werk van oordeel en tuchtiging dan nodig zijn om mensen te redden? Valse leiders kenmerken verschillende mensen niet op basis van Gods woorden, maar alleen op basis van hun uiterlijke gedrag en persoonlijke indrukken. Het werk dat ze doen is ook erg oppervlakkig, als kinderen die vadertje en moedertje spelen. Ze denken dat ze af en toe de juiste woorden van God kunnen vinden om op een bepaalde situatie toe te passen, en dat als ze alleen maar enkele van Gods woorden aan de mensen voorlezen dit hen al zal veranderen: “Kijk, onder mijn leiding en aanmaning, met mijn liefdevolle hulp, hebben Gods woorden effect gehad op de mensen. Ze willen geen antichristen meer zijn en zijn bereid hun zienswijzen op het geloof in God te veranderen. Ze zullen niet langer wedijveren om macht en gewin, noch zullen ze onafhankelijke koninkrijken stichten; ze zullen het werk van de kerk niet langer hinderen en verstoren, en ze zullen de broeders en zusters niet langer misleiden of voor zich winnen!” Kun je hen inperken? Je kunt degenen die werkelijk kwaadaardige mensen zijn en die hinder en verstoringen veroorzaken nooit inperken. Omdat ze de essentie van kwaadaardige mensen hebben, begaan ze op elk moment van de dag of nacht slechte daden; telkens wanneer ze de kans krijgen, doen ze kwaad. Is het dan goed als je hen niet uit de kerk verwijdert? Zullen ze vrijwillig met hun slechte daden stoppen? Het zijn geen mensen; het zijn duivels en Satans! Hoeveel jaren hebben duivels en Satan God weerstaan? Ze weerstaan God tot op de dag van vandaag. Antichristen en allerlei kwaadaardige mensen die Gods werk en de normale orde van de kerk hinderen en verstoren, zijn de duivels en Satans in levenden lijve; het zijn de vijanden in het werkelijke leven. Kunnen ze hun essentie veranderen door een paar woorden van jou of door je liefdevolle hart? Je bent zo dwaas! Je denkt dat je mensen alleen omdat jij een beetje doctrine begrijpt van de zonde kunt redden? Kun je hen redden? Ze zijn voor de hel bestemd, en jij denkt dat een paar mooie woorden hen kunnen veranderen. Is het zo gemakkelijk? Als mensen zo gemakkelijk te redden waren, zou God niet zoveel woorden hoeven te spreken of het werk van oordeel en tuchtiging hoeven te verrichten. Zou Hij in dat geval zoveel tijd en zoveel van het bloed van Zijn hart moeten besteden om mensen te redden?
Nu zijn er in de kerk al verschillende mensen onthuld en naar hun soort ingedeeld. Iedereen moet worden geclassificeerd volgens zijn type, en er zijn principes en bestuurlijke decreten in Gods huis die regelen hoe verschillende typen mensen moeten worden behandeld en aangepakt. God toont geduld en verdraagzaamheid, genade en goedertierenheid, en een rechtvaardige gezindheid – maar vergeet niet dat God ook toorn en majesteit heeft. Sommige mensen zeggen: “God wil dat iedereen gered wordt en wil niet dat iemand naar de verdoemenis gaat.” Dit is waar, maar God verlangt dat ‘iedereen’ wordt gered, niet elk ding of elke duivel. Wanneer mensen naar de verdoemenis gaan, voelt God verdriet en smart. Wanneer duivels ten onder gaan, is dat hun terechte einde en verdiende straf; God treurt niet om hen. Dit is Gods gezindheid en Zijn principe in de omgang met mensen. Mensen willen God altijd tegenspreken en denken dat die niet-gelovigen, kwaadaardige mensen en antichristen ook mensen zijn. Ze geloven dat degenen die consequent het werk van de kerk hinderen en verstoren ook mensen zijn, dat degenen die wedijveren om status en onafhankelijke koninkrijken stichten ook mensen zijn, en dat degenen die zich consequent losbandig gedragen ook mensen zijn. Ze rekenen al deze individuen die van het slag van duivels zijn tot Gods uitverkoren volk. Is dat niet absurd? Gaat dat niet in tegen wat God verlangt? Omdat de manier waarop ze zaken bekijken volledig in tegenspraak is met Gods woorden en de waarheid, zijn hun meningen over verschillende negatieve figuren, duivels en Satans volledig tegengesteld aan Gods woorden en verschillen ze sterk. God heeft de duivels die Satan volgen nooit als mensen behandeld. Hoe kenmerkt God deze mensen? Het zijn dienaren van de duivel Satan; het zijn beesten. Valse leiders, uit hun goede bedoelingen en verwarde liefde, en gedreven door hun eigen wensdenken, behandelen deze niet-gelovigen, duivels en dienaren van Satan als broeders en zusters. Daarom tonen ze hun grote liefde en vriendelijkheid, en helpen en ondersteunen ze hen voortdurend. Als gevolg daarvan, omdat valse leiders hun steun, hulp en leiderschap uitbreiden naar die mensen, worden de ware broeders en zusters, degenen die God wil redden, ernstig verstoord; het kerkleven kan nooit op het juiste spoor komen en de broeders en zusters kunnen nooit normaal Gods woorden eten en drinken en over de waarheid communiceren zonder enige verstoring door kwaadaardige mensen. Is dat niet de ‘prestatie’ van valse leiders? Hun ‘prestatie’ is behoorlijk significant: niet alleen slagen ze er niet in de broeders en zusters te beschermen, ze geven ook onverdiend respect aan die kwaadaardige mensen en antichristen en bieden hen onverdiende bescherming. Is dit niet het verstoren van het werk van de kerk? De aard van wat valse leiders doen is verstoring, maar toch denken ze dat ze het werk van de kerk in stand houden en Gods uitverkoren volk helpen en ondersteunen. Hoe kijkt God tegen deze daden van valse leiders aan? God verafschuwt ze, Hij verafschuwt ze intens! Valse leiders doen geen werkelijk werk, maar richten zich op het veiligstellen van kwaadaardige mensen en treden op als dienaren van Satan. Dit leidt ertoe dat Gods uitverkoren volk – degenen die de waarheid liefhebben – niet de steun en het geestelijk voedsel van de kerk kunnen ontvangen, ondanks dat ze het kerkleven leiden en hun plichten willen vervullen. Hun veiligheid kan niet worden gegarandeerd. Valse leiders zijn zich totaal niet bewust van deze zaken en denken: ik behandel iedereen gelijk, dus waar klagen jullie over? Wat moet ik precies doen om jullie tevreden te stellen? Dit is wat het betekent om mensen eerlijk te behandelen. Jullie zijn gewoon kieskeurig en moeilijk tevreden te stellen! Hoe dan ook, ik ben verantwoording verschuldigd aan God; ik doe alles voor het aangezicht van God! Zijn ze niet ongevoelig voor rede aangezien ze zulke retoriek kunnen uitkramen? Zijn ze niet extreem dwaas? Ze zijn inderdaad niet voor rede vatbaar en extreem dwaas. Gods huis spreekt er elke dag over hoe God de mensheid redt, maar valse leiders begrijpen Gods woorden nooit. Ze denken dat, wie de persoon ook is, wat zijn essentie ook is, hoe slecht de dingen die hij heeft gedaan ook waren en hoe kwaadwillig zijn menselijkheid ook is, hij onder de leiding van Gods woorden en met de hulp van de liefdevolle steun van mensen, uiteindelijk berouw zal tonen en zal omkeren. Is deze zienswijze niet volledig verkeerd? (Ja.) Naast het feit dat ze een volledig foutief en absurd begrip hebben van Gods woorden, doen valse leiders ook alsof ze Gods bedoelingen begrijpen en tonen ze, eenzijdig denkend en handelend vanuit hun eigen zelfzuchtige verlangens, kwaadaardige mensen en antichristen vriendelijkheid en liefde. En wat is het resultaat? Ze beschermen uiteindelijk kwaadaardige mensen en antichristen, worden hun medeplichtigen en bieden hun kansen en een voedingsbodem om het werk van de kerk en het kerkleven te hinderen en te verstoren. Ondertussen worden de broeders en zusters die werkelijk bescherming nodig hebben door de valse leiders genegeerd. De valse leiders vragen hun nooit: “Hoe voelen jullie je over het feit dat deze kwaadaardige mensen en antichristen, en degenen die negativiteit uiten en noties verspreiden, in de kerk zijn? Gaan jullie ermee akkoord hen in de kerk te houden? Zijn jullie bereid om samen met hen jullie plichten te vervullen en het kerkleven te leiden?” Ze vragen nooit hoe de broeders en zusters zich hierover voelen. Wat denken jullie – zijn zulke leiders en werkers niet walgelijk? Ze opereren onder de vlag van leiders en werkers, dragen zulke titels, maar stellen in feite Satan en Satans dienaren veilig. Het is werkelijk triest! Als je zegt dat zulke leiders en werkers een pover kaliber hebben en geen werkelijk werk doen, zijn ze daar misschien niet van overtuigd. Ze zullen voelen dat hen onrecht aangedaan is en zullen denken dat ze elke dag druk zijn en niet stilzitten. Hoe kan het dan zijn dat ze geen werkelijk werk doen? Maar op basis van hun uitingen – het feit dat ze aangeven dat beide groepen mensen belangrijk zijn, dat ze denken dat beide groepen gelijk behandeld moeten worden, dat ze eerlijke behandeling als excuus gebruiken om kwaadaardige mensen en degenen die hinderen en verstoren in de kerk te laten overheersen, en dat ze diverse slechte daden in de kerk laten voortbestaan – wat zijn deze leiders en werkers dan? Op basis van hun uitingen, hun manier en principes van werken, en hun motieven om werk te doen, zijn het onmiskenbaar valse leiders en warhoofdige dwazen. Is het juist om dit te zeggen? (Ja.)
In de maatschappij, ongeacht tot welke groep of klasse mensen behoren, maakt men geen onderscheid tussen kwaadaardige en goede mensen, laat staan dat men bespreekt hoe Satan de mens verderft of wat de essentie van de verdorven mensheid is; men maakt zelfs geen onderscheid tussen goed en kwaad. Maar in Gods huis is alles gebaseerd op Gods woorden; de waarheid verandert nooit en Gods woorden volbrengen alles. In de kerk worden allerlei soorten mensen onthuld door Gods woorden en worden ze vanzelf ingedeeld naar hun soort. Allerlei soorten mensen moeten optimaal worden ingezet op basis van hun menselijkheid, streven en essentie. Is dit mensen indelen naar rang? Het is niet mensen indelen naar rang, maar hen categoriseren. Ieder mens moet worden ingedeeld naar zijn soort – hij moet worden geplaatst waar hij thuishoort. Vermenging is niet aanvaardbaar; vermenging is tijdelijk en duurt een vastgestelde periode. Als bijvoorbeeld onkruid en tarwe door elkaar groeien, en het wieden van het onkruid de tarwe zou schaden en mogelijk zou doen sterven, dan wordt het onkruid nog niet gewied. Maar het feit dat het niet gewied wordt, betekent niet dat het niet gecategoriseerd is – wanneer moet het onkruid dan worden gewied? Op het juiste moment; God zal de tijd rijp maken. Nu is de tijd aangebroken dat ieder naar zijn soort wordt ingedeeld; allerlei soorten mensen moeten worden gecategoriseerd. Dit is noodzakelijk. Waarom moet dit werk worden gedaan? Vanuit een theoretisch perspectief is er de basis van Gods woorden; vanuit het perspectief van de feitelijke situatie is er de noodzaak het te doen – het heeft praktische waarde en het is essentieel om het te doen. Wanneer het wieden van het onkruid geen gevolgen heeft voor de tarwe, moet het onkruid worden gewied en van de tarwe worden gescheiden. Als niet-gelovigen en kwaadaardige mensen – degenen die onkruid zijn – als broeders en zusters worden behandeld, is dat te onrechtvaardig voor alle broeders en zusters die zich oprecht volledig inzetten voor God. Enerzijds zullen deze mensen vaak worden verstoord, beïnvloed en geschaad door kwaadaardige mensen die het werk van de kerk hinderen en verstoren. Anderzijds begrijpen sommige mensen met een kleine gestalte de waarheid niet en zullen ze worden beperkt, negatief en zwak worden, of zelfs struikelen wanneer ze in contact komen met kwaadaardige mensen die hinderen en verstoren. Bovendien brengt alles wat degenen die hinderen en verstoren doen en elk woord dat ze zeggen chaos, wanorde en wanordelijke situaties teweeg. De meest realistische situatie is dat wanneer zij een plicht vervullen of enig werk doen, zij roekeloos wandaden begaan en geen principes volgen, wat leidt tot een gigantische verspilling van mankracht en materiële en financiële middelen, zonder dat er enig resultaat wordt bereikt. Wat gebeurt er uiteindelijk? Wanneer zij van hun taak worden ontheven, moet iedereen boeten voor hun slechte daden. Het werk moet opnieuw worden gedaan, en de mankracht, de materiële middelen, de tijd en de kostbare energie van iedereen die werd ingezet voordat deze individuen van hun taak werden ontheven, is door hun roekeloze wandaden verspild en kan niet worden gecompenseerd. De negatieve impact die zij op dit werk hadden, is te groot! Niemand kan deze verantwoordelijkheid dragen. Zelfs als het werk later goed wordt gedaan, kunnen de eerdere verliezen door niemand worden gecompenseerd. Sommige mensen zeggen dat men hen geld moet laten betalen; dit zou ook moeten gebeuren, maar kan geld tijd kopen? Kan geld de tijd en energie van de broeders en zusters kopen, of de oprechte prijs die zij hebben betaald? Nee, dat kan het niet – die zijn onbetaalbaar! Ongeacht hoeveel mensen hinder en verstoring veroorzaken in de kerk, de gevolgen zijn onmetelijk. De ingang in het leven van talloze broeders en zusters zal worden beïnvloed. Het verlies is aanzienlijk en kan niet worden gecompenseerd. Kan het verlies voor het leven van de broeders en zusters worden gecompenseerd? Wie zal voor dit verlies betalen? Deze kwaadaardige mensen moeten dus worden weggezuiverd. Zij zijn niet van dezelfde soort als de broeders en zusters die de waarheid nastreven. Zij behoren tot het kamp van duivels en Satan en komen naar Gods huis om te verstoren en te vernietigen. Als deze kwaadaardige mensen niet uit de kerk worden verwijderd, kunnen het werk van de kerk en de orde van het kerkleven nooit worden gegarandeerd. Ongeacht uit hoeveel mensen een bepaalde groep bestaat, zolang er onder hen één persoon is die hindert en verstoort – iemand die roekeloos wandaden begaat, nooit volgens principes handelt, nooit positieve dingen of de waarheid aanvaardt, naar niemand luistert, met moedwillige willekeur handelt ongeacht of hij enige status of macht heeft, en in wezen een levende Satan is – zo iemand zal, zolang hij in de kerk blijft, vroeg of laat grote verstoring en vernietiging brengen voor het werk van de kerk. Wanneer de dag komt om hem te verwijderen en aan te pakken, hoeveel mensen zullen dan de nadelige gevolgen en de wanorde die hij heeft veroorzaakt moeten opruimen! Daarom is het verwijderen of verdrijven van deze kwaadaardige mensen en antichristen een belangrijke taak die leiders en werkers op zich moeten nemen en waar ze niet achteloos mee om mogen gaan. Valse leiders tonen degenen die verwijderd of verdreven zouden moeten worden echter vriendelijkheid en liefde, zien hun slechte daden door de vingers, tolereren hen en behandelen hen als broeders en zusters. Ze beschouwen degenen die voor hen van nut zijn zelfs als getalenteerde mensen en cultiveren hen en zetten hen in. Wat voor slechte dingen ze ook doen, valse leiders vinden altijd excuses om hen vrij te pleiten en geven hun zelfs liefdevolle hulp en ondersteuning. Is dit tot op zekere hoogte geen opzettelijke verstoring? (Ja.) Valse leiders handelen volgens hun eigen ideeën en hun eigen goedheid en enthousiasme, en veroorzaken uiteindelijk grote problemen voor de kerk en Gods uitverkoren volk! Als deze kwaadaardige mensen macht hebben, zijn de rampen en gevolgen die zij in de kerk veroorzaken niet te overzien.
Momenteel geldt in Gods huis de regeling dat iedereen die wandaden begaat, de schade die hij aan Gods huis toebrengt, moet vergoeden. Als de schade te groot is en de gevolgen ernstig zijn, kan het probleem dan worden opgelost door alleen maar de schade met geld te compenseren? Sommige verliezen kunnen met geen enkel geldbedrag worden goedgemaakt; ze zijn onherstelbaar en onomkeerbaar. Op dit moment is elke dag zeer kostbaar en cruciaal. Als een dag voorbij is, kan die tijd dan worden teruggehaald? Ook dat is onomkeerbaar. Waarom zeggen we als we bepaalde dingen mislopen dat we daar levenslang spijt van hebben? Precies omdat verloren tijd niet meer kan worden teruggewonnen. Wat bedoel Ik hiermee? Het is het beste om problemen te voorkomen voordat ze zich voordoen, in plaats van na afloop geld uit te geven om ze op te lossen. Voorkomen is de beste manier om problemen op te lossen. De put dempen als het kalf verdronken is, is een laatste redmiddel. Het is het beste om preventief te werk te gaan voordat er dingen gebeuren. Dit betekent dat leiders en werkers, voordat er hinder of verstoringen optreden, een duidelijk onderscheidingsvermogen en een grondig begrip moeten hebben van de verschillende soorten mensen in de kerk, en de gesteldheden, de gezindheden en het streven van allerlei soorten mensen, en de houdingen en zienswijzen van die mensen bij het doen van hun plicht, zorgvuldig moeten observeren en tijdig moeten doorgronden. Zo moeten ze ervoor zorgen dat alle broeders en zusters een normaal kerkleven en een normale omgeving hebben om hun plichten te vervullen. Op deze manier kan het werk van de kerk ordelijk verlopen. Dit zijn de verantwoordelijkheden van leiders en werkers. Valse leiders zijn natuurlijk niet geschikt voor dit werk; het zijn warhoofdige dwazen en nietsnutten. Nu hebben ze een slim idee: iedereen die de principes niet volgt en het werk verprutst, krijgt een boete! Als een antichrist iets verkeerds doet, krijgt hij een boete! Ze denken dat het opleggen van boetes de beste oplossing en het beste beoefeningsprincipe is. Als alle problemen konden worden opgelost door boetes op te leggen, wat is dan het nut van het nastreven van de waarheid? Waarom wordt een valse leider vals genoemd? Omdat hij de waarheid niet begrijpt, en hij het volgen van regels beschouwt als het beoefenen van de waarheid en de woorden en doctrines die hij begrijpt als de waarheid beschouwt. Wanneer er dingen gebeuren, kan hij absoluut niet de juiste principes of richting vinden en kan hij problemen niet bij de wortel aanpakken. Hij begrijpt Gods woorden niet en kan totaal niet vatten wat God bedoelt, maar wil toch werken en een leider of werker zijn – hoe dwaas! Wat is in dit opzicht de belangrijkste uiting van een valse leider? Hij kan de essentie van de verschillende soorten mensen die het werk van de kerk hinderen en verstoren niet doorzien, kan hen niet categoriseren en kan hen zeker niet volgens principes behandelen en aanpakken. In het hoofd van een valse leider is dit alles een verwarde chaos. Hij speculeert over Gods woorden en wat Hij bedoelt op basis van zijn enthousiasme en zijn eigen noties en verbeeldingen. Tegelijkertijd legt hij zijn goedheid, enthousiasme en persoonlijke verbeeldingen en noties op aan God, in de overtuiging dat deze dingen overeenstemmen met de waarheid, overeenstemmen met Gods bedoelingen en kunnen vertegenwoordigen wat God verlangt. Zo vertrouwt hij op deze dingen om te werken en Gods uitverkoren volk te leiden. Dit is de belangrijkste uiting van een valse leider. We zullen hier onze communicatie over de tweede uiting van valse leiders beëindigen.
III. Valse leiders ontmaskeren en stoppen kwaadaardige mensen niet
Vervolgens zullen we communiceren over de derde uiting van valse leiders, namelijk dat ze mensen die het werk van de kerk hinderen en verstoren negeren en geen navraag naar hen doen. Zelfs wanneer ze ontdekken dat kwaadaardige mensen en antichristen het werk van de kerk verstoren, besteden ze er geen aandacht aan. Dit is van ernstiger aard dan de eerste twee uitingen. Waarom wordt gezegd dat het ernstiger is? De eerste twee uitingen hebben te maken met het kaliber van valse leiders, maar deze uiting heeft te maken met de menselijkheid van valse leiders. Sommige valse leiders hebben zo’n pover kaliber dat ze de aard van het hinderen en verstoren van het werk van de kerk niet kunnen doorzien. Sommige valse leiders begrijpen, hoewel ze de problemen van het hinderen en verstoren van het werk van de kerk kunnen ontdekken, helaas de waarheid niet en kunnen deze problemen niet aanpakken en oplossen. Ze handelen altijd volgens hun eigen ideeën en enthousiasme, doen wat ze graag doen, en denken in hun hart: zolang ik het werk van de kerk doe, is het prima; wat betreft mensen die hinderen en verstoren, dat is hun persoonlijke zaak en heeft niets met mij te maken. Er zijn ook enkele valse leiders die een beetje kaliber hebben en een beetje werk kunnen doen, en die iets weten over de principes voor het aanpakken van elk soort persoon. Ze zijn echter bang om mensen te beledigen. Wanneer ze dus ontdekken dat kwaadaardige mensen en antichristen hinder en verstoringen veroorzaken, durven ze hen niet te ontmaskeren, te stoppen of in te perken. Ze leven volgens satanische filosofieën en sluiten hun ogen voor zaken die naar hun gevoel niets met hen te maken hebben. Het kan hun totaal niet schelen wat de resultaten van het werk van de kerk zijn, of hoeveel de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk wordt beïnvloed; ze denken dat zulke dingen niets met hen te maken hebben. Tijdens de ambtstermijn van zo’n valse leider wordt dus de normale orde van het kerkleven niet gehandhaafd en worden de plichten en de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk niet beschermd. Wat is de aard van dit probleem? Het is niet zo dat deze valse leiders geen werk kunnen doen omdat hun kaliber pover is. Het is omdat hun menselijkheid pover is en het hun aan geweten en verstand ontbreekt dat ze geen werkelijk werk doen. In welk opzicht zijn valse leiders vals? Het ontbreekt hun aan het geweten en het verstand van de menselijkheid; daarom wordt tijdens hun werk als leiders het probleem van kwaadaardige mensen en antichristen die het werk van de kerk hinderen en verstoren, totaal niet opgelost. Sommige broeders en zusters worden ernstig geschaad en het werk van de kerk lijdt ook enorme verliezen. Wanneer dit soort valse leider een probleem opmerkt, wanneer hij een kwaadaardig persoon of een antichrist hinder of een verstoring ziet veroorzaken, weet hij wat zijn verantwoordelijkheid is, wat hij zou moeten doen en hoe hij het zou moeten doen, maar toch doet hij helemaal niets. Hij doet zelfs alsof zijn neus bloedt, negeert het volledig en rapporteert de zaak niet aan zijn superieuren. Hij doet alsof hij niets weet en niets ziet, en laat toe dat kwaadaardige mensen en antichristen het werk van de kerk hinderen en verstoren. Is er geen probleem met zijn menselijkheid? Behoort hij niet tot hetzelfde kamp als kwaadaardige mensen en antichristen? Welk principe hanteert hij als leider? Ik veroorzaak zelf geen hinder of verstoringen maar ik ga niets doen wat aanstoot geeft of de waardigheid van anderen kwetst. Typeer mij maar als een valse leider, ik zal nog steeds niets doen wat aanstoot geeft. Ik moet een uitweg voor mezelf openhouden. Wat voor logica is dat? Het is de logica van Satan. En wat voor gezindheid is dit? Is het niet heel sluw en bedrieglijk? Zo iemand is niet in het minst oprecht in zijn omgang met Gods opdracht; hij is altijd listig en glad in de vervulling van zijn plicht, met zoveel akelige berekeningen, en denkt in alles aan zichzelf. Hij besteedt niet de minste gedachte aan het werk van de kerk en heeft totaal geen geweten of verstand. Hij is het fundamenteel onwaardig om als kerkleider te dienen. Zulke mensen dragen niet de geringste last voor het werk van de kerk of de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk. Ze geven alleen om hun eigen belangen en genot; ze richten zich uitsluitend op het zich tegoed doen aan de voordelen van status, zonder zich ook maar enigszins te bekommeren om de toestand van Gods uitverkoren volk. Is dit niet de meest egoïstische en verachtelijke persoon? Zelfs wanneer hij ontdekt dat kwaadaardige mensen en antichristen het werk van de kerk verstoren, besteedt hij er geen aandacht aan, alsof deze zaken niets met hem te maken hebben. Het is als een herder die een wolf de schapen ziet opeten maar niets doet, en alleen maar om het behoud van zijn eigen leven geeft. Zo iemand is niet gekwalificeerd om een herder te zijn. Alles wat dit type valse leider doet, is gericht op het maximaal beschermen van zijn eigen reputatie, status, macht en de verschillende voordelen die hij momenteel geniet. Hij draagt in zijn hart geen last voor Gods opdracht, voor het werk van de kerk of voor de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk, wat hun plichten en verantwoordelijkheden zijn; daar denken ze nooit over na. Ze denken: waarom moet een leider deze taken uitvoeren? Waarom word je, als je deze taken niet uitvoert, gesnoeid en veroordeeld, en door de broeders en zusters verworpen? Ze begrijpen het niet en zijn volkomen onverschillig. Hoe goed zo’n soort persoon zich ook lijkt te gedragen, hoe hij zich ook aan de regels lijkt te houden, hoe zwijgzaam, hardwerkend en bekwaam hij ook lijkt te zijn, het feit dat hij zonder principes handelt en geen verantwoordelijkheid neemt voor het werk van de kerk, dwingt Mij in Mijn hart om hem met andere ogen te bekijken. Uiteindelijk heb Ik dit soort persoon als volgt gedefinieerd: hij maakt misschien geen grote fouten, maar hij is erg sluw en bedrieglijk; hij neemt totaal geen verantwoordelijkheid en handhaaft het werk van de kerk totaal niet – hij heeft geen menselijkheid. Ik vind dat hij op een bepaald dier lijkt – in zijn sluwheid lijkt hij een beetje op de vos. Men zegt dat vossen sluw zijn, maar in feite zijn deze mensen nog sluwer dan vossen. Oppervlakkig gezien lijkt het alsof ze geen kwaad hebben gedaan, maar in feite is alles wat ze zeggen en doen voor hun eigen roem, gewin en status. Alles wat ze doen is om te genieten van de voordelen van hun status, en ze houden totaal geen rekening met Gods bedoelingen. Ze lossen de problemen die in het werk van de kerk ontstaan helemaal niet op, en ze pakken ook de werkelijke problemen met betrekking tot de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk niet aan. Deze valse leiders doen geen enkel werk om Gods uitverkoren volk de waarheidswerkelijkheid binnen te leiden. Wat is nu precies het doel van alles wat ze doen? Is het niet alleen om mensen te behagen en ervoor te zorgen dat anderen hen hoogachten? Ze proberen op iedereen een goede indruk te maken zonder iemand te beledigen, en zo genieten ze van hun reputatie en de voordelen van hun status. Wat het meest haat opwekt, is dat al hun handelingen geen enkel voordeel opleveren voor de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk. In plaats daarvan misleiden ze de mensen, waardoor anderen hen bewonderen en verafgoden. Zijn deze mensen niet nog sluwer en bedrieglijker dan vossen? Het zijn schoolvoorbeelden van echte valse leiders. Ze hebben de status van leider en dragen deze titel, maar doen geen werkelijk werk. Ze zorgen alleen maar voor enkele zichtbare, oppervlakkige algemene zaken, of ze doen met tegenzin een beetje van het werk dat speciaal door de Boven is opgedragen. Als er geen speciale opdracht van de Boven is, doen ze geen enkel essentieel werk van de kerk. Wat betreft zaken die te maken hebben met het handhaven van het werk van de kerk en de orde van het kerkleven, zijn ze bang om mensen te beledigen en durven ze geen principes te handhaven. Ze lossen geen van de opgestapelde problemen in het werk van de kerk op, en zelfs wanneer ze zien dat de bezittingen van Gods huis worden verkwist door antichristen en kwaadaardige mensen, doen ze niets om dit te stoppen of in te perken. In hun hart weten ze duidelijk dat deze mensen kwaad doen en de belangen van Gods huis schaden, maar toch doen ze alsof hun neus bloedt en zeggen ze geen woord. Dit zijn de sluwe en bedrieglijke mensen. Zijn deze mensen niet sluwer dan vossen? Uiterlijk zijn ze vriendelijk tegen iedereen en doen ze niets om iemand te schaden, maar ze vertragen de belangrijke zaak van de ingang in het leven van Gods uitverkoren volk, het werk van de kerk en het werk van het verspreiden van het evangelie. Zijn zulke mensen het waard om leiders en werkers te zijn? Zijn het geen dienaren van Satan? Zijn zij niet degenen die het werk van de kerk hinderen en verstoren? Hoewel ze oppervlakkig gezien geen duidelijk kwaad hebben begaan, zijn de gevolgen van hun manier van werken nog ernstiger dan wanneer ze wel kwaad zouden hebben begaan. Ze belemmeren de uitvoering van Gods wil, weerstaan God en verstoren en hinderen het werk van de kerk. Ze schaden Gods uitverkoren volk en kunnen zelfs de hoop van Gods uitverkoren volk op redding vernietigen. Zeg Mij, is dit geen kwaad doen? Dit is precies wat een allemansvriend doet die totaal geen principes handhaaft. Mensen die de waarheid niet begrijpen, kunnen de verschrikkelijke gevolgen van de manier van werken van valse leiders niet volledig doorzien en kunnen hun bedoelingen, motieven en doelen niet doorgronden. Je zult nooit kunnen peilen wat ze werkelijk in hun hart willen doen – zulke mensen zijn te sluw! Figuurlijk gesproken zijn het sluwe vossen; nauwkeurig gesproken zijn het levende duivels, levende duivels onder de mensen!
Als het gaat om de vraag hoe deze valse leiders moeten worden gekenmerkt, kunnen ze op basis van hun gezindheidsessentie niet willekeurig worden ingedeeld in de categorieën van kwaadaardige mensen, antichristen, huichelaars, enzovoort. Echter, te oordelen naar wat ze uiten, zoals de uitingen van hun menselijkheid en hun houding ten opzichte van het werk van de kerk, en omdat ze de problemen die ze ontdekken niet aanpakken, zijn zij de meest verderfelijke soort valse leiders. Hoewel ze niet proactief kliekjes vormen of hun eigen onafhankelijke koninkrijken stichten, en zelden van zichzelf getuigen, en hoewel ze goed kunnen opschieten met de broeders en zusters, ontbering kunnen verdragen, een prijs kunnen betalen, geen offergaven stelen en zichzelf zelfs strikt beteugelen om geen speciale privileges te zoeken, stoppen ze, te oordelen naar hun verschillende uitingen, wanneer ze geconfronteerd worden met de verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen die het werk van de kerk hinderen en verstoren, of met de verschillende mensen die offergaven verkwisten en het eigendom van Gods huis beschadigen, hen niet en pakken ze hen niet aan, zeggen ze niets en doen ze geen werk. Zulke mensen zijn angstaanjagend! Ze zijn het meest verachtelijke type valse leiders; ze zijn onverbeterlijk! Waarom zeg Ik dat ze onverbeterlijk zijn? Het is niet zo dat ze een pover kaliber hebben of dat ze Gods woorden niet kunnen bevatten – ze hebben een zeker bevattingsvermogen en werkvermogen – maar wanneer ze ontdekken dat iemand het werk van de kerk hindert en verstoort, pakken ze het niet aan en lossen ze het niet op. Ze doen slechts met tegenzin een beetje van dit werk, wanneer ze te maken krijgen met het strikte toezicht en de frequente navraag van hun bovengeschikten, of wanneer ze zijn gesnoeid. Ongeacht of ze dit werk doen of niet, of hoe ze het doen, zichzelf beschermen is hun hoogste prioriteit. Ze vervullen de verantwoordelijkheden van leiders en werkers totaal niet. Afgezien van het beschermen van zichzelf en het handhaven van hun eigen belangen, doen ze geen essentieel werk en voeren ze slechts een beetje oppervlakkig werk uit waar ze niet onderuit kunnen. Niets kan hun schelen dan het beschermen van zichzelf. Zijn ze niet sluwer en listiger dan een vos? Sommige mensen zeggen: “Het is het instinct van een vos om kleine dieren te eten, dus is het niet ook het instinct van valse leiders om zichzelf te beschermen?” Is dit een instinct? Dit is hun aard! Deze valse leiders beschermen hun eigen status en reputatie en zorgen dat ze geen gezichtsverlies lijden, ze onderhouden relaties met de mensen en vermijden het beledigen van wie dan ook, ten koste van de belangen van Gods huis en het werk van de kerk. Ze handelen zelfs het ontslag of de aanpassing van personeel niet persoonlijk af, maar dragen dit over aan anderen. Ze denken: als die persoon wraak zoekt, zal hij niet achter mij aan komen. In elke situatie waarmee ik word geconfronteerd, moet ik eerst mezelf beschermen. Deze mensen zijn veel te sluw! Als leider kun je deze verantwoordelijkheid niet eens op je nemen; ben je het dan wel waard om leider te zijn? Je bent gewoon een nutteloze lafaard! Als je niet eens dit kleine beetje moed hebt, ben je dan nog wel iemand die in God gelooft? Zijn mensen die hun toevlucht nemen tot listen om hun verantwoordelijkheden bij het vervullen van hun plichten te ontlopen, volgelingen van God? God wil zulke mensen niet. Deze valse leiders zijn zo sluw en listig als vossen. Wanneer ze zien dat iemand hinder of verstoring veroorzaakt, pakken ze het niet aan en lossen ze het niet op – ze doen gewoon geen werkelijk werk. Hoe ze ook worden ontmaskerd en gesnoeid, ze handelen niet. Aangezien je de verantwoordelijkheden van leiders en werkers niet vervult, waarom bekleed je die positie dan? Is het zodat je deel kunt uitmaken van het decor? Is het zodat je je tegoed kunt doen aan de voordelen die status met zich meebrengt? Daar ben je niet voor gekwalificeerd! Geen werkelijk werk doen en toch willen dat de broeders en zusters je vereren en verafgoden – is dat niet de denkwijze van een duivel? Het is zo schaamteloos! Sommige mensen zeggen dat ze helemaal geen leider willen zijn. Waarom handhaaf je dan je reputatie en status? Wat is je doel met het misleiden van mensen? Als je geen leider wilt zijn, kun je proactief ontslag nemen. Waarom neem je geen ontslag? Waarom bekleed je die positie en treed je niet af? Als je geen ontslag wilt nemen, dan moet je plichtsgetrouw wat werkelijk werk doen. Er is geen andere keuze – dit is je verantwoordelijkheid. Als je geen werkelijk werk kunt doen, kun je het beste je verantwoordelijkheid nemen en ontslag nemen; je moet het werk van de kerk niet vertragen of Gods uitverkoren volk schaden. Als het je zelfs aan dit beetje geweten en verstand ontbreekt, heb je dan nog enige menselijkheid? Je bent het niet waard om mens genoemd te worden! Ongeacht of ze een leider of werker kunnen zijn, verdienen mensen die in God geloven het alleen om mens genoemd te worden als ze op zijn minst een beetje geweten en verstand hebben.
Om een leider of werker te zijn, moet men een zeker kaliber bezitten. Iemands kaliber bepaalt zijn werkvermogen en de mate waarin hij de waarheidsprincipes begrijpt. Als je kaliber wat te wensen overlaat en je de waarheid niet diep genoeg begrijpt, maar je in staat bent te beoefenen wat je begrijpt en in praktijk kunt brengen wat je begrijpt, en je hart zuiver en eerlijk is, en je niets voor jezelf beraamt en geen roem, gewin en status najaagt, en je Gods nauwkeurig onderzoek kunt aanvaarden, dan ben je een geschikt iemand. Valse leiders bezitten deze kwaliteiten echter niet. Ze bekommeren zich niet om de verschillende problemen van hinder en verstoringen die in de kerk ontstaan. Zelfs als ze deze problemen opmerken, besteden ze er nog geen aandacht aan. Als je hun vraagt of ze op de hoogte zijn van de situatie, zeggen ze: “Ik denk dat ik er wel iets van weet, maar niet alles.” Dit gebeurde recht onder je neus – waarom zeg je dan dat je er niets van weet? Probeer je de mensen niet voor de gek te houden? Aangezien je er wel van weet, heb je er dan over nagedacht hoe je het moet aanpakken? Heb je enig werk gedaan? Heb je geprobeerd oplossingen te bedenken? Ze antwoorden: “Het kaliber van die persoon is beter dan het mijne, hij is welbespraakt en kan zich goed uitdrukken; ik durf me er niet mee te bemoeien. Wat als ik iets aanpak wat eigenlijk geen probleem is en hem beledig? Dat zou mijn werk achteraf bemoeilijken!” Aangezien je niet durft, ben je een nutteloze lafaard en verzaak je je verantwoordelijkheden, en ben je het onwaardig om een leider te zijn! Wanneer je zo’n situatie tegenkomt, weet je dan hoe je die moet aanpakken? Ze zeggen: “Hoewel ik weet hoe ik het moet aanpakken, durf ik het niet. Is de Boven daar niet voor? En er is ook de besluitvormingsgroep. Hoe kan ik het zijn aan wie deze taak toevalt?” Aangezien je het hebt gezien en ervan weet, zou jij deze situatie moeten aanpakken. Als je gestalte te klein is en je dit probleem niet kunt aanpakken, heb je je superieuren dan over het probleem verteld? Heb je het gerapporteerd? Heb je gedaan wat binnen je verantwoordelijkheden valt en binnen het werk dat aan jou toevalt? Heb je ook maar enige van je verantwoordelijkheden vervuld? Helemaal niet! In hun hart weten ze heel goed: ik wist van dit probleem, maar ik heb niet ingegrepen. Ik voel me schuldig! Ik had die zaak moeten rapporteren, maar heb het niet gedaan. Maar andere mensen hebben het ook niet gedaan – wat heeft het met mij te maken? Zijn andere mensen ook leiders? Of andere mensen het wel of niet doen, is hun zaak – waarom heb jij het niet gedaan? Als andere mensen het niet doen, betekent dat dan dat jij het niet hoeft te doen? Is dit de waarheid? Zelfs als hadden andere mensen het gedaan, zou dat dan het feit dat jij het niet hebt gedaan, goedmaken? Wat jij doet, is jouw zaak. Heb jij je verantwoordelijkheden en verplichtingen vervuld? Als je dat niet hebt gedaan, dan verzaak je je verantwoordelijkheden, ben je onbekwaam om een leider te zijn, en zou je je verantwoordelijkheid moeten nemen en ontslag moeten nemen. Je hebt geen waardering voor hoe je bent verheven, je bent het vertrouwen van de broeders en zusters onwaardig, je bent het vertrouwen van Gods huis onwaardig, en bovenal ben je Gods verheffing onwaardig. Je bent een harteloze ellendeling. Het derde type valse leider heeft een probleem met zijn karakter. Ongeacht hoe zijn persoonlijke streven en ingang in het leven zijn, alleen al te oordelen naar het feit dat hij tijdens zijn ambtstermijn geen werkelijk werk doet, geen verliezen voor de kerk terugwint en zeker niet in staat is om de slechte daden van kwaadaardige mensen tijdig te stoppen of aan te pakken, heeft dit type persoon niet alleen een probleem met een pover kaliber en een probleem met het niet doen van werkelijk werk, maar, het allerbelangrijkste, hij heeft geen menselijkheid. Zijn geweten is volkomen verrot en hij heeft geen enkel verstand. In gewone taal: hij is moreel failliet; hij is tot in het extreme egoïstisch en verachtelijk, en hij is niet te vertrouwen. Van de drie typen mensen die we hebben ontleed, is de menselijkheid van dit type het slechtst. De eerste twee typen mensen hebben een pover kaliber, ze kunnen geen werk doen en ze voldoen niet aan de principes en normen van Gods huis voor het cultiveren en bevorderen van mensen, dus kunnen ze niet worden gecultiveerd of ingezet. Hun kaliber is extreem pover, ze zijn blind en verdoofd, en het zijn praktisch dode mensen – ze zijn het niet waard om ontmaskerd en ontleed te worden. Het derde type persoon is het meest laaghartige. Hij is extreem verachtelijk wat zijn menselijkheid betreft, en we kenmerken dit type als sluw en listig. Deze mensen zijn nog sluwer dan vossen. Ze doen geen werkelijk werk, maar hebben tal van excuses en voelen zich volkomen op hun gemak. Ongeacht hoe kwaadaardige mensen en antichristen het werk van de kerk verstoren, ze worden er niet angstig of bezorgd van en willen nog steeds leiders blijven. Waarom zijn ze zo verslaafd aan macht? Deze leiders zeggen: “De mens worstelt zich omhoog; water stroomt omlaag. Iedereen houdt van macht!” Ze willen geen werkelijk werk doen, maar willen toch aan hun positie vasthouden en genieten van de voordelen van hun status. Wat voor ellendeling is dat? Het is puur het slag van Satan, het is absoluut niets goeds.
Vandaag hebben we drie punten gecommuniceerd over de twaalfde verantwoordelijkheid van leiders en werkers. De valse leiders die we in de twaalfde verantwoordelijkheid hebben ontleed, zijn in wezen hetzelfde als de valse leiders die we eerder hebben ontmaskerd. Hoewel we drie punten hebben ontleed, bestrijken ze voornamelijk twee problemen: het ene is dat ze een pover kaliber hebben en geen werkelijk werk kunnen doen; het andere is dat hun menselijkheid min, verachtelijk, sluw en listig is, en ze geen werkelijk werk doen. Dit zijn de fundamentele, essentiële problemen van valse leiders. Zolang iemand een van deze twee problemen heeft, is hij een valse leider. Dit staat buiten kijf.
4 september 2021